erfgoedobject

Parochiekerk Sint-Amandus

bouwkundig element
ID
8731
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/8731

Juridische gevolgen

Beschrijving

De westtoren en kern van de Sint-Amanduskerk klimt op tot de eerste helft van de 12de eeuw. De kerk werd verbouwd in 1669 en in de 19de eeuw.

Historiek

De Sint-Amanduskerk te Schendelbeke wordt voor het eerst vermeld in een bisschoppelijke oorkonde van 1139, die het patronaatsrecht van het kapittel van het Heilig Kruis te Kamerijk over de kerk bevestigt. Tot de middeleeuwse bouw behoren sporen van een eenbeukige kern, een gotische westtoren en uitgebouwd transept. De kerk werd verbouwd in 1669 en op verschillende tijdstippen in de jaren 1822-1890. De westtoren werd circa 1900 hersteld naar ontwerp van de Gentse architect Mortier.

In de jaren 60 van de 20ste eeuw werd bij de heraanleg van de baan ten oosten van de Sint-Amanduskerk het gedesaffecteerd kerkhof ter hoogte van het koor verwijderd. Hierdoor kwam het koor onmiddellijk aan de baan te liggen en veroorzaakte zwaar verkeer aan dit gedeelte van de kerk barsten en scheuren.

Beschrijving

Het kerkhof is herleid tot een met gras begroeide strook aan weerszijden van de kerk en de kerkhofmuur werd vervangen door een bakstenen muurtje. Vóór de kerkingang staan nog de oude kalkstenen vierkante ingangspijlers met niet meer oorspronkelijke deklijst en bekronende bol, met aan weerszijden ervan een laag ook vierkant pijlertje met bolbekroning.

In grondplan bestaat de kerk uit een vierkante westtoren met een rond traptorentje in de hoek met de zuidelijke zijbeuk, een onder gemeenschappelijk zadeldak geplaatst driebeukig schip van drie traveeën, een vóór het gevelvlak van de zijbeuken uitgebouwd transept, een koor van twee traveeën en driezijdige apsis en een noord- en zuidelijke sacristie. Als bouwmateriaal is overwegend baksteen verwerkt. Zandsteen werd voornamelijk gebruikt bij de steunberen, portaal en bovenbouw van de toren, bij vensters van toren en transept, bij plint en hoeken van zijbeuken, transept, zuidelijke sacristie en koorapsis. Getuigen in de hoeken van de zijbeuken tonen aan dat de vroegere kerk eenbeukig is geweest.

Naar vorm zijn het portaal en de grote vensters van de westtoren en de grote vensters van de transeptarmen nog gotisch maar behalve de neggen en de boog van de noordelijk transeptvenster zijn ze het resultaat van een ingrijpende vernieuwing naar aanleiding van restauratiewerken van het einde van de 19de-begin 20ste eeuw. Ook de gekoppelde lancetvensters van de zijbeuken getuigen van ingrijpende neogotische aanpassingen. De segmentboogvensters van het koor hebben kalkstenen omlijstingen; de sluitmuur van de apsis is daarentegen blind. Vlechtingen in het metselwerk van de zuidelijke transeptarm tonen aan dat de gevel later werd verhoogd. Hier en daar treft men bij de gevels nog sporen aan van een latere bezetting in combinatie met een knipvoegafwerking.

