Van Predikherenrei naar Ganzenstraat. Naamgeving wijst op een stijging van de grond tgov. de lager gelegen wijk "Ten Hooie" of "Ten Ooie" zie Hooistraat. Oorspronkelijk langere straat, vóór het graven van de Coupure in 1751 liep de straat door tot aan de Gentpoort. Marcus Gerards (1562) tekent enkele afzonderlijke huizen met bijhorende ommuurde tuinen van onder meer hoveniers. Deze toestand blijft tot circa 1831 bestaan. Het bouwen van arbeiderswoningen vindt voornamelijk plaats na 1831 zie Poppkaart van 1854. Ook het steegbeluik "Fort Van Cappel" kwam toen tot stand. In 1989 herverkavelen van binnengronden en ver- delen onder bewoners, zodat iedereen een stukje tuin krijgt. Andere tuinen zijn heden ingenomen door onder meer garageboxen. Vóór de Tweede Wereldoorlog talrijke herbergen; nu dominerende woonfunctie.
Gekasseide straat met recht tracé vastgelegd bij Koninklijk Besluit van 11 mei 1877. Homogeen straatbeeld met overwegend breedhuizen van twee traveeën en één à twee bouwlagen onder zadeldak, met oude kern opklimmend tot de 15de eeuw. Achter eenvoudige lijstgevels gaan soms oude kernen schuil zie nummer 55 met 17de- of 18de-eeuwse kern, nummer 57 met 17de-eeuwse kern en bewaard dakvenster. Op het einde van de straat eenheidsbebouwing met vermoedelijk oude kern zie bewaarde afgeschuinde dagkanten. Ook woningen van twee bouwlagen gebouwd op "naakten grond" of ter vervanging van oudere woningen van één bouwlaag zie nummer 53, nummer 58 van 1847 oorspronkelijk opgevat als eenheidsbebouwing samen met nummers 60 en 62. Soms opgevat als eenheidsbebouwing zie nummers 6-16, nummers 1-23 van circa 1890 met rechthoekige deur in geblokte omlijsting met geprofileerde kroonlijst waarboven bovenlicht met glas-in-loodramen. Nummers 31-43: rode baksteenbouw afgescheiden door muurdammen. Nummers 68-72 van 1833; nummers 74-76 van 1845. In de loop van de tweede helft van de 20ste eeuw enerzijds weinig vernieuwende nieuwbouw zie nummer 45 van 1964 en nummer 56b uit de tweede helft van de 20ste eeuw. Nummers 26 en 30 als pastiche van 17de-eeuwse tuitgevel. Anderzijds verhogen met één bouwlaag zie nummers 4-6, twee oorspronkelijke lage woonhuizen in 1964 vervangen door nieuwbouw; nummers 52-54 werd in 1912 gedeeltelijk afgebroken en herbouwd met een bijkomende bouwlaag. Nummer 32: een woning van één bouwlaag met een moderne vormgeving van 1986. Schaalvergroting door samenvoeging van panden tot één pand in de loop van de tweede helft van de 20ste eeuw zie nummer 49-51, nummer 60. Nummers 53-55 worden in 1989 verbouwd tot één woning. Nummer 29 vervangt een 17de-eeuws huis van één bouwlaag.
Dienst Infrastructuur en Ruimtelijke Ordening Brugge, Bouwvergunningen, nummer 2114/1986, nummer 1048/1989, nummer 1993/1990; rooilijnwijzigingen, 11 mei 1877.
Stadsarchief Brugge, Bouwvergunningen, nummer 304/1912, nummer 475/1912, nummer 24/1964.
BAES W., WILLEMS J., DE BLIECK A., Van Rame tot Coupure, Brugge, 1997, p. 171-173.
Brugge nu en straks, 1989, p. 9.
DEVLIEGHER L. 1975: De huizen van Brugge, Kunstpatrimonium van West-Vlaanderen 2-3, Tielt, 136-137.
RAU J., De huisvesting van het proletariaat in het 19de-eeuwse Brugge. De Forten, in Brugs Ommeland, 1996, XXXVI, nummer 1-4, p. 61.
Bron: GILTÉ S., VANWALLEGHEM A. & VAN VLAENDEREN P. 2004: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Brugge, Middeleeuwse stadsuitbreiding, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 18nb Noord, Brussel - Turnhout. Auteurs: Gilté, Stefanie; Vanwalleghem, Aagje; Van Vlaenderen, Patricia Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)