Weinig Belgische architecten hebben een zo in het oog vallend, omvangrijk en verscheiden oeuvre nagelaten als Léon Stynen. Hij was een belangrijke en gezaghebbende exponent van het modernisme in België. Zijn roem stoelt niet alleen op de kwaliteit van zijn werk, maar ook op zijn rol in het onderwijs en de organisatie van het architectenberoep.
Léon Stynen was een zoon van de beeldhouwer en ornamentist Leonardus Joannes Baptista Stynen (Antwerpen, 1857-Antwerpen, 1946) en Marie Emilie Clemen (Luxemburg, 1864-Antwerpen, 1937). Zijn ouders hadden elkaar naar verluidt in Parijs leren kennen, en waren op 17 september 1887 gehuwd in Londen (St Andrew's Church Wells Street, Marylebone), het toenmalig domicilie van de vader van de bruid, de van oorsprong Luxemburgse bankier Nicolas Clemen. Stynen kreeg zijn opleiding aan de Antwerpse Koninklijke Academie voor Schone Kunsten en het Hoger Instituut voor Schone Kunsten (1915-1922) en werkte drie jaar als stagiair bij Gerard De Ridder (1878-1958). Hij begon zijn carrière met enkele wedstrijdontwerpen in Berlagiaanse stijl: een ontwerp voor een theater, waarmee hij de driejaarlijkse prijs van de Koninklijke Maatschappij der Bouwmeesters van Antwerpen behaalde (1922), één voor een oorlogsmonument in Antwerpen (1922) en twee voor uitvoering bekroonde ontwerpen in Knokke: een oorlogsmonument (1921) en het casino (1925). Intussen verwezenlijkte hij cottages en art deco-woningen, -winkelhuizen en –appartementsgebouwen in Antwerpen, Knokke en Brussel, sommige in samenwerking met Victor Gorlé (1900-1966).
Tijdens zijn bezoek aan de Exposition Internationale des Arts Décoratifs et Industriels Modernes in Parijs in 1925 werd hij geïmpressioneerd door de paviljoenen van Le Corbusier, Mallet-Stevens en andere nieuwlichters. Hij verdiepte zich in de ideeën en de verwezenlijkingen van de avant-garde en wou die op zijn manier in de Belgische context realiseren. Dit blijkt een eerste keer uit een ontwerp voor een bungalow van 1926 en even later uit de woning Verstrepen in Boom (1927-1928) en de woning Wuyts in Brasschaat (1928), drie panden met een ingewikkelde volumetrie. Stynens wil tot rationele vereenvoudiging in de plattegronden komt hier tot uiting door de logische schikking van de vertrekken rond een centrale ruimte.
Met de uitgevoerde versie van het casino van Knokke (1928-1930), het niet-gerealiseerde wedstrijdontwerp voor de residentie van de gouverneur-generaal van Belgisch Kongo (1928) en de woning Haudegand in Brasschaat (niet verwezenlijkt, 1929) koos Stynen vastberaden voor het internationale modernisme. Een uitgepuurd functionalisme bekwam hij met zijn niet-uitgevoerd wedstrijdontwerp voor de zeevaartschool in Oostende (1930). Deze ontwerpen stonden aan het begin van een lange rij opdrachten die Stynen in de jaren 1930 uitwerkte. Op de Antwerpse wereldtentoonstelling van 1930 realiseerde hij enkele in het oog vallende projecten, waaronder het paviljoen De Dekoratieve Kunsten, een sierlijk cluster van zuivere volumes met pakketbootallures, en het uitermate elementaire paviljoen De Beukelaer.
Met zijn wedstrijdontwerp voor de aanleg van de Antwerpse Linkeroever (1932), waarbij hij ook een nieuwe invulling van het Eilandje op de rechteroever voorzag, zette hij zijn eerste stappen op het vlak van de stedenbouw.
