Pastorie van Denderbelle.
Historiek
Diep achterin gelegen pastorie ten zuiden van de parochiekerk van Denderbelle. Ingeplant middenin de omringende pastorietuin die zich uitstrekt achter Dorp nummers 10 en 13 tot aan de Visbeek of Grote Beek. In 1572 is er al sprake van de "priesteraige" te Denderbelle. Een vermelding van het "curenhuys" in 1615 geeft aan dat het gebouw toen in slechte staat was. Volgens rekeningen werd het "pastoreel huys" van Denderbelle in 1770 gerestaureerd op kosten van de voornaamste tiendheffers, namelijk de abdij van Affligem en de abdij van Zwijveke (Dendermonde). Dezelfde tiendheffers betaalden ook in 1789 reparatiekosten aan de woning. Die hadden betrekking op plafonneerwerken, een nieuwe schouw en vloer, schilderen van schrijnwerk, bijmaken van vensters en van twee vertrekken. Ook in 1833 gebeuren nog verbouwingen. Volgens archiefstukken van 1850-1856 met bestek en kostenraming van 1852 en 1853 opgemaakt door architect J.-B. De Pauw (Dendermonde), bestonden toen concrete plannen om de bestaande pastorie te voltooien of te vergroten onder meer door het toevoegen van een bovenverdieping.
Beschrijving
Haar huidig uitzicht verkreeg de pastorie uiteindelijk pas in 1864-1865 volgens plannen van 1863 gesigneerd bouwmeester Alexander Carael, Dendermonde. Het bestaande ondiepe langwerpige huis werd daarbij deels vervangen door een bakstenen dubbelhuis van vijf traveeën en twee bouwlagen op kelderverdieping, onder leien zadeldak met dakklokje. Het breedhuis in (ontpleisterde) baksteenbouw op verhoogde begane grond vertoont een bouwnaad in de voorgevel (noordzijde) rechts van de centrale deurtravee, getuigend van een gedeeltelijke vernieuwing. Deze sobere lijstgevel met rechthoekige muuropeningen bezit als enig accent de benadrukte voordeur in een neoclassicistische hardstenen omlijsting bekroond door een kruisje. De gewitte achtergevel bewaart links een grote hardstenen gedenkplaat ter herinnering aan de oprichting in 1865. Een hoge dubbele bordestrap met eenvoudige ijzeren leuning verleent toegang tot de achterdeur; buitenkeldertrap achter het luik in het front van deze pui. Een brede houten kroonlijst op klossen als gevelbeëindiging. Cijferanker 5 tegen de linker zijpuntgevel (rest van jaarankers met bouwjaar?). Rechts aanleunend verankerd, laag en ondiep dienstgebouw met bepleisterde voorgevel, vermoedelijk een aangepast overblijfsel van de vroegere pastorie (18de eeuw). Rechts ervan een zijdelings toegevoegde stal (?) onder flauw hellend pannen lessenaarsdak vertoont een getralied venster in de voorgevel en lage deurtjes met houten latei aan de achtergevelzijde. In 1901 hebben herstellingswerken plaats gevonden onder leiding van architect Goethals (Aalst).
Woning met grosso modo bewaarde binnenindeling (keuken en eetplaats nu samengevoegd). In het salon (zuidoost) een zwarte marmeren schouwmantel in neoclassicistische stijl. Aanpalende kleine spreekplaats met eenvoudige houten schouwmantel. Originele binnendeuren aan hengsels. Bepaalde elementen in de drie linker traveeën en in de laagbouw rechts kunnen nog een rest zijn van de vroegere pastorie (moerbalk, rode en blauwe tegelvloeren).
Deels ommuurde pastorietuin achter rechte oprit; toegang tussen twee vierkante bakstenen hekpijlers bekroond met bolornament op vlakke afdekking. In het verlengde van de oprit tussen de tuinmuur en de pastorie: toegang tot de achtertuin met fraai ijzeren hek en afsluiting aan vier vierkante bakstenen hekpijlers met vlakke afdekking.
- Vlaams ministerie van Ruimtelijke Ordening, Wonen en Onroerend Erfgoed, Agentschap Ruimtelijke Ordening Vlaanderen, Ruimtelijke Ordening Oost-Vlaanderen, Onroerend erfgoed, Archief.
- Rijksarchief Gent, Provinciaal Archief Oost-Vlaanderen 1851-1870 (1760/8).
- DE KIMPE F., De kronycken van de kerck van Denderbelle, Denderbelle, 1999, p. 40-45.
- STROOBANTS A., De abdij van Zwijveke 1223-1981, Dendermonde, 1981, p. 115.