is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Gedenkplaat Spanbroekmolen
Deze vaststelling is geldig sinds
is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Gedenkplaat Spanbroekmolen
Deze vaststelling was geldig van tot
De Spanbroekmolenkrater, ook wel "Lone Tree Crater" of "Pool of Peace" geheten, ligt op de heuvelkam van Wijtschate, langs de Kruisstraat, op circa 1750 meter ten zuidwesten van het dorp, op circa 450 meter ten zuidwesten van de "Spanbroekmolen British Cemetery" en op circa 150 meter ten noorden van "Lone Tree Cemetery". Aan de ingang van de site staat een gedenkbord. In het bosje ten noorden van de krater zit een halfondergrondse betonconstructie verscholen. De omgeving is landelijk en heuvelachtig.
Historische Achtergrond
De eerste "volwaardige" ondergrondse mijnen werden in de Ieperboog wellicht door de Duitsers tot ontploffing gebracht eind januari 1915 tussen de weg Menen-Ieper en Sint-Elooi. Hiermee was de aanzet gegeven voor een mijnenoorlog, die de volgende jaren de ondergrond van de Ieper- en Wijtschaeteboog heel regelmatig omwoelde en dood en vernieling zaaide, met als "climax" de Mijnenslag van 7 juni 1917. Sinds de Tweede Slag om Ieper (voorjaar 1915) was de frontlinie vrij stabiel gebleven, waarbij de Duitsers "vrij comfortabel" vanuit de hoger gelegen posities de geallieerden domineerden en in het oog konden houden. Een strategisch voordeel vanjewelste, dat de Britten in hun voordeel trachtten om te buigen… Stuwkracht achter de idee om de vijand op grote diepte te ondergraven, was de vrij excentrieke Brit Norton Griffiths. De eerste graafwerkzaamheden startten in de zomer van 1915 bij Hill 60, met het uitgraven van de zogenaamde "Berlin Tunnel" door de "175th Tunnelling Company". Zonder dat hij weet had van de plannen van Griffith, zou ook Major Cropper van de "250th Tunnelling Company" in december 1915 gestart zijn met graafwerkzaamheden voor dieptemijnen rond Wijtschate. Ondertussen werden deze ideeën overgenomen door de legerstaf en geïntegreerd in de plannen om een doorbraak rond Ieper te forceren.. Uiteindelijk zouden er op 7 juni 1917 tussen Hill 60 en "The Birdcage" (ten zuiden van Warneton) 19 dieptemijnen tot ontploffing gebracht worden. Britten, Australiërs en Nieuw-Zeelanders slaagden er in de heuvelkam Wijtschate-Mesen te veroveren. Maar de geallieerden maakten geen gebruik van de bres die ontstaan was, en wachtten zoals gepland af tot eind juli om aan hun groots offensief te beginnen (Derde Slag om Ieper). De "Spanbroekmolenkrater", door de Britten "Lone Tree Crater" genoemd (vandaag ook wel "Pool of peace"), is ongetwijfeld de bekendste van alle mijnkraters die ontstonden op 7 juni 1917. De Duitsers hadden deze hoogte, waar voor de oorlog een molen stond, tot een bolwerk versterkt. De graafwerkzaamheden waren in januari 1916 gestart door de "250th Tunnelling Company" en later overgenomen door respectievelijk de "3rd Canadian Tunnelling Company", de "175th Tunnelling Company" en de "171st Tunnelling Company". Deze laatste eenheid kon op 28 juni 1916 91.000 pond (41.314 kilogram) ammonal plaatsen in een kamer, die via een tunnel van 520 meter verbonden werd. De "171st Tunnelling Company" kreeg daarna de opdracht om vanuit de Spanbroekmolen-tunnel het Duitse steunpunt "Rag Point" te ondermijnen, dat 1100 meter verder lag. Uiteindelijk werden deze graafwerkzaamheden stilgelegd, toen Duitse mijnen de werkzaamheden serieus hinderden en de lading onder de Spanbroekmolen in gevaar brachten. Op 3 maart 1917 lieten de Duitsers 3 zware mijnladingen vanuit galerijen van de "Ewald"-schacht tot ontploffing brengen, met als gevolg dat de Britse constructie over een lengte van meer dan 120 meter instortte. Toen de "tunnellers" poogden om een "bypass" uit te graven, hadden ze af te rekenen met mijngas, waarbij 3 manschappen het leven lieten. Maar de Duitsers lieten ook de herstellingswerken niet ongemoeid. Pas op 6 juni 1917, slechts enkele uren voor de "Big Bang", kon alles in gereedheid gebracht worden voor een "succesvolle" explosie. Het landschappelijk resultaat was een krater van 76 meter diameter en 12 meter diepte. De Spanbroekmolenkrater werd aangekocht door Lord Wakefield, die de mijnkrater op zijn beurt doorverkocht aan de vzw Talbot House, dit voor 1 symbolische frank. Toc H, de beweging achter "Talbot House", beheert nu de site, die in 1992 beschermd werd. De site zal heringericht worden en ingeschakeld worden in het provinciale netwerk "Oorlog en Vrede in de Westhoek". Een gedenksteen verstrekt de "technische gegevens", terwijl aan de noordrand van de krater een Duitse betonconstructie overgebleven is.
Kenmerken
Rechthoekige hardstenen sokkel met daarop een rechthoekige steen met uitgehouwen wit beschilderde letters. "Spanbroekmolen or Lone Tree Crater"; "This crater was one of 19 blown up by the second army on June 7th 1917". "Following the explosion of these mines lord Plumer's army was able to secure the Messines Ridge", "Particulars", "Sap started 1st January 1916." "Completed 26th June 1916." "Depth of charge 88 feet." "Charge 91000 LBS ammonal." "Length of gallery 1710 feet." "Blown 7th June 1917", "Dimensions", "Diameter at ground level 250 feet." "Width of rim 90 feet." "Depth below normal ground level 40 feet." "Height of rim 13 feet." "Diameter of complete obliteration 430 feet". "This crater is the property of TOC H Poperinghe". Hoogte: 131 centimeter, breedte: 113 centimeter, diepte: 37 centimeter.
Bron: WOI Relict (180): Gedenkplaat Spanbroekmolen (Wijtschate - WOI)
Auteurs: Decoodt, Hannelore
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is gerelateerd aan
Mijnkrater 7/6/1917 Spanbroekmolen
Is deel van
Wijtschate
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Gedenkplaat Spanbroekmolen [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/213353 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.