Voor de vele rijhuizen en villa’s in Antwerpen en de Antwerpse Kempen bediende hij zich royaal van het jargon van het ‘nieuwe bouwen’. Patrijspoortramen, stalen borstweringen en scheepsladders zijn veelvuldig terug te vinden in het oeuvre van Stynen. Karakteristieke voorbeelden zijn de beschermde eigen woning in Antwerpen (1932), de woning Van Parys in Schoten (1933), de woning De Beukelaer in Brasschaat (1936) en de zes eengezinswoningen op de Antwerpse Linkeroever (1939). Eenzelfde idioom bepaalt ook de vormgeving van zijn ander werk, zoals cinema’s (bijvoorbeeld Rex in Antwerpen, 1934), casino’s en appartementsgebouwen (bijvoorbeeld in de Koningin Elisabethlei, Britselei en Van Eycklei in Antwerpen uit respectievelijk 1933, 1935 en 1937). Hoogtepunten in deze periode waren de beschermde Elsdonckresidentie in Wilrijk, een appartementsgebouw van baksteen, staal, beton en glas in een gestroomlijnde vormgeving (1933-1934), en het modernistische eveneens beschermde rustoord Hof Ten Bos in Brasschaat (1937). Op het einde van de jaren 1930 verrijkte Stynen zijn modernistische vormentaal met natuurlijke materialen. Zo wendde hij onder meer in de woning Van Thillo in Ekeren (1937-1938) en in het casino van Chaudfontaine (1937-1940) een gevelbekleding in leisteen aan. Ook in de woning Douchar in Hasselt paste hij dit materiaal toe bij een lekdrempel van een benedenvenster en bij de dekstenen van een muurtje in de doorgang.
Na de Tweede Wereldoorlog nam het aantal opdrachten voor Stynen nog toe, zodat versterking noodzakelijk werd. Verschillende architecten sloten zich in de loop der jaren bij het bureau aan, maar het is vooral samen met Paul De Meyer (°1922) dat Stynen zijn ontwerpbureau liet uitgroeien tot één van de belangrijkste spelers in het veld. In hun naoorlogs werk lag het accent op rationaliteit, strenge maatvoering en aandacht voor een bouwfysisch volmaakte uitvoering en afwerking.
In Antwerpen en Brussel richtten Stynen, De Meyer en hun medewerkers verschillende kantoorgebouwen en handelspanden op. In Oostende bouwden ze, als laureaat van een architectuurwedstrijd, het casino (1948 en verder, waar ze het modernisme met klassieke elementen een mondaine allure trachtten te geven. Verschillende van hun moderne woningontwerpen werden niet uitgevoerd of aangepast in traditionele zin. Vanaf het midden van de jaren 1950 oriënteerden ze zich opnieuw expliciet op Le Corbusier, met onder meer het flatgebouw De Zonnewijzer in Antwerpen (1955-1961) en een sociaal huisvestingsproject in Kessel-Lo (1956 en verder).
Hun latere werken, zoals de Sint-Ritakerk in Harelbeke (1961), het Koninklijk Muziekconservatorium annex kunstencentrum deSingel in Antwerpen (1959 en verder), de school en kinderkribbe in Sint-Gillis (1962 en verder) en de Riverside Tower in Antwerpen (1968-1971) zijn voorbeelden van een verfijnd brutalisme, bedoeld als eerbetoon aan Le Corbusier. Van zijn droom om aan de Wezenberg een uitbreiding van Antwerpen te realiseren (1961), kon hij slechts een deel tot stand brengen, het Esso Motor Hotel (1969-1975).
Vanaf het einde van de jaren 1930 legde Stynen zich ook toe op het architectuuronderwijs. In 1939 werd hij aangesteld als leraar aan de Antwerpse Koninklijke Academie voor Schone Kunsten. Tussen 1946 en 1950 was hij directeur van de pas opgerichte School voor Bouwkunst en Stedebouw. In 1950 werd hij benoemd tot directeur van La Cambre, waar hij tot 1964 ijverde voor een strikt rationele toepassing van de modernistische principes.
