is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Parochiekerk Sint-Laurentius
Deze vaststelling is geldig sinds
is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Parochiekerk Sint-Laurentius
Deze vaststelling was geldig van tot
Nieuwe parochiekerk op de huidige locatie aan de oude Oosttragel van het eerste kanaal beslist in 1875 met de aankoop door de kerkfabriek van een stuk grond van de familie De Clercq-Hesters. De oude Sint-Laurentiuskerk, in oorsprong een kapel die pas in 1570 als parochiekerk herkend werd, afgesplitst van Assenede, was gedurende eeuwen herhaaldelijk vergroot en aangepast, en verkeerde in de 19de eeuw in zo’n slechte toestand dat vernieuwing zich opdrong. De originele bouwplannen van de nieuwe, indrukwekkende neogotische constructie, van 1875 door de Gentse architect Edmond de Perre-Montigny, bleven bewaard in het archief van de Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen. Aannemer Florimond Van Varenberg uit Gent voerde de werken uit. Op 7 augustus 1879 werd de kerk gewijd.
Op het einde van de Eerste Wereldoorlog, begin november 1918, werd de kerk beschadigd door het opblazen van de brug waarbij vooral de vensters met glasramen en het dak getroffen werden. De vaststelling en herstellingen gebeurden door de Gentse architect A.R. Janssens in 1920.
Bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog werd op 20 mei 1940 “uit voorzorg” de toren van de kerk door het Belgische leger gedynamiteerd. Hierbij werden de gewelven van het schip, het transept en het koor, de originele glasramen van 1900 door J. Dobbelaere en J. Coppejans, de neogotische beschilderingen van 1900 door kunstschilder Remi Goethals en het orgel van de gebroeders Reygaert vernield. Pas in 1950-52 werd deze oorlogsschade hersteld, onder leiding van dezelfde architect A.R. Janssens. Schip, koor en transept werden in originele, neogotische stijl hersteld en voorzien van nieuwe betonnen gewelven. De slanke toren werd echter vervangen door een nieuwe, eigentijdse stoere constructie van 65 m hoog. In 1984 wordt architect R. Rondonck aangesteld als ontwerpen voor grondige restauratiewerken aan binnen- en buitenzijde. Pas in 1995 kunnen de werken aanvatten die tot 2000 zullen duren.
De plattegrond ontvouwt een kruisbasiliek met uitspringende vierkante geveltoren, met schip en zijbeuken van zeven traveeën, een transept met transeptarmen van twee traveeën met rechte sluiting en koor met zijkoren van twee rechte traveeën met vijfzijdige sluitingen; sacristie en berging in de oksels.
Opgetrokken uit baksteen met verwerking van contrasterende zandsteen voor vensteromlijstingen en hoekkettingen, dekstenen en schouderstukken, op een plint van Doornikse hardsteen. Afdekkende leien zadeldaken en piramidaal torendak.
Uitspringende massieve westtoren met hoeklisenen, rondboogportaal in rechthoekige hardstenen omlijsting met centraal reliëf van “Christus-Koning”, gesigneerd : “Osc. Sinia” en hoog rondboogvenster erboven. Blinde bovengeleding met vier uurwerkplaten en klokkenkamer met rondboogvormige galmgaten onder de daklijst.
Terugspringende zijbeuken gestut door versneden steunberen, met spitsboogvormige portalen met zuiltjes en bovenlicht met neogotische tracering en spitsboogvenster erboven. Zijbeuken geritmeerd door gelijkaardige steunberen waartussen hoge spitsboogvensters. Gelijkaardige kleinere vensters als bovenlichten. Transeptarmen met gelijkaardige vensters en bovenlichten en één groot vierledig venster in de zijpuntgevels met geprofileerde schouderstukken en bekronende kruisbloem. Hoogkoor met hoge tweeledige spitsboogvensters tussen steunberen en lage zijkoren met lancetvensters in de sluiting. Blinde koorsluiting met houten afdak van calvarie waarvan het kruisbeeld thans in de kerk hangt. Identieke sacristie en berging met twee traveeën onder zadeldak in de oksels van koor en transeptarmen.
