is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Gedenkzuil Royal Household Cavalry
Deze vaststelling is geldig sinds
is aangeduid als beschermd monument Oorlogsmonument Royal Household Cavalry
Deze bescherming is geldig sinds
is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Gedenkzuil Royal Household Cavalry
Deze vaststelling was geldig van tot
De gedenkzuil voor de ‘Royal Household Cavalry’ is gelegen achter de huizenrij van de Komenstraat en kan bereikt worden via een poortje en een 100 meter lang pad naast Komenstraat nummer 2. Gelegen op een heuvelrug op ongeveer 250 meter ten zuiden van de kerk van Zandvoorde.
‘The Household Cavalry’, in feite koninklijke lijfwacht te paard, waren elite-eenheden binnen het Britse leger waarin vele mannen van adellijke afkomst zaten. Binnen de Britse ruiterij stond de 'Household Cavalry' het hoogst aangeschreven. Ze telde drie regimenten: de '1st Life Guards' (kazerne Hyde Park, Londen), de '2nd Life Guards' (kazerne Regent's Park, Londen) en de 'Royal Horse Guards', ook wel 'The Blues' genaamd' (kazerne Windsor, Londen). Na de mobilisatie in de zomer van 1914 werd uit deze regimenten een 'Household Cavalry Composite Regiment' gecreëerd, dat werd toegevoegd aan de 4de 'Cavalry Brigade' (2de cavaleriedivisie) en naar België werd gestuurd. Maar de oorlog zou langer duren dan verwacht en er waren meer mannen nodig om de Duitse vijand op het vasteland tegen te houden: ook de rest van de 'Household Cavalry' diende gemobiliseerd te worden.
Tijdens de Eerste Slag bij Ieper vormden de ‘1st Life Guards’, ‘2nd Life Guards’ en ‘The Royal Horse Guards’ de ‘7th Cavalry Brigade’. Op 27 oktober vervingen ze de 6de cavaleriebrigade op de heuvelrug bij Zandvoorde. De cavalerie bleek echter niet meer zo inzetbaar bij deze nieuwe vorm van oorlogvoering, die meer en meer evolueerde naar een loopgravenoorlog: hoewel ze door en door getraind waren als cavaleristen, werden ze ingezet als infanteristen en moesten ze de vijand vanuit hun rudimentaire loopgraven bekampen met mitrailleurs.
In de vroege ochtend van 30 oktober lanceerden Duitse eenheden vanuit het zuidoosten een massale inval op Zandvoorde. Na een moordende beschieting trokken twee regimenten van de Duitse 39ste divisie, gesteund door drie 'Jägerbataillons', op richting Britse stellingen. De Duitse overmacht was zo groot, dat reeds na twee uur het bevel gegeven werd om zich terug te trekken. De heuvelkam bij Zandvoorde viel die dag volledig in Duitse handen. Voor twee eskadrons van de ‘1st Life Guards’ en van de ‘2nd Life Guards’ en voor een ‘Machine Gun’- sectie van de ‘Royal Horse Guards’ liep het op 30 oktober compleet fout. Deze eenheden waren tijdens de gevechten volledig geïsoleerd geraakt. Ze hadden het bevel tot terugtrekking niet ontvangen. Ze bleven vechten tot de laatste man, zo'n 120 man vond er de dood.
Onder hen befaamde Britse edelen, zoals Lord Grosvenor Hugh Williams, broer van de 'Duke of Westminster', onder wiens bevel het eskadron van de '1st Life Guards' stond. Een andere bekende persoon was Lord Charles S.P. Worsley, de oudste zoon van de 'Earl of Yarborough' en aangetrouwde familie van de latere Britse opperbevelhebber Sir Douglas Haig, die in 1914 bevelhebber was van de ‘Royal Horse Guards’. Worsley vond die dag de dood als aanvoerder van de ‘Machine Gun’-sectie van de ‘Royal Horse Guards’. Door een gebrek aan mitrailleurs bevond de sectie van Worsley zich al zeven dagen lang onafgebroken in de loopgraven bij Zandvoorde.
