Inventaris

Jesserenplein (Borgloon)
Het goederenstation is een alleenstaand gebouw van vijf traveeën en een bouwlaag onder zadeldak. Bakstenen gebouw op verhoogde begane grond. Getoogde muuropeningen; luifel over de deur.

Jesserenplein 2 (Borgloon)
Voormalig station van Jesseren, gebouwd circa 1900. Na het stoppen van de uitbating van de lijn, werd het station verkocht en ingericht als café.

Kuttekovenstraat (Borgloon)
De spoorwegbedding in het centrum van Kuttekoven is een restant van de spoorlijn Tongeren-Sint-Truiden, aangelegd in 1878-1879 en afgebroken in 1970-1971. De ophoging is begroeid met bomen en struikgewas.

Everbeek, Nederbrakel, Opbrakel (Brakel)
Dit gebied situeert zich op in het zuiden van Brakel. De zuidelijke en westelijke grens wordt deels door de gewestgrens gevormd. De bossen liggen op de hellingen van de getuigenheuvels van de Vlaamse Ardennen, waarop de bronnen van enkele beken liggen. De valleien van de bovenlopen van de Verrebeek, Dorenbosbeek en Terkleppebeek worden gekenmerkt door graslanden met KLE's, ze vormen een halfopen landschap. De steile zijvalleien van de Terkleppebeek hebben een mozaïek van kleinere bosjes, graslanden en akkerlanden. De Maandagkouter en de Wallekouter rond de Verrebeekmolen hebben een open karakter. Het Mijnwerkerspad, een voormalige spoorlijn, wordt door de houtkanten op talud in het landschap afgetekend.

Riedeplein 9 (Brakel)
Typisch langgerekt station wellicht opgericht in begin 20ste eeuw waarvan vroegere stationschefwoning in deel van vier traveeën met bovenverdieping onder zadeldak; ongelijke zijvleugels van één bouwlaag, respectievelijk linker van zes traveeën onder zadeldak en rechter van twee traveeën. Behouden ijzeren spanten van de vroegere perronluifel.

Stationsplein 5 (Brakel)
Verwaarloosd voormalig stationsgebouw uit het vierde kwart van de 19de eeuw, nu jeugdclub "Alpha" en kinderwerking "'t Lapijntje". Wachthuis en goederenloods gesloopt.

Tenbergen 34 (Brakel)
Voormalig stationnetje ongeveer gelijktijdig opgericht met de aanleg van de spoorlijn Aalst-Ronse in 1884-1885. L-vormige alleenstaand huis van anderhalve bouwlaag onder overstekende snijdende zadeldaken, in de typerende bouwtrant van de landelijke spoorwegarchitectuur uit de tweede helft van de 19de eeuw.

Brasschaat (Brasschaat), Brecht (Brecht), Loenhout, Wuustwezel (Wuustwezel)
Het Groot Schietveld is ontstaan als gevolg van de evolutie van artillerie. In eerste instantie werd het Klein Schietveld opgericht als een legerkamp in 1820, dit gebied werd systematisch vergroot tot het in 1859 ca. 415ha besloeg en 4km diep was. Het vliegveld dateert van 1911. Omdat de kanonnen veel verder dan 4 kilometer konden schieten, was er behoefte aan een groter schietterrein waarvoor vanaf 1888 opnieuw gronden werden aangekocht zodat het in 1894 ca. 1170ha besloeg en ca. 10km lang was. Het gebied bestaat momenteel voornamelijk uit een open heidegebied met vennen en sporen van turfwinning, verschillende bossen, grasland met historisch gebruik als graas- en hooiweide en een tweetal parkdomeinen.

Venusstraat 18-20 (Brecht)
Tramstation van 1910. Bakstenen gebouw van één bouwlaag met grillig volume, boeiend dakenspel van overkragende leien zadeldaken.

Assebroek (Brugge)
Door de Gemene Weiden loopt een half verhard fietspad dat is aangelegd op het voormalig tracé van de treinlijn Brugge-Maldegem-Eeklo die werd aangelegd in 1863. De spoorlijn werd een paar decennia terug opgegeven en opgebroken. De bedding kent nog een gebruik als recreatief pad. Langs het fietspad staan onder andere houtkanten met linde, meidoorn en esdoorn en elzenhakhout.