Gelegen in het verlengde van Dijle, op de linkeroever van de Dijlerivier tussen de Van Beethovenstraat en Kraanstraat.
In 1301 verwerft de stad van Jan II, hertog van Brabant, het privilege tot het houden van een havermarkt; in 1356 bekrachtigd door Lodewijk van Male, graaf van Vlaanderen. Huidige benaming aldus duidend op de werf waar haver ontscheept en verhandeld werd.
Van de aanvankelijk kleinschalige bebouwing resten heden nog enkele merkwaardige 16de- en 17de-eeuwse panden naast een sobere 19de-eeuwse gevelarchitectuur (zie nummers 14, 17 en 19-20). Aan de linkerstraatzijde waar thans de gebouwen van de brouwerij Lamot zijn ingeplant, stond eertijds op de hoek met het thans afgeschaft Sint-Annastraatje de zogenaamde Sint-Annakapel, vermoedelijk in de tweede helft van de 15de eeuw opgericht, in 1580 beschadigd en in 1598 hersteld. Ernaast bevond zich het ambachtshuis van de buildragers.
De bewaarde gevels nummer 20 tot 21, ernaast (Kraanstraat nummer 1) vormen één geheel en zijn representatief voor de ontwikkeling van de Mechelse woonhuisbouw (16de- en 17de-eeuws); markante voorbeelden van houtbouw, namelijk "Het Duivelshuis"; van laatgotische bouwstijl met vroegrenaissance kenmerken, namelijk "Het Paradijs" en van barokke gevelarchitectuur, namelijk "Sint-Jozef".
Bron: EEMAN M., KENNES H. & MONDELAERS L. 1984: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Mechelen, Binnenstad, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 9n, Brussel - Gent. Auteurs: Eeman, Michèle; Mondelaers, Lydie; Kennes, Hilde Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Aanvullende informatie
Het beeldhouwwerk van Frans Walravens, Kijken naar de maan, werd geplaatst op de Haverwerf met zicht op de Sint-Romboutstoren. Het beeld verwijst naar de scheldnaam van de Mechelaars, 'Maneblussers'.