Eén van de zes heerdgangen van Mol; heden ook het meest uitgestrekte oude gehucht van Mol, gelegen ten noordwesten van het centrum en thans uitgegroeid rondom een centraal plein met de parochiekerk en het Salus-Nostra-instituut. Reeds in de 17de eeuw, mogelijk zelfs in de 16de eeuw, was Achterbos een bedevaartplaats voor de Heilige Apollonia. De laatgotische kapel, gelegen Achterbos(straat) ter hoogte van de Goorstraat, werd in 1862 gesloopt en vervangen door een kerkje dat in 1876 samen met de pastorie en meerdere hoevecomplexen door brand werd vernield. De huidige Sint-Apolloniakerk dateert van 1939. Het eertijds zeer landelijke gehucht werd gekenmerkt door een bos- en heidelandschap met verspreide Kempische hoeven en kreeg vooral bekendheid als werk- en verblijfplaats van de kunstenaars Jacob Smits (1855-1928) en Dirk Baksteen (1886-1971), die de landelijke omgeving en het boerenleven in hun schilderijen en etsen hebben vastgelegd. Beiden liggen begraven op de plaatselijke begraafplaats. Het noordelijk deel van het gehucht werd oorspronkelijk ingenomen door de Achterbosse heide; het koningshuis verwierf er vanaf 1853 aanzienlijke terreinen; in de jaren 1950 werd hier van staatswege te midden van de uitgestrekte naaldbossen het Studiecentrum voor Kernenergie (SCK) opgericht, dat mee aan de basis lag van het ontstaan van een nieuw gehucht namelijk Donk.
Heden vormt het "groene" gehucht Achterbos een belangrijke aantrekkingspool voor het nabijgelegen industriële Donk, waardoor de woonfunctie primeert: zo ontstond in de jaren 1970 onder meer een uitgestrekte sociale woonwijk zogenaamd "Egelsvennen"; desondanks blijven diverse sterk verbouwde langgestrekte hoevetjes nog getuigen van de vroegere landelijke activiteit. Het gehucht wordt van west naar oost doorsneden door de Achterbos(straat), gekenmerkt door een heterogene, ten dele verbroken lintbebouwing in het centrum. De hoger aangehaalde wijk Egelsvennen uit het derde kwart van de 20ste eeuw strekt zich uit ten oosten van het centrum en bestaat uit aaneengesloten eengezinswoningen van één of twee bouwlagen met verspringende gevellijn. Door de toenemende woonfunctie en de daarmee gepaard gaande woningbouw vergroeit Achterbos geleidelijk met Mol-centrum.
Achterbos vroeger en nu, Mol, 1989.
DIRIKEN P., Geogids Oosterkempen: Balen, Dessel, Mol, Retie, sine loco, 1992, p. 95.
Profiel van Mol, Mol, 1971.
Bron: KENNES H. & STEYAERT R. 2002: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Antwerpen, Arrondissement Turnhout, Kanton Mol, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 16n5, Brussel - Turnhout. Auteurs: Kennes, Hilde Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)