is aangeduid als beschermd monument Districtshuis Merksem
Deze bescherming is geldig sinds
is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Districtshuis Merksem
Deze vaststelling is geldig sinds
Op 1 januari 1983 werd door een fusie de toenmalige gemeente Antwerpen fors uitgebreid met zeven randgemeenten (Berchem, Borgerhout, Deurne, Hoboken, Merksem en Wilrijk). Berendrecht, Lillo, Zandvliet behoorden al sinds 1958 tot de gemeente Antwerpen. De voormalige deelgemeenten zijn nu districten binnen de gemeente Antwerpen. In tegenstelling tot andere Belgische gemeenten zijn de Antwerpse districten een bestuurslaag. Ze worden bestuurd door het districtscollege en de inwoners worden vertegenwoordigd door de districtsraad.
Het districtshuis van Merksem vervangt het oude gemeentehuis (officieel ingewijd in 1894) dat tijdens beschietingen in september 1944 nagenoeg onherstelbaar verwoest werd. Het is het werk van twee Antwerpse architecten, Victor Gorlé (1900-1966) en J. Frissen, die in 1951 als winnaars uit een door de gemeente uitgeschreven architectuurwedstrijd kwamen. In het wedstrijdreglement stond expliciet vermeld dat het gebouw (naar schaal, materiaalgebruik,...) diende afgestemd te worden op de bebouwde omgeving, in het bijzonder op de nabijgelegen kerk. In 1961 vond de aanbesteding voor de ruwbouw plaats; in 1968 werd het districtshuis ingewijd.
Het gebouw is vrij streng en traditioneel opgevat, een exponent van het streven naar een nieuwe monumentaliteit, gekenmerkt door vaste waarden zoals een heldere, zuivere plancompositie en monumentale gevelpartijen met classicistische vormen, uitgevoerd in vertrouwde materialen.
Wat betreft de aankleding en inrichting van het interieur werd duidelijk gesteld dat "alle werken één aanneming dienden te zijn omdat het noodzakelijk werd geacht dat de decoratie en bemeubeling een harmonisch geheel moesten vormen". De interieurinrichting en -aankleding dateren van 1967-1968 en is het ontwerp van binnenhuisarchitect Jan Van Puyvelde (1937) die reeds tijdens de werf bij het project betrokken werd; de uitvoering van het interieur (representatieve gedeelte) werd via een openbare aanbesteding toegewezen aan de Kortrijkse Kunstwerkstede De Coene (1888-1977). Het interieur kreeg een eigentijdse, functionele maar tegelijk representatieve vormgeving.
Het gebouwencomplex is gelegen op een perceel achter (ten noordoosten) de Sint-Bartholomeuskerk, begrepen tussen de Bredabaan, de Borrewaterstraat, de Sint-Bartholomeusstraat en het Burgemeester Jozef Nolfplein. De vleugel van het districtshuis met dubbele inkom geeft uit op het Burgemeester Jozef Nolfplein, een op een lus uitlopende straat met parking die grenst aan het perceel achter de kerk, teruggaand op het voormalige kerkhof, heden ingericht als een deels omhaagd, beboomd en met gras begroeid parkje. De andere vleugels worden voorafgegaan door met gras begroeide en/of aangeplante perken en/of parkingstroken.
De dubbele inkom van het districtshuis aan het Jozef Nolfplein bestaat uit een gaaf bewaarde officiële inkom met balkon in het uiterste linkertravee van de vleugel en een -inmiddels aangepaste- inkom van het administratieve gedeelte in het uiterste rechtertravee. De vleugel aan de Borrewaterstraat bevat de inkom van het politiekantoor.
