is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Sluizen Sas II en Sas III
Deze vaststelling is geldig sinds
omvat de aanduiding als beschermd monument Kanaal Bocholt-Herentals: sluis #2
Deze bescherming is geldig sinds
is deel van de aanduiding als beschermd cultuurhistorisch landschap Bossen en plassen van Den Diel met sluis 3
Deze bescherming is geldig sinds
is deel van de aanduiding als vastgesteld bouwkundig erfgoed Kanaal Bocholt-Herentals met sluizen
Deze vaststelling is geldig sinds
is deel van de aanduiding als beschermd stads- of dorpsgezicht, intrinsiek Kanaal Bocholt-Herentals met sluizen
Deze bescherming is geldig sinds
is deel van de aanduiding als vastgesteld bouwkundig erfgoed Kanaal Bocholt-Herentals met sluizen
Deze vaststelling is geldig sinds
is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Sluizen Sas II en Sas III
Deze vaststelling was geldig van tot
Twee gelijkaardige dubbelsluizen op het verbindingskanaal Bocholt-Herentals, het zogenaamde "Kempens Kanaal" dat dateert van 1843-1846. De eerste sluis van dit ensemble namelijk "Sas I" heeft hetzelfde uitzicht, doch bevindt zich op grondgebied Lommel (Limburg). De aanleg van het kanaal beoogde in de eerste plaats de verbetering van de landbouw door middel van irrigatie, dit gaf aanleiding tot het ontstaan van de wateringen, zie gehuchtsinleiding Rauw. Eind 19de eeuw kreeg het kanaal ook economisch belang als transportweg.
Op grondgebied Mol zijn er vier sluizen om het hoogteverschil te overbruggen; in 1928 werden tussen Sas I (Lommel) en Sas III (einde Waterstraat) verbredingswerken uitgevoerd; de schutcapaciteit van het kanaal werd tegelijkertijd verhoogd door het bouwen van een grotere sluis (ten noorden) naast de oudere (ten zuiden).
Elke sluis bestaat bijgevolg uit twee delen: de zuidelijke sluis, een tweetrapse schutsluis gebouwd in 1843-1845, opgetrokken uit baksteen en arduin en tijdens het Interbellum hersteld met beton. De stalen sluisdeuren met houten slagboorden en stekers zijn voorzien van een houten loopbrugje met ijzeren relingen en worden hydraulisch bediend; deze hydraulische bediening is een mechanische uitrusting daterend uit de jaren 1930. De doorlaatkleppen worden bediend met een tand- en hevelsysteem, één per deurvleugel. De omloopriolen stroomafwaarts in de sluismuren, worden door middel van een verticale hydraulische cilinder bediend.
De noordelijke sluis is een ééntrapse schutsluis van natuursteen, gebouwd in 1928 ten behoeve van grotere schepen. De sluisdeuren hebben hier twee tand- en hevelwerken per vleugel en hebben volle stalen wanden aan elke zijde; zowel hydraulische als handbediening is mogelijk, eerstgenoemde door middel van een horizontale cilinder met ketting. De bijhorende, centraal gelegen machinekamer is een functionele, rechthoekige constructie van baksteen en beton met toren voor de drukcilinder, uit het begin van de jaren 1930. Langs de sluizen diverse gietijzeren meerpalen.
Bron: KENNES H. & STEYAERT R. 2002: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Antwerpen, Arrondissement Turnhout, Kanton Mol, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 16n5, Brussel - Turnhout.
Auteurs: Kennes, Hilde
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)