Circa 1850 gekasseide straat met licht gebogen tracé, vertrekkend vanaf het dorpsplein. Rijhuizen (voornamelijk 19de-eeuws) met lijstgevels van één à twee bouwlagen, geleidelijk overgaand in meer verspreide bebouwing met arbeidershuisjes van één bouwlaag, vaak met nok loodrecht op de straat, en van de weg afgelegen hoevebouw.
Tussen nummer 9 en nummer 11, doodlopend steegje vroeger zogenaamd "Vliegende Luizenstraat", met oorspronkelijk drie 19de-eeuwse arbeidershuisjes; nog een bewaard vervallen huisje (zonder nummer) gekenmerkt door beluikte kozijnvensters met geprofileerde tussendorpel; soortgelijke deur. Tussen nummer 25 en nummer 27, kruispunt met Stationsplein (eigenlijk verbreding van de Houtemstraat); herinnert aan thans uitgebroken tramlijn Veurne-Poperinge (1906-1952) die hier de Izenbergestraat kruiste; zie ook voormalige herbergbenamingen als "Salle d'attente" (nummer 25) en "Café de la gare" (nummer 20). De lage huizen rondom dit kruispunt worden gekenmerkt door geknikte zadeldaken (nummer 2, 23, 25, 27) en mansardedak (nummer 20). Rondom nummer 22, zogenaamd "In den appel", met electriciteitscabine links, maakt de straat een zijbocht; rechts ervan lag vroeger de wijk zogenaamd "De geldzak" bestaande uit veertien arbeidershuisjes, eigendom van de "Disch" te Leisele. Landelijke wijk zogenaamd "De Haai-Baai" op kruispunt met Stavelestraat; alleenstaande lage arbeiderswoningen onder zadeldak (nok parallel aan de straat), uit het tweede kwart van de 19de eeuw – eerste kwart van de 20ste eeuw (nummer 62, 65, 77), en wegkapel van 1908.
- COSSEY A., Geschiedenis van Leisele, in Heembibliotheek Bachten de Kupe, XII, 1977, Zingem, 1977, p. 179, 184.