Het gebouw bestaat uit vier aaneengeschakelde vleugels, geschikt in een rechthoek rondom een centrale binnenplaats. De volumes zijn twee, drie tot vier bouwlagen hoog onder haaks op elkaar gestelde zadeldaken (zwarte leien). De vleugel aan de Borrewaterstraat is hoger opgetrokken dan de andere vleugels en wordt bekroond door een opengewerkt torentje van staal en koper onder een peervormige spits met bol, windvaan en piek. De gevels bestaan uit afwisselend muurpartijen met een parement van bruinrode handvorm baksteen en -door grote vensterpartijen opengewerkte- geveldelen, bekleed met blauwe hardsteen (Ecausinnes-Soignies). Arduin wordt tevens gebruikt voor de plint en de daklijst, het beeldhouwwerk aan de gevels, de balkons, omlijstingen, de overdekte doorgang aan de Borrewaterstraat, de buitenbevloeringen (onder meer voor de ingangen, trappartijen, bordessen, opritten, het steenpad rondom het gebouw en de binnentuin). In afwerking is deze veelal gefrijnd of gebouchardeerd.
Gevarieerde rechthoekige en vierkante vensteropeningen, alsook verticale vensterregisters. Oorspronkelijk alle vensteropeningen, deuren en inkomportalen uitgevoerd met fijn geprofileerd en geanodiseerd aluminium buitenschrijnwerk, telkens bestaande uit delen in naturel aluminium en zwart gekleurde delen, met een dubbele beglazing. Dit schrijnwerk werd in de vleugels aan het Burgemeester Jozef Nolfplein en de Sint-Bartholomeusstraat reeds systematisch vervangen door nieuw aluminium schrijnwerk zonder behoud van de oorspronkelijke detaillering, profielen, materiaalgebruik en -kleuring. De vensters in de bakstenen geveldelen hebben een strekse boog en al dan niet een arduinen lekdrempel en dito omlijsting.
Vleugel aan het Jozef Nolfplein (twee bouwlagen). Arduinen inspringende middenpartij van 18 traveeën, geritmeerd door in de gevellijn geplaatste gevelhoge pijlers, op de verdieping onderbroken door een pseudobalkon met ijzeren leuning. Uiterste linkertravee met op de begane grond de ere-inkom waarboven een balkon. Inkom uitgevoerd als een volledig beglaasde wand met een ritmerende verdeling van afwisselend vierkante en smalle rechtopstaande rechthoekige panelen; centraal een uitspringend tochtportaal geflankeerd door een inham; dubbele vleugeldeur voorzien van een langwerpige verticale greep met bolmotief; een gelijkaardige deur als zij-ingang in de rechterinham. Opvallend is hier het bewaarde oorspronkelijke buitenschrijnwerk van geanodiseerd aluminium bestaande uit delen in naturel kleur en zwart gekleurde delen met fijne profilering. Op de verdieping bevindt zich een sterk overkragend arduinen balkon met dito balustrade (van de collegezaal), voorzien van een vloerplaat, aan de onderzijde uitgewerkt als een cassettenplafond en steunend op vier arduinen pijlers. In het uiterste rechtertravee werd de inkom van het administratieve gedeelte vernieuwd en in de nog bestaande originele arduinen omlijsting een nieuwe beglaasde automatische schuifdeur ingebracht. Voor deze vleugel een doorlopend bordes met treden van arduinen tegels, gelegd in brede en smalle stroken, gebouchardeerd en voorzien van een gepolijste rand.
De zijgevel aan de Sint-Bartholomeusstraat wordt gekenmerkt door een verticale vensterpartij van de traphal (diensttrap) geaccentueerd met een luifeltje op quasi gevelhoge pijlers. Vleugel aan de Bredabaan (twee bouwlagen). Transparante vleugel met inkom- en traphal van het officiële gedeelte, aan weerszijden sterk opengewerkt door met arduin omlijste, over de twee bouwlagen doorlopende verticale glaspartijen met bewaard aluminium buitenschrijnwerk.
Het arduinen beeldhouwwerk (1964-1965) aan de buitengevel is naar ontwerp van L. Van Esbroeck: een groot reliëf (4 meter x 2,20 meter) en drie verheven beeldhouwwerken op het balkon.