Stynen was ook werkzaam in verschillende verenigingen voor architectuur en stedenbouw. In 1924 sloot hij zich aan bij de Koninklijke Maatschappij der Bouwmeesters van Antwerpen (K.M.B.A.). Voor de Groep Antwerpen 1937/1938, een interdisciplinaire groep van kunstenaars en architecten die de integratie van de architectuur en de plastische en toegepaste kunsten bepleitte, creëerde hij enkele tentoonstellingsontwerpen. Na de Tweede Wereldoorlog zette Stynen zich ook in bij de Belgische afdeling van de Congrès Internationaux d’Architecture Moderne (CIAM), de Société Belge des Urbanistes et Architectes Modernistes (SBUAM) en de Hoge Raad van de Stedenbouw. Bij de oprichting van de Orde der Architecten in 1963 werd Stynen haar eerste nationale voorzitter, waarna hij vier jaar voorzitter was van haar Antwerpse provinciale raad.
In de plaquette uitgegeven ter gelegenheid van zijn 65ste verjaardag Léon Stynen / Architect formuleert Renaat Braem terecht: Indien iemand onder een gelukkig gesternte geboren is, is het wel hij, want hij kon zich, als beginnend architekt richten tot de dunne laag beschaafde lieden, die onder de invloed der eerste pioniers wel voor een moderne architektuur gewonnen waren, maar daarom niet bereid konden worden gevonden voor spitse buitennissigheden. (…) [Hij] moest wel de architekt worden van (…) [de ] meer gefortuneerde burgerij, wier aspiraties hij het best benaderde.
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Camille Huysmanslaan 85-87 (Antwerpen)
Geheel van twee woningen opgericht naar ontwerp van Stynen uit 1932-1933, op de hoek van de Camille Huysmanslaan en de Volhardingstraat. Op de hoek staat de eigen woning met atelier van Léon Stynen.
Paleisstraat 10 (Antwerpen)
Tussen de eind-19de- en begin-20ste-eeuwse panden met neoclassicistische of eclectische gevel valt deze woning met art-decogevel duidelijk op.
Vlierbeeklaan 1 (Leuven)
Basisschool De Heffel is gelegen vlakbij het Provinciedomein van Kessel-Lo op een driehoekig plan, ingesloten door de Vlierbeeklaan en de Holsbeeksesteenweg. De basisschool werd gebouwd in 1959 naar het modernistisch ontwerp van architect Léon Stynen en zijn partner Paul De Meyer in opdracht van het toenmalige gemeentebestuur van Kessel-Lo. De school is geconstrueerd met toepassing van moderne materialen (beton en glas) volgens een experimenteel open-schoolconcept en plaatst zich binnen de moderne architecturale stroming de Internationale Stijl. Het gebouw is bovendien een architecturale reflectie van de veranderende pedagogische waarden in de 20ste eeuw (focus op licht, lucht, ruimte, contact met groen, transparantie, veiligheid, collaboratief design).
Schoenmarkt 35 (Antwerpen)
Torengebouw in art-decostijl op de hoek van Schoenmarkt, Eiermarkt en Beddenstraat, in 1928-1931 gebouwd in opdracht van de Algemeene Bankvereeniging, naar een ontwerp door de architecten Jan Vanhoenacker, Jos Smolderen en Emiel Van Averbeke. Het gebouw was destijds de hoogste wolkenkrabber van Europa, met een hoogte van 87,50 meter.
Jan Van Rijswijcklaan 162 (Antwerpen)
Kantoorgebouw in naoorlogs modernisme gebouwd in opdracht van BP Belgium, de Belgische vestiging van olieproducent The British Petroleum Company. Het ontwerp door de architecten Léon Stynen en Paul De Meyer, voor de uitvoering geassisteerd door Joseph Reusens, dateert van 1959-1960.
Mechelsesteenweg 164 (Antwerpen)
Voornaam burgerhuis in beaux-artsstijl naar een ontwerp door Jan De Vroey uit 1928. Opdrachtgever was schoonbroer en ondernemer François Van Bree, die in 1910 door de architect al een pakhuis met stallingen had laten opgetrokken aan het Hessenplein. Het Antwerpse aannemersbedrijf Jean Vanderstraeten stond in voor de bouw.