Indrukwekkend helder, heden egaal geschilderd kerkinterieur met in een donkerder tint geaccentueerde ribben en schalken. Drieledige basilicale opstand met spitsboogvormige scheibogen op hardstenen zuilen met hogelkapitelen op achtzijdige basis, triforium geopend door spitsbogen met deelzuiltje en oculus; spitsboogvensters als bovenlichten. Overwelving met kruisribgewelven neerkomend op gebundelde schalken met hogelkapiteeltjes. Hoogkoor en zijkoren met gelijkaardige overwelving, van elkaar gescheiden door fraaie ijzeren hekken van 1902, uitgevoerd door kunstsmid I. Blanquaert.
Mobilair: Beeldhouwwerken: Heilige Laurentius, geschilderd hout, afkomstig van het hoogaltaar in de oude kerk; Heilige Jozef met Kind door beeldhouwer J. Geefs, samen met vijf andere beelden, van 1862; Onze-Lieve-Vrouw door Th. De Bruycker, van 1892; Heilig Hart van Maria, van 1892, Heilige Theresia door A. De Beule, Heilige Antonius, baldakijn met beeldje van "Kindje Jezus van Praag".
Meubilair: Homogeen neogotisch meubilair gemaakt voor de nieuwe kerk in de jaren 1880-1900. Hoogaltaar, gepolychromeerd hout en steen, door Fr. Van den Hende, van 1880 met beelden van 1891, geschilderd door R. Goethals in 1901, in 1952 voorzien van nieuwe onderbouw en trappen; Linker zijaltaar van Onze-Lieve-Vrouw, gepolychromeerd hout en steen, van 1880, door beeldhouwer P. Pauwels, geschilderd door R. Goethals in 1901; rechter zijaltaar van de Heilige Jozef, gepolychromeerd hout en steen, van 1888, door P. Pauwels (confer opschrift op tafel). Neogotisch retabel afkomstig uit de kapel van het Sint-Jan-Berchmanscollege in Antwerpen, van 1894, ontworpen door Fr. Baeckelmans, uitgevoerd door J.B. Van Wint en J.B. De Boeck met schilderwerk van J.B. Antony, in zuidelijke transeptarm geplaatst.
Koorbanken, gesculpteerd hout door Fr. Van den Hende, van 1890, met beelden van Heilige Lodewijk IX en Heilige Augustinus, patroonheiligen van de schenkers Lodewijk Hesters en August Van Zele.
Communiebank door Fr. Van den Hende, van 1890, met vier gesculpteerde taferelen en symbolen. Preekstoel door Fr. Van den Hende, van 1889, met sculpturen van de Goede Herder op voetstuk, panelen op de kuip met taferelen uit het leven van de Heilige Laurentius en beelden van de Heilige Petrus en Heilige Paulus op de trapleuning. Biechtstoelen: twee uit oude kerk, uit begin 19de eeuw en twee neogotische biechtstoelen, van 1901 en 1907, door gebroeders De Clercq. Orgel: nieuw elektro-pneumatisch orgel, door J. Loncke en zonen, van 1953. Doopvont: uit oude kerk, granieten voet met koperen deksel van 1827, gesmeed ijzeren hek van 1900 door I. Blanquaert.
Kruisweg: veertien schilderijen op doek, door broeder Max, van 1961. Glasramen: gesigneerd: M.. De Loor, Del./ Calders fecit”, van 1963. Sacristiemeubelen deels uit de oude kerk, deels vernieuwd door Fr. Van Wassenhove (wandkast) en Mathias Zens (hardstenen lavabo).
Auteurs: Bogaert, Chris
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Grote Markt
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Parochiekerk Sint-Laurentius [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/61145 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.