De vleugel aan de Borrewaterstraat (aan de straatzijde drie bouwlagen, aan het binnenplein vier bouwlagen: de twee onderste voor de politie, de twee bovenste voor het districtshuis) wordt aan de straatzijde gedomineerd door een arduinen risalietvormende gevelpartij van negen traveeën uitgewerkt als een dubbele gaanderij geritmeerd door gevelhoge pijlers, met op de begane grond de vernieuwde inkom van de politie en op de verdieping, ter hoogte van de trouw- en raadzaal, een doorlopend balkon met balustrade. De bevloering van het balkon bestaat uit in brede en smalle stroken gelegde arduinen tegels, gebouchardeerd en met een gepolijste rand. De bakstenen gevelpartij wordt gedomineerd door drie verticale vensterpartijen van de hal op de bovenverdieping. De gevel aan de zijde van de binnentuin heeft een in arduin gevatte erkervormende derde bouwlaag. De verbinding met de vleugel langs de Sint-Bartholomeusstraat gebeurt via de met een verdieping overdekte doorgang naar het binnenplein. Het originele aluminium buitenschrijnwerk bleef in deze vleugel overwegend bewaard, maar werd op bepaalde plaatsen vernieuwd (de garagepoort, de vernieuwde inkom van de politie, de overdekte doorgang,...).
Vleugel aan de Sint-Bartholomeusstraat (twee bouwlagen). Arduinen gevelpartij van dertien traveeën met een zekere ritmering door pijlers waartussen telkens de vensters. De kopgevel aan de Borrewaterstraat bevat drie bouwlagen met op de twee bovenverdiepingen de conciërgewoning; deur en inkom nog met origineel aluminium buitenschrijnwerk.
Met gras begroeide en beboomde binnentuin met omringend steenpad dat verbreed in het verlengde van de doorgang naar de Borrewaterstraat. Op het grasplein aan de Borrewaterstraat staat de leeuw met het wapenschild van Merksem, afkomstig van de pui van het voormalige gemeentehuis.
Plattegrond
Het volledige complex is onderkelderd: de vleugel aan de Bredabaan met een atoomschuilkelder; de overige kelderruimtes worden gebruikt voor stockering van archieven, stookplaats,... Quasi de volledige begane grond van de vleugels aan het Burgemeester Jozef Nolfplein en de Sint-Bartholomeusstraat wordt ingenomen door de voor het publiek toegankelijke administratieve diensten, dit gedeelte is sinds 2002-2003 volledig heringericht en gemoderniseerd; oorspronkelijk was het gelijkvloers een volledig open ruimte met in het midden een lange over de twee vleugels doorlopende L-vormige balie.
Het uiterste linkertravee van de vleugel aan het Burgemeester Jozef Nolfplein is de inkom van het officiële gedeelte met een inkomhal die aansluit op een ruime trapzaal, achteraan voorzien van een vestiaire. Deze trap leidt naar het representatieve gedeelte alsook de burelen van het districtsbestuur op de verdieping. De bovenverdieping van voornoemde vleugels wordt ingenomen door de burelen en refter van de administratie (vleugel aan de Sint-Bartholomeusstraat) en de burelen en vergaderzalen van het districtsbestuur (vleugel aan het Burgemeester Jozef Nolfplein met collegezaal-kabinet burgemeester/districtsvoorzitter- burelen secretaris en schepenen). De vleugel aan de Borrewaterstraat herbergt op de begane grond en eerste (tussen)verdieping de administratie en burelen van de politie, inmiddels ook sterk gemoderniseerd en heringericht; op de tweede verdieping -die aansluit op de eerste verdieping van de andere vleugels- bevindt zich het representatieve gedeelte met ruime hal, trouwzaal en raadzaal. Enkel laatstgenoemde vleugel telt een derde verdieping boven de gang van het representatieve gedeelte, oorspronkelijk een open tribune voor het publiek die uitgaf op de trouw- en raadzaal, heden om redenen van plaatsgebrek gedicht en ingedeeld in lokalen.
De verdieping boven de overdekte doorgang wordt ingenomen door twee vergaderlokalen; de laatste traveeën van de vleugel aan de Sint-Bartholomeusstraat met kopgevel aan de Borrewaterstraat bevat een fietsenberging met daarboven de twee verdiepingen tellende conciërgewoning. Naast de officiële trap bevinden er zich in de diverse hoeken van het gebouw diensttrappen.
