Anno 1914 bevond zich op dit perceel een woning met neoclassicistische lijstgevel, die vernield werd tijdens de Eerste Wereldoorlog. Al in april 1915 liet de eigenaar (Jos Verhaegen) plannen opmaken door architect J. Flerackers voor de heropbouw met een eclectische, historiserende topgevel. Deze plannen werden goedgekeurd door de bouwraad en het stadsbestuur maar bleven onuitgevoerd (waarschijnlijk omwille van de schaarste aan bouwmaterialen) en Verhaegen diende enkele maanden later dan ook een aanvraag in voor de bouw van een voorlopige noodwoning. In februari 1918 vroeg Verhaegen opnieuw goedkeuring voor een definitieve woning naar een ontwerp dat hem naar eigen zeggen door de Duitse bezettingsmacht was opgelegd, in ruil voor subsidie. Het gemeentebestuur ging niet in op deze vraag omdat de bouwtrant volgens de bouwraad minder goed beantwoordde aan wat ze daar wou zien maar deze plannen werden toch nog dat jaar grotendeels uitgevoerd. In 1933 kreeg Verhaegen toestemming om een winkelpui met zwarte tegels uit te voeren.
Interbellum neotraditioneel diephuis van drie traveeën en drie bouwlagen met een sobere puntgevel. De bovenverdiepingen kragen licht uit op segmentbogen. Het parement bestaat uit baksteen met beperkt, decoratief gebruik van witsteen voor de aflijning van de topgevel, bovendorpels van de vensters en consoles (met diamantkoppen), en gebruik van zwarte tegels voor de pui. De rechthoekige vensters zijn op de tweede en derde verdieping gevat in verdiepte traveeën onder spitsbogen. Verder wordt de gevel verlevendigd door decoratieve ankers, op de tweede verdieping in de vorm van een datumanker. De vensters en deur hebben geschilderd houten schrijnwerk met een kleine roedeverdeling in de bovenlichten.
- Stadsarchief Lier Bouwingen, doos 539, dossier 2432 en dozen 540, 544, 545 en 597, dossiers zonder nummer.
- VAN DEN MOOTER J. 2007: Duitse wederopbouwinitiatieven in België tijdens de Eerste Wereldoorlog, onuitgegeven licentiaatsverhandeling UGent, vakgroep Kunstwetenschappen, 124-125; afbeeldingen 81-83.