Jan Van Rijswijcklaan 111 (Antwerpen)
Burgerhuis in neo-Lodewijk XV-stijl gebouwd in opdracht van de Boomse wijnhandelaar Albert Spillemaekers, waarvoor een bouwaanvraag van 1912. Het gebouw is een vroeg ontwerp van de jonge architect Jan Sel, die pas een jaar later zou afstuderen.
Steenstraat 29 (Brugge)
Diephuis van vier traveeën en drie bouwlagen onder zadeldak (Vlaamse pannen), met kern van 1640; gevel vernieuwd: in de loop van de 19de eeuw verbouwd tot schermgevel waarvan het huidige topstuk toen de lagere derde bouwlaag vormde voorzien van de typerende blinde vensters in de uiterste travee.
Casinoplein 9, Zeedijk 150 (Blankenberge)
Het casino wordt gebouwd in 1932-1934 naar ontwerp van de architecten L. Stynen (Antwerpen), R. Speybrouck (Blankenberge) en G. Van Sluys (Blankenberge). Modernistische pronkgevel aan de zeezijde met de grote hoekige toren.
Zeedijk-Albertstrand 508-509, 510 (Knokke-Heist)
Casino Knokke, opgetrokken in 1929-1931 in opdracht van Jozef Nellens door architect Léon Stynen (Antwerpen, 1899-1990), bijgestaan door de Antwerpse bouwmeesters Jan Vanhoenacker en François Dens.
Monacoplein (Oostende)
Casino-Kursaal, opgetrokken tussen 1950-1952 naar ontwerp van architect Léon Stynen (Antwerpen) in samenwerking met Paul De Meyer.
Vestingstraat (Antwerpen)
Cinema Capitole was één van de talrijke bioscopen in de buurt van de De Keyserlei. Bijna allemaal zijn deze gebouwen gesloopt, ook zo voor Cinema Capitole. De cinema ontstond door een grote verbouwing van een bestaande bioscoop in 1932, een dossier opgemaakt door architect Léon Stynen.
De Keyserlei 15 (Antwerpen)
Cinema Rex was één van de grootste cinema’s van Antwerpen, met de ligging op de De Keyserlei ook het centrum vormend van een wijk met talrijke kleinere bioscoopzalen.
Frankrijklei 67-69 (Antwerpen)
Consulaat in naoorlogs modernisme, naar een ontwerp door de architecten Léon Stynen, Paul De Meyer en James Spruyt uit 1950-1951. Opdrachtgever was het Foreign Buildings Office of the Department of State van de Verenigde Staten van Amerika.
Mechelsesteenweg 247 (Antwerpen)
Brutalistisch appartementsgebouw op de hoek van Mechelsesteenweg en Zonnewijzerstraat, naar een ontwerp door de architecten Léon Stynen en Paul De Meyer, in samenwerking met Walter Bresseleers en Paul Meekels uit 1955, voltooid in 1957.
Steenstraat 29 (Brugge)
Diephuis van drie traveeën en heden drie bouwlagen onder zadeldak (Vlaamse pannen).
Van Diepenbeeckstraat 7-19 (Antwerpen)
Geheel van zeven gekoppelde burgerhuizen in art-nouveaustijl, waarvan de nummers 9 tot 17 als eenheidsbebouwing zijn opgevat, te dateren begin jaren 1900. Een bouwdossier werd niet teruggevonden, opdrachtgever, ontwerper noch aannemer zijn gekend.
Haringrodestraat 104, Mechelsesteenweg 279 (Antwerpen)
Complex gevormd door een showroom en garage in naoorlogs modernisme, dat een langgerekt perceel beslaat tussen de Mechelsesteenweg en de Haringrodestraat. Ontworpen door de architect Léon Stynen in 1946-1949, en opgetrokken in 1948-1951, met als aannemer Georges Valckenaere uit Berchem.
Lodewijk Gerritslaan 29 (Antwerpen)
Flatgebouw in nieuwe zakelijkheid naar een ontwerp door de architect Léon Stynen uit 1935-1936. Opdrachtgever was de van oorsprong Franse parketfabrikant Henri Eugène Lachappelle.
