Antwerpen, na de fusie de grootste stad van het land, omvat naast het eigenlijke stadsgebied de randgemeenten Ekeren, Merksem, Deurne, Borgerhout, Berchem, Wilrijk en Hoboken, die in 1983 districten werden van de grootstad. Het noordelijke deel van het grondgebied wordt gevormd door de haven met de polderenclave Lillo-Fort en de dorpen Berendrecht en Zandvliet, die reeds in 1958 geannexeerd werden. Het totale stedelijke grondgebied, met 465.483 inwoners (31/12/1991), omvat meer dan 21.000 hectare. en beslaat het noordwestelijk deel van de provincie.
De westelijke en noordelijke afbakening van de besproken regio wordt gevormd door de Schelde en de Nederlandse grens; ten oosten en ten zuiden bleven de vroegere gemeentegrenzen behouden. Het gebied behoorde aanvankelijk tot een drietal geografische streken: de polders in het noorden, de Kempen in het noordoosten en het Land van Boom in het zuidoosten en het zuiden. Van het oorspronkelijke landschapsbeeld blijft ten gevolge van de intensieve verstedelijking en de expansiedrang van de haven, die gepaard ging met het "opspuiten" van poldergronden, niet veel meer over. Relicten van het vroegere polderlandschap treft men nog aan in Ekeren, Berendrecht en Zandvliet; onder invloed van externe factoren wijzigde de biotoop van Hobokenpolder tot één van de rijkste natuur- en vogelgebieden van het Antwerpse.
Bron: KENNES H., PLOMTEUX G. & STEYAERT R. met medewerking van WYLLEMAN L. & HIMLER A. 1992: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Fusiegemeenten, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nd, Brussel - Turnhout. Auteurs: Kennes, Hilde Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)