De recente benaming 'Schipvaarthoeve' verwijst naar de Schipvaartweg. Voormalige herenhoeve, sinds 1975 proefbedrijf van de Poperingse Landbouwschool (Boeschepestraat nummer 44), gelegen ten zuidoosten van de Poperingevaart (Vleterbeek), en ten noordoosten van de nieuwe Oostlaan. De hoeve wordt door onder meer hopvelden omgeven.
Boerenburgerhuis en nutsgebouw, respectievelijk ten noordwesten en westen van een met gras begroeid erf deels afgezoomd met populieren aan de straatzijde; links en rechts, bakstenen hekpijlers gestut door middel van steunberen en bekroond met bol. Nieuwe beplantingen borderen het erf met recent gekasseid pad; achteruitgeplaatste hekpijlers (toekomstige wegverbreding).
Boerenwoning, type dubbelhuis, van zes traveeën en twee bouwlagen onder gebogen zadeldak (nokrichting parallel aan de straat, Vlaamse pannen), uit de tweede helft van de 18de eeuw. Volgens een vroegere bewoonster dateert het pand uit 1762. Verankerde baksteenbouw, witgekalkt op gecementeerde plint. Rechthoekige muuropeningen met kozijnconstructie licht verdiept in getoogde omlijsting; recentere lekdrempels van arduin. Houten kruiskozijnen met schuiframen; luiken op de begane grond. De kozijndeur met tweedelig bovenlicht is voorzien van diefijzers aan de binnenzijde; paneeldeur. Centrale bovenpenant: houten muurkapelletje met Heilig Hartbeeld uit de 19de eeuw. Houten gootlijst. Achtergevel op bakstenen sokkel met vier getoogde kelderopeningen. Houten kloosterkozijnen licht verdiept in getoogde omlijsting; kleine roedeverdeling deels behouden in de bovenvakken; oorspronkelijk beluikte benedenvakken, te zien aan de bewaarde luiken bij drie bovenvensters rechts. Benedenvensters: bovenvakken met diefijzers. Twee dichtgemetselde vensters links op de bovenverdieping. Verankerde zijgevels uitlopend op schoorsteen, en voorzien van aandak met muurvlechtingen.
Interieur. Langwerpige, driedelige kelder met bakstenen tongewelven en dito bevloering in visgraatverband. Leefkamer: deels behouden schoorsteenmantel met bepleisterd bovengedeelte voorzien van Corinthische pilasters van gemarmerd hout, en een stookplaats versierd met Delftse (?) tegels. De bucolische muurschilderingen werden naar verluidt tijdens de Eerste Wereldoorlog geschilderd door een herstellend soldaat. Zolder: schaargebint van zes traveeën, met korbelen en dubbel geschoorde nokstijl.
Links bevindt zich een laag 19de-eeuws aanbouwsel van heden twee brede traveeën onder mank zadeldak (Vlaamse en mechanische pannen). Recentere muuropeningen, te zien aan onder meer de nieuwe erker ter hoogte van een voormalige deur volgens de behouden voetschraper.
Achtergevel: rechthoekige vensters met kozijnconstructie, onder meer twee houten kloosterkozijnen met roedeverdeling rechts. Rechts situeren zich recentere lage aanbouwsels.
Schuur, stal en hopast zijn ondergebracht in één gebouw van anderhalve bouwlaag onder schilddak (nokrichting parallel aan de straat, Vlaamse pannen) met gek, uit het laatste kwart van de 19de eeuw (?).
Verankerde baksteenbouw. Getoogde muuropeningen, onder meer dichtgemetselde, op de begane grond. Rechthoekige laadvensters op de halve bouwlaag. Lage aanbouwsels tegen de achtergevel.
- TILLIE W. 1987: De Schipvaarthoeve te Poperinge, Aan de Schreve XVII.4, 3-12.