Burg. Frans Desmidtplein (Knokke-Heist)
Gedenkzuil voor militaire slachtoffers van de Eerste Wereldoorlog, opgericht in 1922 naar ontwerp van architect Léon Stynen (Antwerpen, 1899-1990) in samenwerking met de beeldhouwer Guillaume Dumont.
Eugène Ysayelaan 1-3 (Knokke-Heist)
Gekoppelde villa in art-decostijl van 1927 naar ontwerp van architect Marcel Collet. Witgeschilderde baksteenbouw onder spel van hoge mansardedaken. Expressieve gevels onder meer door de hoek uitgewerkt in natuursteen en glasdallen als scharnier tussen de twee villa's is. Strakke bakstenen tuinmuur.
Beatrijslaan 70, Meeuwstraat 1-5, Reigerstraat 2-4 (Antwerpen)
Huizengroep van zes losstaande eengezinswoningen naar ontwerp van Léon Stynen van 1935.
Italiëlei 22-24, Rijnpoortvest 9-13 (Antwerpen)
Complex bestaande uit een handelsgebouw met kantoren en pakhuis, in zijn huidige vorm tijdens drie opeenvolgende bouwcampagnes tot stand gekomen tussen 1941 en 1963, naar ontwerpen door de architect Léon Stynen, in de laatste fase geassisteerd door de architect Paul De Meyer.
Bosmanslei 33 (Antwerpen)
Herenhuis in cottagestijl gebouwd in opdracht van Pierre Jean Maurice van der Groen, naar een ontwerp van de architecten Florent Vaes en Joan Coninck Westenberg uit 1911. Deze rijwoning in halfopen bebouwing beantwoordt aan het type van de stadsvilla, dat in de Bosmanslei en de Van Putlei het merendeel van de bebouwing uitmaakt.
Lage Kaart 536-542 (Brasschaat)
Vakantieoord voor kinderen, heden Jongens-internaat; in 1938 gebouwd naar ontwerp van Léon Stynen.
Uitbreidingstraat 392 (Antwerpen)
Hoofdhuis Veritas van 1958-59 naar ontwerp van Léon Stynen en Paul De Meyer.
Mechelsesteenweg 14 (Antwerpen)
Juwelierszaak met art-nouveau-meubilair van 1897 en 1905 door Philippe Wolfers, gevestigd in een neoclassicistische burgerhuis naar een ontwerp door de architect Heliodore Leclef uit 1869.
Mechelsesteenweg 271-273 (Antwerpen)
Kantoortoren in naoorlogs modernisme op de hoek van Mechelsesteenweg en Lamorinièrestraat, gebouwd door de elektriciteitsmaatschappij E.B.E.S., naar een gezamenlijk ontwerp van de architecten Hugo Van Kuyck en Léon Stynen in samenwerking met Paul De Meyer uit 1956, voltooid in 1959.
Frankrijklei 70, Van Cuyckstraat 1 (Antwerpen)
Kantoorgebouw in naoorlogs modernisme, gebouwd naar een ontwerp door de architecten Léon Stynen en Paul De Meyer uit 1960. Opdrachtgever was L’Assurance Liégeoise, een in 1895 opgerichte verzekeringsmaatschappij met maatschappelijke zetel in Luik.
Lange Klarenstraat 16, 20 (Antwerpen)
Kantoorgebouw in naoorlogs modernisme op de hoek van de Lange en de Korte Klarenstraat, gebouwd naar een ontwerp uit 1951 door de architecten Léon Stynen en Paul De Meyer in samenwerking met T. Biwer. Opdrachtgever was de nv Transaf (Société Anonyme de Transports et d’Affrêtements), een transport- en bevrachtingsbedrijf actief in de Antwerpse haven.
Meir 66 (Antwerpen)
Grote kledingwinkel van de Nederlandse keten C&A, naar een ontwerp in brutalistische stijl door de architecten Léon Stynen en Paul de Meyer uit 1961-1962, opgetrokken in 1962-1963 op de hoek van Meir en Kolveniersstraat. Als bouwheer trad de te Brussel gevestigde nv Mateor op, uit naam van C&A België. Het bouwbedrijf Algemene Ondernemingen Weduwe Jerôme Van Coillie uit Oostende voerde de werken uit.
