is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Etablissements Beherman-Demoen
Deze vaststelling is geldig sinds
Complex gevormd door een showroom en garage in naoorlogs modernisme, dat een langgerekt perceel beslaat tussen de Mechelsesteenweg en de Haringrodestraat. De Etablissements Beherman-Demoen, destijds officieel dealer van de Amerikaanse automerken Chrysler, Plymouth en Fargo, werd in 1936 opgericht door Joseph L. Beherman (1910-1991). Deze in Bessarabië (huidige Moldavië) geboren ondernemer, echtgenoot van Simone Demoen (1921-2007), geldt als één van de pioniers van de autoassemblage in België. Het bedrijfscomplex werd ontworpen door de architect Léon Stynen, te beginnen met de garage aan de Haringrodestraat in 1946-1947, gevolgd door de showroom als onderdeel van een appartementsgebouw aan de Mechelsesteenweg in 1949. De bouw van de garage ging in 1948 van start, gevolgd door het appartementsgebouw eind 1949, met als aannemer Georges Valckenaere uit Berchem. Vanwege financieringsproblemen werden de werken aan het appartementsgebouw in maart 1951 gestaakt na voltooiing van de eerste verdieping, met de bedoeling de bouw van de drie nog geplande etages zo spoedig mogelijk te hervatten. Zover kwam het echter nooit. Op dit perceel bevond zich eerder een herenhuis, dat tijdens de Tweede Wereldoorlog werd vernield.
Ontstaan kort vóór het Casino-Kursaal in Oostende, behoort de garage Beherman-Demoen behoort tot het vroege naoorlogse oeuvre van Léon Stynen. Volgens Albert Bontridder bundelt Stynen’s doctrine in deze periode drie basisprincipes: "uiterste rationalizatie van de bruikbaarheid van het gebouw, (...) maatvoering onderworpen aan een wiskundig schema waarvan de minste afwijking als een fout aangerekend wordt, en (...) krampachtige zorg voor de bouwfysisch volmaakte uitvoering." Hij omschrijft de showroom als: “Evenwichtige, tijdloze verhoudingen; de doorzichtigheid van de ruimte, de duidelijkheid van de struktuur, het langgerekte raam van de etage met de felle slagschaduw van een balkonplaat: architektuur is het resultaat van een onvoorwaardelijke en onvooringenomen onderwerping aan de rede beschouwd als de universeel ordenende kracht, maar opgeklaard door ‘iets’ wat de beste auteurs niet noemen kunnen (of willen?): het mysterie van een glimlach wellicht.”
Het gebouw op een quasi vierkante plattegrond van 14 bij 15 m, ontworpen met vijf bouwlagen, omvat in uitgevoerde vorm slechts twee bouwlagen. Oorspronkelijk voorzag het programma een showroom op de dubbelhoge begane grond, over één derde opgedeeld door een tussenverdieping met kantoren. Ontsloten door een zijdelings ingeplante, gemeenschappelijke traphal met lift, herbergden de vier geplande bovenverdiepingen telkens één appartement, waarvan de woonkamer met terras de straatzijde innam. De eerste drie flats bestonden verder uit drie slaapkamers, de keuken, de badkamer en de meidenkamer, achteraan gegroepeerd aan twee zijden van de nachthal met lichtschacht. Met een ruimere woonkamer en terras, beschikte het penthouse slechts over één grote slaapkamer met annex badkamer.
Opgetrokken met een skelet uit gewapend beton, is voor het gevelfront een verzorgd parement uit blauwe hardsteen toegepast, dat zich in eigentijdse zin onderscheidt door alternerend platte en hoge steenlagen in halfsteens verband. Architectuur en compositie beantwoorden aan een volkomen functionalistisch schema, waarbij transparantie en visibiliteit van de showroom vanuit commercieel oogpunt primeren. Gevat in een geprofileerde omlijsting met waterlijst, wordt dubbelhoge en vrijwel gevelbrede etalage, oorspronkelijk met geïntegreerd zijportaal, discreet geflankeerd door het privé-portaal met tot dezelfde hoogte oplopend traplicht. Een bandraam met geïntegreerde loggia ter hoogte van het terras, weerspiegelt de woonfunctie van de bovenverdieping. Het oorspronkelijk witgelakt stalen schrijnwerk werd vernieuwd; de smeedijzeren borstwering met verticale stijlen van het terras is nog oorspronkelijk.
In het open interieur van de showroom vindt de etalage een echo in de volledig beglaasde achterwand, opaak in het onderste, transparant ter hoogte van het kantoorplateau in het bovenste register.
De garage met toegang via de Haringrodestraat, beantwoordt aan een drieledige structuur. De oorspronkelijk acht traveeën brede voorbouw omvat twee bouwlagen onder een plat dak. Volgens de bouwplannen biedt de begane grond ruimte aan de dubbele in- en uitrit van de garage en werkplaatsen, links geflankeerd door het smeerstation en de wasplaats, rechts door de ontvangsthal met balie. Kantoren en dienstlokalen nemen de bovenverdieping in. Het door een betonskelet gemarkeerde gevelfront, oorspronkelijk opgebouwd uit een opengewerkte, deels beglaasde pui, met een rij vierkante venstertjes en een terrasloggia op de verdieping, en een open attiek, is verbouwd en aan de rechterzijde uitgebreid.
De middenvleugel die de eigenlijke garage huisvest, vormt een hoge eenbeukige hal met een rechthoekig grondplan van 32, 50 bij 24 m, zonder steunpunten overwelfd door een betonnen boogspant van zes vakken met bovenlichten. Het volume is opgedeeld in een ondergronds en een bovengronds parkeerplateau. Hierbij sluiten de werkplaatsen aan, een minder brede, langgerekte, eenbeukige vleugel van één bouwlaag onder een sheddak van negen vakken, die doorloopt tot aan de showroom.
Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Haringrodestraat
Is deel van
Mechelsesteenweg
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Etablissements Beherman-Demoen [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/7330 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Stad Antwerpen
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.