In de hoek van de westtoren met de noordelijke zijbeuk is een lagere noordelijke doopkapel opgetrokken. Deze is geplaatst onder een lessenaarsdak, is geopend met een lancetvenster in de westgevel en heeft een blinde noordgevel waartegen in de jaren 20 van de 20ste eeuw een grafsteen werd geplaatst. Tegen de blinde westgevel van de noordelijke zijbeuk is een marmeren epitaaf van 1812, geplaatst onder een kalkstenen geprofileerde boog met bekronende siervaas, het geheel afgesloten met een smeedijzeren hekwerk. Tegen de linker torensteunbeer is een mogelijk 18de-eeuwse, nu onleesbare kalkstenen grafplaat geplaatst. In de westgevel van de zuidelijke transeptarm is een arduinen grafplaat van 1759 in een kalkstenen omlijsting ingewerkt. Vóór de kerkingang staan nog de oude kalkstenen vierkante ingangspijlers met (niet meer oorspronkelijke) deklijst en bekronende bol en met aan weerszijden een laag vierkant pijlertje met bolbekroning en ertussen een klein achthoekig arduinen paaltje. Het vroegere hekwerk van de kerkingang ontbreekt. Tegen de sluitmuur van de apsis staat een kruisbeeld, geplaatst op een 19de-eeuwse arduinen sokkel. Het kerkinterieur is afgedekt met bepleisterde tongewelven, in het schip rustend op gedrukte rondbogen en zuilen met achtzijdige sokkels en dekplaten.

Interieur

Van een bijzondere historische en artistieke waarde is de binnenaankleding van de kerk. Het mobilair bestaat uit:

Mobilair
  • Hoofdaltaar, barok, zwart marmer, afkomstig uit de voormalige Sint-Adriaansabij van Geraardsbergen, met altaarstuk ‘Aanbidding der herders’ (1783), draaitabernakel uit wit geverfd en verguld hout;
  • Dienstaltaar, gemaakt met vier panelen van de vroegere communiebank (midden 18de eeuw);
  • Koorlezenaar (18de eeuw);
  • Koorlambrisering, classicistisch (tweede helft 18de eeuw), met Korinthische pilasters en siervaasmotieven met guirlandes;
  • Noordelijk zijaltaar, classicistisch, wit geschilderd, met Korinthische hoekzuilen, hoofdgestel met siervazen en centraal gepolychromeerd Mariabeeld met Jezuskind door Van Biesbroeck uit Gent (18de eeuw);
  • Zuidelijk zijaltaar, barok (2de helft 18de eeuw), wit geschilderd en verguld, met hoekpilasters en rocaillemotieven, centraal een gepolychromeerd houten beeld van de Heilige Amandus door Van Biesbroeck uit Gent;
  • Biechtstoel in noordelijke transeptarm, barok (1754), met links en rechts, geplaatst achter een glazen deurtje, respectievelijk houten reliekhouder van de H. Lucia (18de eeuw), later (1841) geschilderd en verguld en met na een diefstal nieuw gemaakte engelfiguurtjes, en houten gepolychromeerd beeld van de Heilige Amandus (1647);
  • Biechtstoel in zuidelijke transeptarm (1754), met links en rechts, geplaatst achter een glazen deurtje, respectievelijk gepolychromeerd houten beeld van de Heilige Laurentius (17de eeuw) en van de Heilige Antonius van Padua (18de eeuw);
  • Preekstoel, barok (midden 18de eeuw), met onder meer met medaillons versierde kuip, trap met acanthusbladvoluten en rococo-schelpmotieven, met lamberkijnen, kwasten en engelenkopjes versierd klankbord;
  • Doksaal, laatclassicistisch (1831);
  • Orgel (1833) door P.C. Van Peteghem uit Gent en J.C. Vanderbeken uit Geraardsbergen (beschermd 23.03.1980);
  • Brandglasramen: vier in het hoogkoor (1930), voorstellend H. Theresia met Jezuskind, Heilig Hart (links), Sint-Amandus en Onze-Lieve-Vrouw met Jezus (rechts), twee in de transeptarmen (1960) door J. Maréchal uit Eeklo, voorstellend Verrijzenis van Christus (links) en Heilige Maagd (rechts) en twee in de doopkapel en boven aan het doksaal (1962) door A. De Bock uit Schendelbeke, respectievelijk voorstellend de Geboorte van Christus en een Pelgrim;
  • Geschilderde kruisweg (19de eeuw);
  • Grafstenen (nu onleesbaar) in de kerkvloer.

Bron: Onroerend Erfgoed, Digitaal beschermingsdossier DO002254, Sint-Amanduskerk met kerkhof.
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Parochiekerk Sint-Amandus [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/8731 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.