Veldstraat 88 (Gent)
Grote kledingwinkel van de keten C&A, naar een ontwerp in brutalistische stijl door de architecten Léon Stynen en Paul de Meyer uit 1965, opgetrokken aan de Veldstraat met achtergevel aan de Ajuinlei. Als bouwheer trad de te Laken gevestigde nv Mateor op, uit naam van C&A België.
Desguinlei 25 (Antwerpen)
Opgetrokken in 1963-88 naar ontwerp van L. Stynen in samenwerking met P. De Meyer. Voorheen - sedert 1885 - was het conservatorium ondergebracht in het zestiende-eeuwse hotel "Den Grooten Zot", Sint-Jacobsmarkt nummer 11 te Antwerpen.
Marialei 40 (Antwerpen)
Woning met atelier in modernistische stijl, gebouwd in opdracht van de kunstschilder Floris Jespers, naar een ontwerp door de architect Frits de Mont uit 1929. Het project betrof de complete verbouwing van een bestaand pand, waar Jespers al langer gevestigd was. Al in 1932 liet hij door de architect Léon Stynen de pui verbouwen.
Thaliastraat 10 (Antwerpen)
Meergezinswoning gebouwd in opdracht van Floris Seidel, naar een ontwerp door de architect Léon Stynen uit 1927, volgens het bouwdossier opgetrokken in 1928.
Koninklijkelaan 38 (Antwerpen)
Meergezinswoning in beaux-artsstijl naar een ontwerp van de architect Léon Stynen uit 1926. De bouw werd op 17 mei 1926 aangevat, en in de loop van 1927 voltooid. Opdrachtgever was Florent Giliams-Leemans, uitbater van een spiegel- en glazenmakerij.
Meirbrug 1-5 (Antwerpen)
Kantoorgebouw in naoorlogs modernisme op de hoek van Meirbrug, Eiermarkt en Sint-Katelijnevest, naar een ontwerp door de architecten Léon Stynen en Paul De Meyer uit 1947, gewijzigd in 1948.
Wilgenlaan 50 (Antwerpen)
Modernistisch burgerhuis, volgens het vandaag verdwenen bouwdossier opgetrokken naar een ontwerp door de architect Léon Stynen uit 1935.
Van Eycklei 19 (Antwerpen)
Modernistisch duplexflatgebouwgebouw, opgetrokken in opdracht van de Nationale Kas voor Bediendenpensioenen, naar een ontwerp door de architect Léon Stynen uit 1937-1938. De Nationale Kas voor Bediendenpensioenen werd opgericht als instelling van openbaar nut, in uitvoering van de wet op de bediendenpensioenen van 30 juni 1930.
Koningin Astridlaan 67 (Hasselt)
De modernistische woning werd in de jaren 1930 ontworpen door Leon Stynen in opdracht van Théo Douchar-Koninckx. Architect Arthur Baar speelde een belangrijke rol in de uitvoering en de opvolging van de werken.
Boomsesteenweg 957 (Antwerpen)
Sobere baksteenbouw van één bouwlaag onder plat dak, hoger ingangsgedeelte met uitspringende gebogen deur met steektrap.
Bijendreef 1-16, Koning Albertplein 1, Prins-Regentlaan 1-3, 4-39, 40-56, Prins-Regentplein 1-9, 10-33, 34-58, Spaarstraat 160-166, Weerstandlaan 7, Willem Coosemansstraat 175 (Leuven)
Sociale woonwijk Casablanca kwam tot stand tijdens de jaren 1950 in opdracht van sociale huisvestingsmaatschappij Heuvelhof, naar ontwerpplannen van architecten Léon Stynen en Paul De Meyer.
