Gehucht van Vilvoorde, gelegen ten oosten van het centrum, buiten de voormalige Leuvensepoort, één van de vier middeleeuwse stadspoorten. Thans door de spoorlijn Brussel-Antwerpen gescheiden van het centrum. De wijk ontwikkelde zich vanaf het einde van de negentiende eeuw onder invloed van de toenemende industrialisatie in Vilvoorde en wordt vooral gekarakteriseerd door arbeiderswoningen, zoals in de Zavelstraat met woningen uit het interbellum, waarvan de muuropeningen thans veelal zijn aangepast en de homogeen bebouwde Steevoortstraat. Het noordwestelijke gedeelte van de woonkern wordt ingenomen door een sociale woonwijk uit het interbellum, Perksestraat nummers 73-85. Het oostelijke gedeelte bestaat uit een woonuitbreiding, waarvoor de verkaveling gebeurde in het begin van de jaren 1960, het zogenaamde Bloemenplein en omgeving. De bebouwing bestaat er overwegend uit aaneengesloten eengezinswoningen van twee tot drie bouwlagen onder zadeldaken; qua uitzicht zijn het vrij homogene lijstgevels met een garage op de begane grond en de woning op de bel-etage. Het noordelijke gedeelte van het gehucht bleef vrij landelijk door de aanwezigheid van de Tuinbouwschool en de bijhorende gronden, de Bavaylei nummer 116.
Bron: KENNES H. met medewerking van STEYAERT R. 2005: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Vlaams-Brabant, Gemeente Vilvoorde, Deelgemeenten Vilvoorde en Peutie, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen VLB1, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Kennes, Hilde Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)