Eertijds zogenaamd "Huis" of "Hof van Cortenbach" naar de vooraanstaande familie die het in de 16de eeuw bewoonde. Bestond uit een groot en klein huis, in 1641 overgelaten aan de gilde der jonge voet- of kruisboog, die het huidige gebouw aan de straat (nummer 23-25) in 1660 verbouwde en het achterhuis met stallen (nummer 27-29) in 1648 verkocht aan Nicolaas van Gemen.
Nummer 23-25. Volgens oude tekeningen, L. Godenne en A. Reydams was het barokke herenhuis oorspronkelijk voorzien van een centrale ingangspoort en een steil zadeldak onderbroken voor een centrale topgevel met nis en Sint-Jorisbeeld. In 1843 brandde het dak en de topgevel af. In 1866 werd de rondboogpoort vervangen door een winkelpui (zie bouwaanvraag). Later - vermoedelijk in het begin van de 20ste eeuw - verdwenen de pilasters op de bovenverdieping. In 1958 verbouwing naar ontwerp van architect J. Lauwers: ontpleistering van de benedenverdieping en vervanging van de centrale winkelpui door een vierde geblokte pilaster.
Barok breedhuis van zes traveeën en twee bouwlagen onder een later zadeldak (Vlaamse pannen), uit de 17de eeuw (oudere kern?) met latere aanpassingen. Oorspronkelijk voorzien van een centrale ingangspoort uitlopend op tweeledige geveltop en van pilasterordonnantie op de bovenverdieping. Begane grond van zandsteen op nieuwe plint van arduin; bepleisterde en witgeschilderde bovenverdieping. Gelijkvloerse verdieping geritmeerd door geblokte pilasters doorgetrokken over borstwering van de bovenverdieping. Vierde pilaster toegevoegd in 1958. Horizontaal accent door gekorniste puilijst, kordons en kroonlijst op uitgelengde gegroefde consoles (19de-eeuws).
Rechthoekige vensters. Bovenvensters gevat in een vlakke bandomlijsting met neuten onder gebroken gekornist fronton waarin paneelversiering met dropmotief; aan het einde van de 19de of in het begin van de 20ste eeuw verlaagd en voorzien van casement met ruitmotief. Oorspronkelijke spiegelversiering op borstwering; later toegevoegde cartouches op penanten. In rechter benedentravee: rondboogpoort in een mooi geprofileerde omlijsting met korte druiplijst en sluitsteen.
Verbouwde achtergevel waarachter klein verwaarloosd dienstgebouw met traditionele kern.
Interieur: wenteltrap wijzend op oudere kern (?).
Nummers 27-29. Zogenaamd "achterhuis", vermoedelijk circa 1500 opgetrokken in opdracht van Ywein Cortenbach. Oorspronkelijk voorzien van dienstgebouwen en tuin, toegankelijk via het Cortenbachstraatje. Het huis was rijkelijk ingericht, onder meer voorzien van een schouw naar ontwerp van Jean Monet met wapenschilden van Jan IV Cortenbach en Elisabeth Brau(w), heden opgesteld in Hallepoortmuseum te Brussel.
Twee aaneensluitende gebouwen van twee bouwlagen in traditionele bak- en zandsteenstijl, respectievelijk onder zadeldak (kunstleien) en mansardedak (Vlaamse pannen), (nok loodrecht op de straat). Lijstgevels haaks op nummer 29 gelegen en uitziend op binnenplaats ten zuidoosten van nummer 23. Nummer 27-29 gemarkeerd door voormalige kruiskozijnen, verlaagd en voorzien van arduinen lekdrempels op tweede bouwlaag. Behouden zandstenen sokkel, speklagen, omlijstingen, steigergaten en daklijst. Uiterst links een laat-gotische driezijdige erker met twee tudorboogvensters van de huiskapel onder afgesnuit spits zadeldak (leien). Nummer 27-29 met witgekalkte benedenverdieping; aangepaste muuropeningen, soms met behoud van zandstenen negblokken en sponning. Meer intacte bovenvensters. Rechts mooi laat-gotisch tudorboogdeurtje in driedubbel geprofileerde omlijsting op sokkeltjes; bekronend smeedijzeren uithangbord. Grijsgeschilderde sokkel. Veranderde achtergevels in Ziekenliedenstraat op hoge deels gepikte sokkel; voormalige of behouden kruiskozijnen met arduinen lekdrempels.
Interieur nummer 23-25: laat-gotische huiskapel met oorspronkelijke venstertraceringen en gewelf; renaissancetrap; een vertrek met oorspronkelijk gewelf op de eerste verdieping. Oorspronkelijk dakgebint en keldergewelven met zware zuilen; bewaarde moer- en kinderbalken.