Aalbeslei 1-10, Braambeslei 1-14, Gaston Fabrélaan 146-165, Hazelnootlei 1-10, Kartuizersstraat 2-14, Kerseboomlei 1-6, Koolhofstraat 1-32, Kriekeboomlei 1-12, Lijsterbeslei 1-6, Moerbezielei 1-10, Oudehofstraat 2-50, Pachthofplein 1-12, Papaverlei 1-14, Petunialei 1-10, Primulalei 1-14, Rozelaarlei 1-10, Steerveldstraat 2-26, Valaardreef 2-28, 36-60, Veenbeslaan 1-14, Vierendeelstraat 1-12 (Antwerpen)
Sociale woonwijk De Vallaer werd gebouwd tijdens de jaren 1950 naar ontwerp van architecten Léon Stynen en Paul De Meyer.
Julius Sabbestraat (Harelbeke)
Parochie- en bedevaartkerk, toegewijd aan Sint-Rita. Georiënteerde kerk met ten zuidoosten gelegen sacristie. Uitzonderlijke, modernistische kerk van architecten Stynen en De Meyer.
Jan Van Rijswijcklaan 160 (Antwerpen)
Appartementsgebouw in art deco naar een ontwerp van architect Léon Stynen uit 1931-1932. Het gebouw dat zeven bouwlagen en een dakverdieping omvat, neemt een prominente locatie in aan het rond punt van de Jan Van Rijswijcklaan, op de hoek met de Desguinlei.
Koningin Elisabethlei 6 (Antwerpen)
Appartementsgebouw in modernistische stijl, gebouwd in opdracht van de naamloze maatschappij "Résidence Belle-Vue", naar een ontwerp door de architecten François Dens en Léon Stynen uit 1933-1934, voltooid in 1935.
Britselei 21 (Antwerpen)
Modernistisch appartementsgebouw naar een ontwerp door de architect Léon Stynen uit 1935. Opdrachtgever was Alphonse Derboven, voor wie Stynen in het begin van zijn loopbaan al een drietal gebouwen had gerealiseerd. De “Résidence Britannia”, waarvoor een bestaand herenhuis werd gesloopt, omvat acht flats van hoge standing, een conciërgewoning en garages.
Prins Boudewijnlaan 308-326 (Antwerpen)
Flatgebouw met luxe-appartementen voorzien van winkels en restaurant op de benedenverdieping, ontwerp van Léon Stynen van 1931.
Minderbroedersrui 74 (Antwerpen)
Traditioneel hoekhuis van Minderbroedersrui, Wolstraat en Grote Goddaard, uit de eerste helft van de 17de eeuw. Grondig gerestaureerd in 1923-1924 door Léon Stynen en Victor Gorlé, in opdracht van de Comptoirs Vander Elst.
Poolspad 5, 9 (Knokke-Heist)
Villa zogenaamd "Les Dauphins-Les Nymphes", samen met nummers 1-3 deel uitmakend van ensemble van twee dubbelvilla's naar ontwerp (1927) van de Antwerpse architect Léon Stynen (1899-1990), opgetrokken volgens kadaster in 1928.
Palmenlaan 10 (Antwerpen)
Villa in traditionalistische stijl gebouwd in opdracht van Edouard Maes, naar een ontwerp door de architecten Léon Stynen en Paul De Meyer uit 1954. Een voorafgaand, modernistisch project voor de villa uit 1953, werd door het stadsbestuur op stilistische gronden geweigerd.
Poolspad 1-3 (Knokke-Heist)
Villa Nautilus-Arcadië, samen met nummers 5 en 9 deel uitmakend van ensemble van twee dubbelvilla's naar ontwerp van de Antwerpse architect Léon Stynen, opgetrokken in 1928. Hoger gelegen dubbelvilla in cottage- en art-decostijl, waarvan het architecturaal concept mee wordt bepaald door de goede inwerking in de duinhelling, met geïntegreerde trappartijen en plateaus.
Britspad 23-25, Zeemeeuwenpad 10-12 (Knokke-Heist)
Dubbele villa in cottage- en art-decostijl van 1926 naar ontwerp van architect Léon Stynen. Deels bepleisterde en witgeschilderde baksteenbouw op zwarte plint.
Doornelei 18 (Antwerpen)
Modernistisch burgerhuis gebouwd in opdracht van Henri Arnouts, naar een ontwerp door de architect Léon Stynen uit 1935. De rijwoning met een gevelbreedte van twee ongelijke traveeën, telt drie bouwlagen onder een plat dak.