Vele Duitsers waren vertrouwd met de Britse adel, en wisten dat veel aristocraten meevochten met de 'Household Cavalry'. Dit verklaart wellicht het feit dat Oberleutnant Sigmund von Prankh, Freiherr (baron) en dus behorende tot de Duitse aristocratie, Lord Worsley liet begraven in een graf, gemarkeerd met een houten kruis. Von Prankh zou enkele dagen later zelf sneuvelen. De familie van Worsley bekwam later via diplomatieke kanalen een gedetailleerd plan met de locatie van het graf in Zandvoorde. Zo kon na de oorlog dit graf van Lord Worsley teruggevonden worden op het slagveld van 1914, dat door geallieerde beschietingen totaal omgewoeld was. Van de andere 120 Britse vermisten restte geen spoor meer. Het houten kruis dat de Duitsers in 1914 op het graf geplaatst hadden, stond nog grotendeels overeind. Het werd in januari 1919 vervangen door een ander houten exemplaar.
Lady Worsley kocht de grond met het graf van haar man. In de zomer van 1921, toen de concentratie van Britse oorlogsgraven in de omgeving van Ieper volop aan de gang was, werd het graf van Lord Worsley evenwel overgebracht naar ‘Ypres Town Cemetery Extension’. Op de oorspronkelijke locatie van het graf van Worsley, dat Lady Worsley gekocht had, werd het gedenkteken voor de ‘Household Brigade’ opgericht. Het werd op 4 mei 1924 onthuld, in aanwezigheid van Britse en Belgische militairen, oud-strijders, verwanten en hoogwaardigheidsbekleders. Er werd onder meer een toespraak gehouden door Haig.
Het gedenkteken bestaat uit een zuil, waarop de 'roll of honour' van de brigade aangebracht is. Ze herinnert aan alle doden van de 'Household Brigade', waarvan velen op deze heuvel bij Zandvoorde omgekomen zijn. Er kon niet achterhaald worden wie de ontwerper is van het gedenkteken. Bij Britse gedenktekens worden de ontwerpers zelden vermeld. Doorgaans is die ontwerper iemand van de eenheid of van de 'War Graves Commission'.
Toegang via een smeedijzeren poortje, gevat tussen twee muurtjes uit witte natuursteen met het opschrift ‘THE HOUSEHOLD CAVALRY MONUMENT’ en registerkastje met bronzen deurtje. Via een 100 meter lang kiezelpad, afgezet met een boord uit witte natuursteen, kan het gedenkteken bereikt worden. Het gedenkteken ligt in een klein perkje, afgezet met sparren.
Het gedenkteken, volledig uit witte natuursteen opgetrokken, staat op een rechthoekig podium met enkele treden. Op de meerdelige, veelhoekige, geprofileerde sokkel staat de eigenlijke zuil, die rechthoekig is met afgeschuinde hoeken. Onderaan is hij gesteund door twee hoeksteunen, waarvan de top afgerond is. Tegen de zijkanten van de zuil zijn twee pilasters aangebracht. Een klein kruis staat op de top met in de hoeken drielobbig maaswerk.
Op de zuil staan per regiment de namen van de slachtoffers vermeld: '1st Life Guards', '2nd Life Guards', 'Royal Horse Guards'. Onderaan op de sokkel: 'To those of the 1st and 2nd Life Guards & Royal Horse Guards who died fighting in France & Flanders. 1914. Many of them fell in defence of the ridge upon which this cross stands.'
H. 871 cm x Br. 305 cm x D. 357 cm
Bron: Onroerend Erfgoed West-Vlaanderen, Beschermingsdossier DW002439, Oorlogsgedenktekens te Zonnebeke (DECOODT H., 2009)
Auteurs: Decoodt, Hannelore
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Zandvoorde
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Gedenkzuil Royal Household Cavalry [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/201447 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.