De beschrijving heeft voornamelijk betrekking op het representatieve gedeelte van het districtshuis en het bureelgedeelte van het bestuur: de uit de bouwperiode grotendeels bewaard gebleven planindeling, aankleding en inrichting van deze vertrekken is immers bepalend voor de monumentwaarde van het gebouw. De andere delen zijn te zeer aangepast, gemoderniseerd, verbouwd en/of zijn naar inrichting en aankleding minder of niet relevant voor de erfgoedwaarde.
Algemeen
De aankleding, inrichting en meubilering van het representatieve gedeelte gebeurde naar ontwerp van binnenhuisarchitect Jan Van Puyvelde en werd uitgevoerd door de Kortrijkse Kunstwerkstede De Coene. Het resultaat is een harmonisch samenhangend geheel met een modern en plechtstatig karakter. Opmerkelijk zijn de wanden met fraaie betimmeringen van zijdeglans gepolijst palissander- en teakhout (moulmeinteak), de bespanningen van perkament (geitenhuid), de gecementeerde bezetting met draaiende textuur; de oorspronkelijke bekleding van lichtbruin-okerachtig Japans gras is overal vervangen, alsook het perkament op de meeste plaatsen door een simili-leer. De vloeren zijn van een gepolijste, beigeachtige natuursteen (Jura Solnhofener), gelegd in smalle en brede stroken, parket en/of vast tapijt (beide op vele plaatsen reeds vervangen). Bepaalde plafonds waren oorspronkelijk bekleed met geperforeerde gipsen platen (soundexplaten), op bepaalde plaatsen voorzien van -veelal bewaarde- ingebouwde cirkelvormige afzuigroosters. De grote ruimtes (hal, trouwzaal, raadzaal, refter) worden belicht met in de draagconstructies ingebouwde verlichtingsstroken onder meer in de op wanden en/of plafonds doorlopende draagbalken, in de met marmer beklede pijlers,... Op de meeste deuren van de burelen/vergaderzalen/dienstruimtes bevinden zich nog de originele naamplaatjes van plexiglas met gelijmde aluminium letters. Diensttrappen van granito, enkele uitgevoerd met een massief bronzen handgreep en afwisselend vierkante en ronde spijlen van staal, andere met een plastieken greep en geschilderde vierkante spijlen. De trapzalen van de diensttrappen alsook de gang met de burelen van de administratie en het districtsbestuur zijn afgesloten met een beglaasde wand waarin een dito vleugeldeur met metalen cirkelvormige handgrepen.
Inkomhal en trapzaal
Officiële inkomhal die via enkele arduinen treden overgaat in de iets hoger gelegen ruime trapzaal voor polyvalent gebruik met achteraan de vestiaire. Vloer met in brede en smalle stroken gelegde tegels van gepolijste Jura natuursteen. Eerste gedeelte met een plafond van geschilderde betonnen draagbalken; bakstenen binnenmuren; één wanddeel bekleed met een diamantkoppenreliëf van gepolijst palissanderhout met een ingewerkte deuropening die toegang geeft tot de diensttrap en sanitair; inkomportaal geflankeerd door een berging afgesloten met een deur van palissanderhout en een inham met een kastenwand van tevens palissanderhout. De trapzaal is een transparante ruimte geritmeerd door verticale vensterregisters waartussen telkens pijlers met ingebouwde verlichtingsstroken; in de ruimte vrijstaande pijlers aan weerszijden met ingebouwde verlichtingsstrook en bekleed met panelen van wit marmer (’Arabescato’ uit Italië). De hoofdtrap is een monumentale vrijdragende bordestrap: geschilderde betonnen constructie, betegeld met Jura natuursteen en met een leuning van massief brons (handgreep) en staal (spijlen met een afwisselende vormgeving). De leuning van de trap wordt herhaald bij de venstertraveeën.