Camille Huysmanslaan 86 (Antwerpen)
Meergezinswoning uit 1935 in opdracht van F. Brocké-Lanny, naar ontwerp van Léon Stynen.
Vlaamsekunstlaan 39 (Antwerpen)
Meergezinswoning uit 1936, opgetrokken voor Fr. Daniel, naar ontwerp van de Antwerpse architect en stedenbouwkundige Léon Stynen.
Jan Van Rijswijcklaan 136 (Antwerpen)
Burgerhuis in art deco, gebouwd in opdracht van Alphonse Derboven naar een ontwerp van architect Léon Stynen uit 1924, waarvoor de bouwaanvraag werd ingediend in 1925. Deze rijwoning van vier bouwlagen behoort tot de vroegste realisaties van Stynen.
Tentoonstellingslaan 13 (Antwerpen)
Burgerhuis uit 1938, opgetrokken voor Hendrik Hautekeete, naar ontwerp van de Antwerpse architect en stedenbouwkundige Léon Stynen.
Volhardingstraat 66 (Antwerpen)
In opdracht van maatschappij bestuurder M. Hirsch ontwierp Léon Stynen in 1937 een burgerhuis aan de Volhardingstraat.
Ruytenburgstraat 29 (Antwerpen)
Burgerhuis van vier bouwlagen onder een platte bedaking, opgetrokken in een zakelijk baksteenmodernisme, ontworpen in 1936 door Léon Stynen.
Volhardingstraat 18 (Antwerpen)
Meergezinswoning uit 1934 in opdracht van Gustaaf Lenaerts, naar ontwerp van Léon Stynen.
Cruyslei 62 (Antwerpen)
Rijwoning met afgesloten voortuin en achtertuin, de meergezinswoning omvat drie bouwlagen en smalle aanbouw van twee bouwlagen, ontworpen in 1928 door Léon Stynen.
Vlaamsekunstlaan 29 (Antwerpen)
Burgerhuis uit 1938, opgetrokken voor het echtpaar Jos Senten, naar ontwerp van de Antwerpse architect en stedenbouwkundige Léon Stynen.
Vlaamsekunstlaan 37 (Antwerpen)
Het burgerhuis is in 1935 opgetrokken voor het echtpaar Jacques Ulfelt–Waets, naar ontwerp van de Antwerpse architect en stedenbouwkundige Léon Stynen.
Volhardingstraat 68 (Antwerpen)
Deze woning, op de hoek van de Volhardingstraat en de Serigiersstraat is in 1936 opgetrokken in opdracht van ingenieur Frans Van Laethem, naar ontwerp van de Antwerpse architect en stedenbouwkundige Léon Stynen.
Joos Robijnslei 20 (Antwerpen)
Eengezinswoning, in half open bebouwing, in art-decostijl onder invloed van de Amsterdamse School, gebouwd in opdracht van Willem Marie Van Lommel, naar een ontwerp door de architect Léon Stynen uit 1925.
Mellinetplein 5 (Antwerpen)
Rijhuis met voortuintje in nieuwe zakelijkheid van 1938, naar ontwerp van Léon Stynen.
Volhardingstraat 80 (Antwerpen)
Burgerhuis uit 1935 in opdracht van Jos Verdyck-Renglet, naar ontwerp van Léon Stynen. In 1937 was Verdyck werkzaam als 'mandat. de banque, profess. de sciences comm'.
Antwerpsestraat 134 (Boom)
Woning in nieuwe zakelijkheid van 1927 naar ontwerp van architect Léon Stynen. Eengezinswoning met alternerende volumes.
Leopoldslei 132 (Brasschaat)
Alleenstaand landhuis van twee bouwlagen in nieuwe zakelijkheid, te dateren in het tweede kwart van de 20ste eeuw.
Georges Spelierlaan 78 (Kapellen)
Vrijstaande woning met grote tuin in nieuwe zakelijkheid van 1935 naar ontwerp van architect L. Stynen.
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Stynen [online], https://id.erfgoed.net/personen/4663 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.