erfgoedobject

Parochiekerk Sint-Jan-de-Doper

bouwkundig element
ID
78463
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/78463

Juridische gevolgen

Beschrijving

Heropgebouwde parochiekerk toegewijd aan Sint-Jan-de-Doper. Georiënteerd bedehuis te midden van een kerkhof met een dubbele rij linden. Laag bakstenen muurtje (Nieuwkapellestraat), ijzeren toegangshekken tussen pijlers; hogere muur als scheiding met pastorietuin. Bewaarde grafmonumenten, onder meer neogotisch arduinen monument uit de tweede helft van de 19de eeuw van de familie Annoot-Noterdaeme.

Geschiedenis

Tweede helft van de 12de eeuw: stichting van de bidplaats door ridder Rainelmus, Reinelmus of Rellem, heer van Lampernisse, onder het patronaat van het Onze-Lieve-Vrouwkapittel van Sint-Omaars (Noord-Frankrijk).

1222 of 1228: vermelding van Oudekapelle als "Capella Domini Rainelmi", naar de stichter. Vanaf 1255 "Vetus Capella", in 1326 voor het eerst "Oudercapelle". De benaming "Rellemskapelle" wordt nog sporadisch gebruikt tot in de 18de eeuw.

Begin 14de eeuw: Oudekapelle heeft een eenbeukige, gotische kerk met een voorgeplaatste westtoren.

1559: bij de herindeling van de bisdommen komt het patronaatsrecht in handen van het kapittel van Sint-Donaas (Brugge).
1565-1566: de kerk komt zwaar beschadigd uit de beeldenstorm. Uit rekeningen blijkt dat de kerk hersteld wordt omstreeks het begin van de 17de eeuw en tevens opnieuw wordt ingewijd. Het is niet duidelijk of de kerk sinds de 14de eeuw mogelijk was uitgegroeid tot een meerbeukige kerk, en of de kerk dan al dan niet in deze toestand hersteld werd. Een foto van 1910 toont de hoofdbeuk (links met recentere noordbeuk) met rechts een spitsbogige scheibogenarcade waarboven bovenlichten, wat wijst op het basilicale type met hoge middenbeuk en lage zijbeuk(en). De arcade is ingevuld met schijnbaar 17de- of 18de-eeuwse getoogde muuropeningen.

Circa 1843: op de Atlas der Buurtwegen is de plattegrond van een tweebeukige kerk met doopkapel en aanbouw langs noordkoor weergegeven.
1868-1877: herstel kerktoren en bakstenen spits onder leiding van provinciaal architect P. Buyck (Brugge). Aan het eind van de 19de eeuw wordt het kerkmeubilair vernieuwd.

Voor de Eerste Wereldoorlog (zie bewaarde oude foto's en prentbriefkaarten) is de Sint-Jan-de-Doperkerk een tweebeukige hallenkerk, voorgeplaatste westtoren met markerende korfboogvakken en een bakstenen spits. De noordbeuk met aansluitende doopkapel op rechthoekig grondplan was recenter dan de hoofdbeuk. Bij de hoofdbeuk sloot een koor met veelzijdige sluiting aan. De kerkomgeving werd gemarkeerd door een dubbele rij linde(?)bomen.

1914-1918: op 20 oktober 1914 ontploffen de eerste obussen in Oudekapelle. Op 14 november wordt het kerkschip beschoten waardoor het grotendeels instort. Op 16 november wordt de bakstenen torenspits beschoten waardoor enkel de torenromp en de zuidelijke muur nog overeind blijven. De kerkschatten worden tijdig in veiligheid gebracht onder meer in Sint-Baafs-Vijve (Wielsbeke) en Alveringem.

Bij de wederopbouw van de kerk in 1920-1926 naar ontwerp van architect Antoine Dugardyn (Brugge) wordt geopteerd voor een driebeukige hallenkerk met voorgeplaatste westtoren. De zuidbeuk is dus een naoorlogse toevoeging. Eigenlijk wordt enkel de toren naar vooroorlogs model - met uitzondering van de toegevoegde borstwering - heropgebouwd. De vooroorlogse getoogde raamopeningen en rondbogige bovenlichten (van de hoofdbeuk) worden vervangen door meer stijlzuivere spitsboogramen (in de zijbeuken). Hierdoor ontbreekt enige referentie aan de historisch gegroeide vroegere kerk. Op 15 april 1923 wordt de kerk ingewijd door Deken Vandenabeele. Zie plannen Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen (zie illustraties) en Archief Dienst der Verwoeste Gewesten.

1925: plaatsing van de torenklokken door O. Michaux (Leuven) (heden niet meer ter plaatse). Het is niet duidelijk of de historische klok zogenaamd "Rellemskapelle" van 1655 die herbruikt werd in de noodkerk, ook in de heropgebouwde toren werd opgehangen.
Restauratie van de toren in 2000, onder leiding van architecten D. en P. Seys (zie gedenkplaat in het portaal).

Beschrijving

De plattegrond ontvouwt: voorgeplaatste vierkante westtoren; driebeukige hallenkerk van vier traveeën; zijkoren met rechte afsluiting en hoofdkoor van één travee met driezijdige afsluiting. In het verlengde van het zuidkoor, sacristie van twee traveeën op rechthoekig grondplan.

Baksteenbouw op een circa 1 meter hoge dito sokkel. Afdekking door middel van leien zadeldaken. Omlopend bakstenen druippad.