Vestiaire met balie, wanden en hokjes van palissanderhout; ingebouwde verlichtingsstrook boven de balie. Meubilair. Zitbanken met lederen zitting, al dan niet met dito rugleuning op een verchroomd stalen onderstel; twee zithoeken van telkens vier lederen zetels op aluminium onderstel met een beglaasde salontafel, voorzien van een houten boord en stalen onderstel.
Trapzaal op de verdieping
Een evengrote en identiek opgevatte (pijlers, vloer,...) ruimte als op het gelijkvloers die aan de zijde van de Burgemeester Jozef Nolfplein leidt naar de collegezaal en de aansluitende gang met burelen van het districtsbestuur, aan de zijde van de Borrewaterstraat gaat de ruimte over in een hal en de gang met de trouw- en raadzaal. Origineel plafond met gipsen geperforeerde platen (soundexplaten). Hal. Drieledige vensterpartij met nog origineel schrijnwerk waarvan het middelste venster met een glasraam, vervaardigd door glazenier F. Van Immerseel ter gelegenheid van de inwijding van het gebouw geschonken door de nijverheidskring van Merksem-Schoten-Deurne (gesigneerd en gedateerd "okt ’68 Antwerpen"). Symmetrisch opgevatte ruimte met aan één zijde twee toegangen tot de trouwzaal en daartegenover twee identieke toegangen tot een vergaderzaal en het sanitair. Geaccentueerde deurtraveeën gevat in een tot aan het plafond reikende bekleding met palissanderhout; daartussen muurpartijen met originele afwerking namelijk een gecementeerde bezetting met draaiende textuur. Vloer van voormelde Jura natuursteen. De draagbalken op het plafond zijn bekleed en voorzien van ingebouwde verlichtingsstroken. Meubilair. Eén set van vier lederen zetels op aluminium onderstel met een beglaasde salontafel, voorzien van een houten boord en stalen onderstel. Vergaderzaal: vertrek met balkon; één wand bekleed met teak; dubbele vleugeldeur met tevens een teakhouten binnenzijde in overeenstemming met de binnenaankleding.
Gang
Gang naar trouw- en raadzaal. Vloer van voormelde Jura natuursteen. Buitengevel uitgewerkt als een erkervormige horizontale vensterpartij gedragen door betonnen kolommen; de scheidingsmuur, keerzijde van de teakhouten wand in de trouw- en raadzaal, is van vloer tot plafond afwisselend bekleed, deels in palissanderhout en deels (oorspronkelijk) in perkament (geitenhuid), aangebracht volgens een verticaal uitgerokken honingraatpatroon. Dit perkament werd intussen op de meeste plaatsen vervangen door simili-leer; nog een originele bekleding van perkament bleef bewaard in het laatste gangtravee voorbij de hal naast de lift. De insprongen in de houten wanddelen bevatten telkens onomlijste vleugeldeuren, aan de gangzijde bekleed met palissander, aan de keerzijde in de zalen met diamantkoppen van teak. De gang begint en eindigt op een wand, tevens bekleed met palissanderhout. Meubilair. Zitbanken met lederen zitting op een verchroomd stalen onderstel.
Trouw- en raadzaal
Twee aan elkaar grenzende zalen, gescheiden door een elektrisch gordijn (oorspronkelijke stof van beige fluweel) met de mogelijkheid om ze tot één geheel te maken. Beide ruimtes worden gekenmerkt door het veelvuldige gebruik van warm moulmein teakhout, zowel voor de wandbekleding als het meubilair. De deurvensters geven uit op het over de twee zalen doorlopende balkon. De lange wand tegenover de straatwand is tot de deuren toe bekleed met een diamantkoppenreliëf in zijdeglans gepolijst moulmein teakhout. Oorspronkelijk was deze wand ter hoogte van de publieke tribune op de volgende verdieping, opengewerkt, inmiddels werd deze gedicht met een beglazing. De korte wanden van de zalen zijn bekleed met een effen, gepolijste bekleding van teakhout. Voorts nog smalle muurpartijen bekleed met fluweel (identiek aan de stof van de venstergordijnen in de trouwzaal en het elektrische gordijn). Ritmerende travee-indeling door de op wanden en plafonds doorlopende draagbalken met ingebouwde lichtstroken. Bewaarde afzuigingsroosters. Vloeren van beige gepolijst Jura natuursteen, al dan niet bedekt met vloertapijt.
