erfgoedobject

Stedelijke Kindertuin 11

bouwkundig element
ID
6758
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/6758

Juridische gevolgen

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Stedelijke Kindertuin
    Deze vaststelling is geldig sinds

Beschrijving

Historiek en context

Kindertuin in neoclassicistische stijl opgetrokken door de Stad Antwerpen, naar een ontwerp door stadsingenieur Gustave Royers uit 1883. De bouw werd in juli 1884 bij openbare aanbesteding toegewezen aan de aannemer Jean Hubert Bolsée, voor een bedrag van 110.500 Belgische frank. Hij voltooide de werken begroot op 14 maanden najaar 1885, en de kindertuin opende zijn deuren op 3 januari 1886.

Gustave Royers die in 1875 is dienst trad bij de stad Antwerpen, stond van 1888 tot 1907 als hoofdingenieur-directeur aan het hoofd van de dienst Werken. In die functie volgde hij Pieter Dens op als stadsbouwmeester. Tot zijn belangrijkste bouwkundige realisaties behoren de oranjerie van de Kruidtuin uit 1883, de brandweerkazerne uit 1885 aan het Kipdorp, de vismijn uit 1891 in de Scheldestraat, de Schippersbeurs uit 1894 in de Lange Nieuwstraat, een twaalftal stadsscholen waaronder de Stedelijke Nijverheidsschool in de Rodestraat en de lagere school op het Stuivenbergplein beide uit 1898, en de ambtswoning van de hoofdhavenmeester uit 1899 aan de Oudeleeuwenrui. Van historische betekenis was het aandeel van Royers in de waterbouwkundige aanleg van de Antwerpse haven tijdens zijn ambtsperiode, met het graven van het Lefebvredok, het Amerikadok, het Eerste Havendok en de bouw van de Royerssluis.

Architectuur

De kindertuin heeft een T-vormige plattegrond, samengesteld uit een langgerekte voorbouw aan de straat, en loodrecht daarop de brede klassenvleugel. Deze laatste wordt ten westen geflankeerd door de speelplaats met toiletten aan de zuidzijde, en ten oosten door een ondiepe binnenplaats die de lichtinval verzekert.

Met een gevelbreedte van twaalf traveeën, telt de langgerekte voorbouw twee bouwlagen onder een schilddak (nok parallel aan de straat, zink). De bepleisterde en beschilderde lijstgevel, die horizontaal is geleed door de puilijst, rust op een hoge, geprofileerde plint uit blauwe hardsteen. Axiaal-symmetrisch van opzet, wordt de opstand gemarkeerd door hoekpilasters en het gedesaxeerde, drie traveeën brede middenrisaliet, beide met schijnvoegen op de begane grond. Het rondboogportaal in de middenas van het risaliet, met diamantkopsleutel en imposten, draagt de inscriptie: “STEDELIJKE KINDERTUIN” op de archivolt, een lauwertak en eikenlof in de zwikken. De flankerende pilasters worden bekroond door hoge voluten met een banderol waarop rijen tekens zijn aangebracht die mogelijk verwijzen naar de Fröbel-pedagogiek. Ionische pilasters ritmeren de bovenverdieping van het risaliet, met in de middenas een hardstenen drielicht waarvan de balustrade het Antwerps stadswapen draagt. Een reliëf met spelende putti en cartouches met opschrift: “ANNO” en “1885”, vullen het bovenste register. Het risaliet wordt bekroond door een attiekbalustrade met acroteria op de postamenten, en een driehoekig fronton met topstuk boven de middenas. Verder beantwoordt de opstand aan een regelmatig ordonnantieschema, opgebouwd uit registers van rechthoekige vensters. Deze zijn op de begane grond gevat in rechthoekige spaarvelden met sluitsteen. De vensters van de eerste verdieping, gevat in vlakke omlijstingen, rusten op een doorlopende hardstenen borstwering, en hebben gestrekte waterlijsten op voluutconsoles als bekroning. Een klassiek hoofdgestel samengesteld uit de gelede architraaf, een vlakke fries en de gekorniste houten kroonlijst op modillons vormt de gevelbeëindiging. Vernieuwd schrijnwerk.

De klassenvleugel van twaalf traveeën omvat één bouwlaag onder een zadeldak met dakruiter. Van de bepleisterde en beschilderde opstanden met hardstenen plint, imposten en lekdrempels, is de westgevel aan de speelplaats rijker uitgewerkt dan de oostgevel. Beide beantwoorden aan een vierledig schema met per drie gebundelde traveeën. De westgevel, geritmeerd door bewerkte pilasters oorspronkelijk met frontonbekroning, wordt geopend door rondboogdrielichten met zijdeuren, doorgetrokken imposten, booglijsten en casementen uit baksteenmetselwerk in de zwikken. Een klassiek hoofdgestel met een metopen-trigliefenfries op guttae en een vernieuwde houten kroonlijst vormt de gevelbeëindiging. De oostgevel opgedeeld door rechthoekige spaarvelden met vlakke lisenen, wordt geopend rondboogdrielichten met booglijsten op doorgetrokken lekdrempels.

De plattegrond van de voorbouw wordt uit de middenas opgedeeld door de vestibule met spreekkamer. Volgens de bouwplannen biedt de linker flank op de begane grond ruimte aan de keuken en het waslokaal, en op de bovenverdieping aan twee lokalen omschreven als bergruimte, vergaderzaal, reserveklas of -speelzaal. De rechter flank wordt volledig ingenomen door de onderwijzerswoning, met gelijkvloers de eetkamer, het salon en de keuken, en op de bovenverdieping drie slaapkamers en een ‘cabinet de toilette’. Een eveneens gedesaxeerde gang met bovenlichten deelt de klassenvleugel op in het verlengde van de vestibule. De oostelijke flank groepeert vier klaslokalen aan de zijde van de binnenplaats, en de westelijke flank bestaat vis-à-vis uit vier ruimere speelzalen die uitgeven op de speelplaats. Een galerij verbindt in rechte hoek het waslokaal in de voorbouw met de toiletten aan de zuidzijde van de speelplaats.

  • Stadsarchief Antwerpen, dossier MA#81957 en plannen 697#1711-1714.

Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Stedelijke Kindertuin 11 [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/6758 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Stad Antwerpen

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.