erfgoedobject

Stapelhuis Rubens-Noord

bouwkundig element
ID
4954
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/4954

Juridische gevolgen

  • is aangeduid als beschermd monument Stapelhuis Rubens-Noord
    Deze bescherming is geldig sinds

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Stapelhuis Rubens-Noord
    Deze vaststelling is geldig sinds

  • is deel van de aanduiding als vastgesteld bouwkundig erfgoed Bouwblok met pakhuizen
    Deze vaststelling is geldig sinds

  • is deel van de aanduiding als beschermd stads- of dorpsgezicht, intrinsiek Bouwblok met pakhuizen
    Deze bescherming is geldig sinds

Beschrijving

Historiek en context

Pakhuis in neotraditionele stijl, volgens de bouwaanvraag opgetrokken in 1849. Bouwheer was Alphonse Belpaire (Oostende, 1817-Antwerpen 1854), die als ingenieur van Bruggen en Wegen wellicht ook instond voor het ontwerp. Deze ondernemer bezat een karton- en papierfabriek, een linnenfabriek en meerdere pakhuizen. Hij was gehuwd met Elisabeth (Betsy) Teichmann (Antwerpen, 1821-Antwerpen, 1900), één van de vier dochters van Théodore Teichmann (Venlo, 1788-Antwerpen, 1867), gouverneur van de provincie Antwerpen van 1845 tot 1862. Op het achterliggende perceel aan de Oudeleeuwenrui, gescheiden door de Spanjaardsteeg, bouwde Belpaire in 1850 het Stapelhuis Rubens-Zuid. Beide pakhuizen werden in 1884 door de toenmalige eigenaar, de Compagnie des Docks, Entrepôts et Magasins Généreaux d'Anvers, uitgerust met hydraulische kranen tegen de voorgevel. Stapelhuis Rubens-Zuid kreeg bovendien twee extra verdiepingen, uitgevoerd door de aannemer A. Hesbain & Cie. De Compagnie des Docks, Entrepôts et Magasins Généreaux d'Anvers, die in 1865 in Brussel was opgericht, legde zich toe op de aankoop, verhuur en uitbating van pakhuizen in de Antwerpse haven, en nam ook het Koninklijk Stapelhuis over van de Belgische Staat. De Stad Antwerpen kocht beide pakhuizen in 1913 aan. Stapelhuis Rubens-Noord werd gerenoveerd tot een handels-, kantoor- en wooncomplex, naar een ontwerp door de architect Giedo Driesen uit 1999.

Stapelhuis Rubens-Noord behoort tot de vroege voorbeelden van neotraditionele architectuur in Antwerpen. Stadsbouwmeester Pierre Bruno Bourla, die een uniform neoclassicistische stadsbeeld voorstond, uitte in zijn advies op de bouwaanvraag ernstige bezwaren tegen het gevelontwerp: “parce qu’il en résulterait un facheux antécédent pour l’imitation d’autres bâtisses à faire en ville.” Hij vond de pui niet in overeenstemming met de bovenbouw, kantte zich tegen de variërende breedte van de vensters, en veroordeelde in de eerste plaats de getrapte geveltop: “Enfin le pignon est une de ces constructions que l’on ne tolère plus à tel point que l’on refuse de les restaurer.” Niettemin kreeg Alphonse Belpaire een bouwvergunning, zonder het ontwerp te wijzigen.

Architectuur

Monumentaal pakhuis met een gevelbreedte van vier traveeën, vijf bouwlagen hoog onder een gedrukt zadeldak. Het gevelfront uit rood baksteenmetselwerk in kruisverband en witte natuursteen, is geïnspireerd door de middeleeuwse vestingarchitectuur. De opstand rust op een hoge, veeleer klassieke pui uit blauwe hardsteen, met schijnvoegen die uitstralen boven de vier rond- en korfboogpoorten. Hierboven rijst een centrale trapgevel (acht treden) uit, waarin rechthoekige laaddeuren met afgeronde bovenhoeken. Oorspronkelijk doorbraken enkel het centrale laadluik en de ronde oculus de geveltop; de twee zijluiken dateren van de verbouwing uit 1884. De twee flankerende, geblokte zijrisalieten zijn uitgebouwd als torens, met een gekanteelde bekroning. Opgetrokken uit baksteenbouw onderscheid de achtergevel in de Spanjaardsteeg zich door een eenvoudiger uitvoering op basis van een regelmatig ordonnantieschema.

Het oorspronkelijke interieur is op gelijkaardige wijze opgebouwd als Stapelhuis Rubens-Zuid. De driebeukige stapelruimte beslaat een rechthoekige plattegrond van twaalf traveeën, lichtjes verbredend in de richting van de Spanjaardsteeg. Gewelfde kelders in baksteenmetselwerk. Tussen de verdiepingen rusten houten kinderbalkjes op een uit twee I-balken samengestelde ligger, en laatstgenoemde is via hardstenen blokken in de zijmuren bevestigd, en rust via een metalen pakkingmuts op afgeschuinde houten kolommen; deze houten kolommen lopen door de vloerlaag, en rusten via twee I-ijzers op de ijzeren moerligger van de lagergelegen verdieping. Eenvoudige houten dakstoel en smalle houten wenteltrap doorheen alle bouwlagen.

Aan de voorgevel is de hydraulische galgkraan (500 kilogram) uit 1884 bewaard, geëlektrificeerd midden 1975; de hydraulische zuiger is nog aanwezig.

  • Stadsarchief Antwerpen, bouwdossiers 1849#199, 1884#889 en 86#990334.
  • FIERENS J. 1977: Antwerpse Stapelhuizen: een balans van 1850 tot 1910 , onuitgegeven eindwerk, Nationaal Hoger Instituut voor Bouwkunst en Stedebouw Antwerpen, 63-64.
  • HIMLER A. 1976: Inventarisering industrieel-archeologische relicten... Gedeelte haven-archeologie , onuitgegeven werkdocument, Antwerpen, 2.

Auteurs: Plomteux, Greet; Steyaert, Rita; Manderyck, Madeleine; Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Is deel van
    Bouwblok met pakhuizen

  • Is deel van
    Godefriduskaai

  • Is gerelateerd aan
    Stapelhuis Rubens-Zuid


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Stapelhuis Rubens-Noord [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/4954 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.