Trouwzaal (vier traveeën). Bolrond bordes met holronde tafel voor de bevoegde ambtenaren. Vrijstaande wand, aan de voorzijde bekleed met perkament (geitenhuid) waarop in massief koper een afbeelding van de patroonheilige Sint-Bartholomeus (door beeldhouwer-edelsmid Wim Ibens, 1934-1997) en achteraan uitgewerkt als een kast. Originele gordijnen van beige fluweel. Meubilair. Holronde tafel met houten blad en sokkel met een vernieuwde stoffen bekleding; dubbel blad met bovenblad voorzien van een uitneembaar werkblad van wit simili-leer en cirkelvormige uitsparingen voor assenbakken. Gelijkaardig uitgewerkte lezenaars met tevens een houten blad en sokkel met een vernieuwde stoffen bekleding. In twee rijen geschikte lange zitbanken zonder rugleuning met lederen zitting en houten onderstel; ottomans met lederen zitting en houten onderstel.
Raadzaal voor de afgevaardigde raadsleden (vijf traveeën). Holrond bordes met dito tafel voor de bevoegde ambtenaren, de burgemeester/districtsvoorzitter geflankeerd door de schepenen (later aan beide zijden verlengd met één zitplaats). Meubilair. Holronde tafel met houten blad en sokkel met een vernieuwde stoffen bekleding; dubbel blad met bovenblad voorzien van een uitneembaar werkblad van wit simili-leer en cirkelvormige uitsparingen voor asbakken. Hiertegenover een lange tafel in hoefijzervorm voor de raadsleden met dubbel blad met bovenblad voorzien van uitneembare werkbladen van wit simili-leer en cirkelvormige uitsparingen voor asbakken. De glazen asbakken zijn verdwenen. Vergaderstoelen met glooiende structuur in gelijmd hout, met lederen zitting en dito rugleuning, sommige voorzien van een goudopdruk met wapenschild. Dit model gaat terug op de zogenaamde Philipsstoel van De Coene, terug te vinden in de diverse zalen van het districtshuis. Cirkelvormig tafeltje met houten blad en stoffen sokkel. De raadzaal staat in verbinding met een aanpalend smal vertrek, de kleedkamer.
De in een insprong gevatte inkom (vleugeldeur) van de collegezaal maakt deel uit van een met palissanderhout beklede wand die wordt voortgezet in de aanpalende gang met de burelen van het districtsbestuur.
Collegezaal
Vertrek met een balkon. Twee van de vier wanden zijn van vloer tot plafond bekleed met moulmein teakhout met ingewerkte onomlijste deuren en kasten; de twee andere wanden waren oorspronkelijk bekleed met lichtbruin-okerachtig Japans gras, dit is inmiddels verwijderd en vervangen door een nieuw behangselpapier. Over één hele wandbreedte een halfhoge boekenkast met schuifdeuren en afgedekt met een marmeren bloembak; tegen de wand hiertegenover een verschuifbaar paneel met luchtfoto van Merksem waarachter een krijtbord. Originele verlichtingsarmaturen: vijf hanglampen boven de vergadertafel en een vijfdelige luster boven de zithoek.Vernieuwd vast tapijt. Meubilair. Buffetkasten met schuifdeuren en lederen greep. Grote vergadertafel in een afgeknotte ellipsvorm van voormelde teaksoort met dubbel blad; zelfde type vergaderstoelen als in de raadzaal, hier met hoge en lage rugleuning; set van vier zetels met houten salontafel waarvan de zetels met nieuwe stof overtrokken.
Gang met burelen van het districtsbestuur
De gang is gelegen aan de binnentuinzijde, de burelen geven uit op het Burgemeester Jozef Nolfplein, oorspronkelijk achtereenvolgens het kabinet van de burgemeester/districtsvoorzitter met privé-secretaris, het bureel van de gemeentesecretaris (in verbinding met dat van de burgemeester/districtsvoorzitter) en vier kleinere burelen van de schepenen. Elk bureel beschikte over een annex met telefoonkamer, wastafel en kleerkast.
