Georiënteerde, driebeukige, neogotische hallenkerk met verhoogde middenbeuk in 1922-1925 opgetrokken ter vervanging van een laatgotische hallenkerk, welke tijdens de Eerste Wereldoorlog werd vernield. Behoudens enkele wijzigingen zoals de verhoogde middenbeuk, de aanbouw van de noordelijke doopkapel, aangepaste zuidelijke sacristie en de noordelijke sacristie, en de vervanging van bakstenen overwelving in hoofdkoor en ingang door houten tongewelf en zoldering, werd de kerk naar het vooroorlogse uitzicht heropgebouwd.
In oorsprong waarschijnlijk een romaanse 12de-eeuwse kruiskerk van bergsteen; in de loop van de 14de en 15de eeuw werd het koor uitgebouwd en de zijbeuken toegevoegd. Na de beeldenstorm werd de kerk hersteld tot een driebeukige kerk met westtoren en middenkoor. Herstellingswerken aan torennaald en hoektorentje naar ontwerp van architect Heyninckx (Brugge) in 1872. De plattegrond ontvouwt: een voorgeplaatste, vierkante westtoren, een driebeukig schip van zeven traveeën, zijbeuken met rechte sluiting en een koor van een rechte travee en een vijfzijdige sluiting. Bergplaats en sacristie respectievelijk in noordelijke en zuidelijke kooroksel. Veelzijdige doopkapel in de noordelijke oksel van de westtoren.
Donkere, verankerde baksteenbouw met arduinen okselmarkering; gebruik van Euvillesteen (?) en cement voor decoratieve elementen. Leien bedakingen.
Westtoren van vijf geledingen, gestut door haaks op elkaar gestelde hoeksteunberen met versnijdingen en afgelijnd door middel van een borstwering tussen veelzijdige hoektorentjes met spuwer en naaldspits. Verdiepte korfboogdeur in een geprofileerde omlijsting met afzaat, archivolten en halfronde zuiltjes met knoppenkapiteel, eveneens het portaal omvattend. Gekoppelde spitsboogvensters - blinde - tweelichten op afzaat. Gekoppelde spitsbogige galmgaten. Naaldspits. Veelzijdige traptoren onder spits. Doopkapel onder stompe spits; aflijnende segmentboogfries; gekoppelde rondboogvensters. Traveeën van schip en koor geritmeerd door steunberen met versnijdingen en spitsboogvensters op afzaat. Laatste travee blind. Oostelijke tuitgevels, zie west gevels. Tegen zuid- en oostgevel ingangsportaaltjes.
Interieur
Vlakke, houten torenoverzoldering op witstenen consoles. Beuken afgedekt door middel van houten spitstongewelven. Spitsbogige scheibogen rustend op witstenen zuilen met knoppenkapiteel en arduinen sokkel. Zijbeuken geritmeerd door vlakke pilasters; witstenen, geprofileerde kroonlijst, venstermonelen en deuromlijstingen.
Mobilair
Voornamelijk neogotisch. Arduinen grafsteen van Ridder Adrien Vander Woestine (+1527) met wapenschild en acht kwartieren onder andere van de families Woestine, Scoten, Brievere, Poorte, gedateerd 1527, rechts van de inkom.
- Archief Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen.
- MAES J., Uit kerkelijk Beselare, (Beselare), 1960, p. 29-32.
- ROOSE-MEIER B., Fotorepertorium van de Belgische bedehuizen, Provincie West-Vlaanderen, Kanton Ieper I, 1977, p. 13.