Aansluitend bij regionale baksteengotiek:

Voorgeplaatste westtoren van drie geledingen gemarkeerd door doorlopende kordonlijsten en zware versneden overhoekse hoeksteunberen als aanzet van een over de drie geledingen doorlopende geprofileerde korfboognis. Achtzijdige bakstenen torenspits met natuurstenen hogels en geschrankte spitsbogige luikjes in een bakstenen omlijsting, (smeed)ijzeren kruisbekroning met haan. Onderste geleding: geprofileerd korfboogportaal onder dito druiplijst met erboven geprofileerde oculus. Tweede geleding: geprofileerde spitsboognis met korfboograam en erboven drielobbig maaswerk. Derde geleding: geprofileerd spitsbogig galmgat; borstwering met boogfries. In de oksel met de zuidbeuk, ronde traptoren onder dito afdekking, voorzien van lichtgleuven.

Zijbeuken en koren geritmeerd door versneden en deels haaks op elkaar gestelde steunberen en geprofileerde spitsboogramen (tweelichten) op afzaten en deels met druiplijsten. De zijgevels van de zijbeuken en van de sacristie zijn afgesloten met tuitgevels.
Sacristie: arduinen bolkozijnen, op afzaat en verdiept in steekboognis. Diefijzers en glas in lood.

Interieur. Portaal in de westtoren met houten balkenzoldering op witte natuurstenen consoles; hoofddeuren met glas in lood in de bovenlichten, verzorgde zijdeur met briefpanelen in noordzijde. Gedenkplaat voor de herstelling van de toren in 2000. Portaal en doksaal van de middenbeuk gescheiden door hoge spitsbogige scheiboog.

Bepleisterde en witgeschilderde hallenkerk met plint in geschilderde imitatienatuursteen afgeboord door gesjabloneerde fries met druiventrossen en -bladeren; ter hoogte van het maaswerk van de ramen, dito fries met vegetale motieven. Geprofileerde spitsboogarcade op bakstenen zuilen met grijsgeschilderde achtzijdige kapitelen en dito sokkels. Overwelving van schip en koren door middel van houten spitstongewelven op houten kroonlijst en consoles van witte natuursteen, verzorgde metalen trekstangen. Afdekking hoofdkoor door middel van houten straalgewelf.

Mobilair van de jaren 1920 met neogotische inslag. Verzorgd natuurstenen hoofdaltaar met basreliëf, zuiltjes met knoppenkapitelen en dito retabel met zuiltjes bekroond met een engel, daartussen acht heiligenbeelden in neogotische nissen en centraal dito calvarie. Soberdere zijaltaren. Voorts neogotische preekstoel, biechtstoelen, communiebanken, koorgestoelte en arduinen doopvont met smeedijzeren hekwerk. Verzorgde neogotische glasramen in de driezijdige afsluiting van het hoofdkoor met de voorstelling van "Margaretha en Anna", "Christus en Onze-Lieve-Vrouw op een regenboog, vergezeld van het Heilig Vuur", "H. Jonas en Thomas van Aquino" en in de venstertracering bovenaan respectievelijk "Pelikaan die jongen voedt met eigen bloed", "Tri Unitas" en "Lam Gods".

  • Archief Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen, Plannen betreffende de wederopbouw van de parochiekerk toegewijd aan Sint-Jan-de-Doper in Oudekapelle.
  • Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium, Fototheek en website.
  • Provinciale Bibliotheek Tolhuis, Fototheek.
  • DEMOEN H., Het Diksmuidse van toen, Een verzameling beknopte historische gegevens, aangevuld met historische foto's en prentbriefkaarten, Brugge, 1984, p. 100-103.
  • DE VOS-STOCKMAN A., ROOSE B., Fotorepertorium van het meubilair van de Belgische bedehuizen, Provincie West-Vlaanderen, Kanton Diksmuide, 1973, p. 18.
  • GYSEL A., De Grote Oorlog van Arthur L. Pasquier. Veldnotities 1914-1919 van een Waal in de Westhoek, Gent, 1999, p. 198.
  • NOTEBAERT A., NEUMANN C. e.a., Inventaris van het archief van de Dienst der Verwoeste Gewesten, Algemeen Rijksarchief, Brussel, 1986 (dossiers 13982 en 10807).
  • Oudekapelle, ingedommeld dorp aan de IJzer, in Curiosa, jg. 35, nr. 342, 1997, p. 15-19.
  • ROOSE B., Repertorium van bronnen voor Kunst- en Cultuurgeschiedenis in het archief van de provincie West-Vlaanderen (3de afdeling) 1817-1879, Brussel, 2001, p. 302.

Bron: MISSIAEN H. & VANNESTE P. met medewerking van GHERARDTS F. & SCHEIR O. 2005: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Diksmuide, Deel I: Deelgemeenten Diksmuide, Beerst, Esen, Kaaskerke, Keiem en Lampernisse, Deel II: Deelgemeenten Leke, Nieuwkapelle, Oostkerke, Oudekapelle, Pervijze, Sint-Jacobskapelle, Stuivekenskerke, Vladslo en Woumen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL18, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Vanneste, Pol; Missiaen, Halewijn
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Omvat
    Leilinden bij kerkhof Oudekapelle

  • Is deel van
    Nieuwkapellestraat (Oudekapelle)


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Parochiekerk Sint-Jan-de-Doper [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/78463 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.