Vloer van voormelde Jura natuursteen; vensters met marmeren tabletten; voortgezette wandbekleding van palissanderhout geritmeerd door insprongen waarin telkens de -oorspronkelijk dubbele- toegangsdeuren tot de diverse burelen, in de wandbekleding verwerkte onomlijste deuren van tevens palissanderhout gevolgd door een tweede deur waarvan de gangzijde vervaardigd is van palissander, de bureelzijde -in overeenstemming met de bekleding van het vertrek- van teak; bij sommige burelen werd de tweede deur verwijderd. De diepere insprong ter hoogte van het bureel van de burgemeester/districtsvoorzitter was bestemd voor de bode die de bezoekers onthaalde. In het bureel van de burgemeester/districtsvoorzitter en de secretaris een bewaarde wandbekleding van moulmeinteak afwisselend met bepleisterde en beschilderde muurdelen, voorheen bekleed met Japans gras.
Meubilair
In de gang en bepaalde burelen staan diverse teaken meubelen o.m. rechthoekige (vergader)tafels, de typische vergaderstoelen, een L-vormig bureau, sets van telkens vier -met nieuwe stof overtrokken- zetels met bijhorende houten of glazen salontafel en buffetkasten met schuifdeuren en lederen greep. Bepaalde wijzigingen/aanpassingen in de planindeling en/of aankleding: bij bepaalde burelen werd de indeling gewijzigd, o.m. oorspronkelijk waren de burelen van de schepenen elk twee venstertraveeën breed; vloeren en/of plafonds werden veelal vernieuwd; de oorspronkelijke wandbekleding (onder m. het Japans gras) werd verwijderd; nieuwe verwarmingselementen werden aangebracht alsook nieuw meubilair.
Rechts van de ontvangstbalie op het gelijkvloers bevindt zich de diensttrap naar de burelen van de administratie op de verdieping. De trapzaal van de diensttrap, de bovenhal (pas later ingericht als tweede ontvangstbalie) en de aansluitende gang met burelen van de administratie die eindigt op de refter hebben een vloer van tegelmozaïek (lichtblauw-wit). Bovenhal met teakhouten wandbekleding. Meubilair. Enkele houten zetels en een dito sofa met de originele stoffen bekleding (oranje-felblauw). De burelen van de administratie werden in aankleding (vloer, plafond) en inrichting sterk aangepast en vernieuwd. Houten deuren.
Refter
Vertrek met balkon. Ruimte geritmeerd door over de wanden en het plafond doorlopende draagbalken met ingebouwde verlichtingsstroken; wandbekleding met moulmeinteak; bepleisterde en beschilderde wanden voorheen bekleed met Japans gras; wanddeel van formica met inkomdeur. Toog en keukenwand van teak; keukenwand met gesloten onderkasten en beglaasde bovenkasten. Boven de toog een evenbreed rechthoekig paneel met een schildering door W. Ibens (zie trouwzaal). Vernieuwde vloer van linoleum. Meubilair. Fraaie buffetkast van zwart gelakt hout met witmarmeren bovenblad en een verchroomd stalen onderstel.Voorts vernieuwd meubilair (tafels en stoelen).
Vergaderlokalen voor de fractie
Twee identieke ruimtes, oorspronkelijk met vast tapijt en een wandbekleding van Japans gras. Plafonds met bewaarde afzuigingsroosters. Vernieuwde vloer van linoleum. Meubilair. In elk vertrek een vergadertafel (afgeknotte ellipsvorm) en bijhorende vergaderstoelen, zelfde tafelmodel en type stoelen van teak als in de collegezaal; buffetkasten met schuifdeuren en lederen greep. Gang met eveneens vloer van tegelmozaïek.
Bron: Onroerend Erfgoed, digitaal beschermingdossier DA002510, Districtshuis van Merksem.
Auteurs: De Sadeleer, Sibylle
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Merksem
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Districtshuis Merksem [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/208294 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.