Circa 8 hectare groot domein met park en vijver in landschappelijke stijl ingeplant tussen de Waregemsestraat (ten noorden) en de huidige Vijverdamstraat (ten zuiden). Oorspronkelijk eikenbos eigendom van het Kasteel van Nokere, naar verluidt met jachtpaviljoentje. Huidig landhuis gebouwd circa 1860 door V. de Kerchove de Denterghem, toenmalig burgemeester van Nokere, later in bezit van markies P. Ruffo de Bonneval de la Fare - de Kerchove de Denterghem. Zijn zoon Sixtus liet het in de jaren 1890-1910 herhaaldelijk uitbreiden tot het huidige kasteel met onder meer twee torens. Kapel ingericht door P. Ruffo de Bonneval bij het intreden van zijn dochter in het klooster.

Achterin gelegen oorspronkelijk landhuis op rechthoekige plattegrond met voorgevel gericht naar het noorden, vijf traveeën en twee bouwlagen onder leien zadeldak (nok loodrecht op de straat), aan oostzijde uitgebreid met één terugwijkende travee met boven de tweede bouwlaag hoger opgetrokken rond torentje met twee geledingen en leien kegeldak; aflijnende decoratieve bakstenen booglijst. Aan westzijde, toegevoegde kapelvleugel en uitspringende achtzijdige toren met drie geledingen en leien kalotvormig dak met ijzeren belvedère. Onderkelderde baksteenbouw op plint van arduinplaten. Noordelijke voorgevel geritmeerd door rechthoekige spaarvelden waarin dito vensters op arduinen dorpels, bewaard houtwerk en persiennes, op de bovenverdieping in geprofileerde gepleisterde omlijsting.

Aflijnende gelede architraaf, fries met rechthoekige venstertjes en vernieuwde plastieken daklijst. Gemarkeerde centrale deurtravee met terras voorafgegaan door brede trap met acht treden en bekronend pseudo-driehoekig fronton met venster en topoculus. Rechthoekige deurvenster met persiennes. Gelijkaardige achtergevel met circa 1910 toegevoegde driezijdige centrale uitbouw; halfronde apsis achter westelijke travee met kapel.

Oostelijke zijgevel met twee en drie bouwlagen met diensttoegang, gelijkaardige vensters met persiennes en vermeld rond hoektorentje; lager okseltorentje aan achtergevel. Westelijke zijgevel met achtzijdige hoektoren en voormalige kapel van vier traveeën waaronder linker Brugse travee met houten erker en drie spitsboogvensters onder waterlijst; sierankers.

Behouden 19de-eeuws interieur met centrale hal waarrond verschillende salons gegroepeerd zijn. Wanden geritmeerd door Korintische pilasters en omlijste deuren; zwart- en witmarmeren vloer en plafond met fijne stuclijsten. Salons met dito stucplafonds, schouwboezems met rondboognis, voorheen venster, en rechthoekige deuren met supraportes met idyllische landelijke schilderijen, naar verluidt afkomstig van het oud kasteel van Nokere. Kapelinterieur en glasramen momenteel verstopt achter valse wanden.

Ten oosten van het kasteel voormalige koetshuizen, eveneens van circa 1860, vier traveeën en anderhalve bouwlaag onder zadeldak (golfplaten, nok parallel aan de straat). Bakstenen gebouw met westgevel geritmeerd door lisenen en rechthoekige poorten, aan oostzijde later uitgebreid. Gekanteelde muur met rond torentje en ijzeren hek als afsluiting van de tuin ten zuiden.

Ten noordwesten in het kasteeldomein, hovenierswoning, in kern eveneens gebouwd circa 1860, doch herhaaldelijk uitgebreid in U-vorm met onder meer rechts zijtrapgevel en aangebouwde druivenserres.

Park in landschappelijke stijl ten noordoosten voor het kasteel aangelegd in het glooiend landschap met serpentinevijver in betonnen bekisting en merkwaardig watertorentje in historiserende baksteenarchitectuur, gebouwd circa 1895, oorspronkelijk met windmolen erboven om het kasteel te voorzien van stromend water. Bakstenen toren op bredere voet met steekboogvormige deur, schietgaten en bekronende overkragende boogfries.