erfgoedobject

Parochiekerk Sint-Aldegondis

bouwkundig element
ID
205958
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/205958

Juridische gevolgen

Beschrijving

Georiënteerde kerk in verschillende bouwfasen gerealiseerd: oostelijke traveeën zijn de oudste en klimmen op tot de 17de eeuw. Grootste deel van de kerk afgebroken en verruimd in 1962-1964 naar ontwerp van architect J. Haegebaert.

De kerk bevindt zich aan de eeuwenoude kruising van de Bruggestraat en de Lichterveldestraat en wordt aan alle zijden omgeven door de straat Marktplein. De omgeving van de kerk is volledig verhard, grotendeels met kasseien. Het oorspronkelijke kerkhof wordt in 1822 opgeheven in navolging van een Napoleontisch decreet en uit angst voor besmettelijke ziekten. Een nieuwe begraafplaats wordt ingericht in de Bruggestraat op 331 meter afstand van de kerk.

Geschiedenis

Circa 900: oprichting van de parochie Sint-Aldegondis door de abdij van Sint-Amands uit Gent op de plaats van de vroegere Romeinse villa, de latere Germaanse nederzetting van Swibo en nog latere mansus van Elnon. Een eerste vermelding van de parochie dateert van de 10de of begin 11de eeuw. Archeologisch onderzoek door L. Devliegher in 1964 liet toe de complete plattegrond van een Romaans kerkje op te tekenen. Het bestond uit een éénbeukig schip met halfrond gesloten koor met een breedte van 8 meter en een totale lengte van 24 meter. De kerk is vermoedelijk te dateren in het laatste kwart van de 10de eeuw. Circa 1100: het altaar van Zwevezele wordt aan het kapittel van Sint-Donaas geschonken. 12de eeuw: het verslag van het archeologisch onderzoek van 1964 door L. Devliegher vermeldt dat vermoedelijk in de 12de eeuw twee zijbeuken met halfronde zijkoren en een groot hoofdkoor worden bijgebouwd. 1281: eerste vermelding van een Zwevezeelse pastoor in een rekening van het Sint-Janshospitaal in Brugge. Begin 15de eeuw: uitbreiding met hoofdkoor. Volgens archeologisch onderzoek is de toenmalige kerk 40 meter lang en 18 meter breed. Circa 1496: in een tekst wordt vermeld dat er herstellingswerken moeten worden uitgevoerd om de uitvaart van Margaretha van Halewijn te laten plaats vinden. 1643: een kaart van omstreeks 1643 toont een driebeukige kerk met uitspringend hoogkoor en een voorportaal in de hoofdbeuk en een zijportaal in het midden van de zuidbeuk. 1695: de kerk wordt geplunderd en verwoest door Franse bendes. Eind 17de eeuw: verwoesting van het interieur. 1714: het Sint-Donaaskapittel ontvangt de vraag om de kerk te herstellen. 1753-1774: grondige herstellingswerken: herstel van metselwerk, versterken van vensters "staende insleghten arduin", vernieuwen houtwerk in de toren, nieuwe goten, nieuw glaswerk voor vier ramen, dekken van de daken met schaliën. Hierbij wordt onder meer "carreelsteen", arduin en 600 schaliën van de in 1766 afgebroken "heeghem capelle" gebruikt. In 1768 wordt een nieuwe sacristie gebouwd en wordt de gevel van het Sint-Aldegondiskoor afgebroken en heropgebouwd met de nu nog zichtbare datum "1768" in gele baksteen. 1822: kerkhof verwijderd in 1822 in navolging van een Napoleontische wet en uit angst voor besmettelijke ziekten verhuisd naar een nieuwe locatie (Bruggestraat) op 331 meter afstand van de kerk. 1853: de kerk is opnieuw te klein geworden en wordt verlengd naar de Bruggestraat toe. Door het verdwijnen van het kerkhof kan ze worden verlengd van 43 meter tot 54,5 meter. Een foto van de kerk voor de volgende verbouwingen toont een driebeukige kerk met aan de zuidzijde een vijfzijdige traptoren onder naaldspits. De toren is uitgevoerd in metselwerk met blind maaswerk. 1891: een volgende uitbreiding van de kerk, namelijk de aanbouw van een vierde en vijfde beuk en een transept. Elke nieuwe zijbeuk is voorzien van een dubbele toegangsdeur. 1914-1918 en 1940-1945: de kerk blijft tijdens beide Wereldoorlogen gespaard van grote beschadiging. 1962-1964: ingrijpende verbouwing en inkorting van de kerk in functie van de verbreding van de Bruggestraat. Ontwerp door architect J. Haegebaert waarbij enkel het transept, koor en vieringtoren behouden blijven. Door het verwijderen van vier rijen pijlers wil men ook de zichtbaarheid in de kerk verbeteren.

Beschrijving

De plattegrond ontvouwt een breed schip van vier traveeën met twee zijbeuken en een transept van een travee voor het nieuw volume. Aan de westzijde een breed rechthoekig portaal en aan de oostelijke transeptwand telkens een klein rechthoekig portaal. Een vijfzijdig hoofdkoor van twee traveeën en twee rechthoekige zijkoren van een travee breed. De zijkoren zijn aan de oostzijde elk voorzien van een klein rechthoekige volume van twee traveeën. In de oksel van het transept en het zuidelijke zijkoor bevindt zich een achthoekige traptoren. Centrale achthoekige vieringtoren. Het historische volume is uitgevoerd in rode baksteen met gebruik van blauwe hardsteen voor dekstenen, afzaten, ornamentiek en onderdorpels. Leien daken. Het nieuwe volume is opgetrokken uit gele baksteen met gebruik van blauwe hardsteen voor de plint en trappen en wit geschilderd beton voor constructieve elementen en luifel. Nieuw volume onder monumentaal zadeldak. Aan de noord- en zuidzijde geritmeerd door vier spitsboogvensters met afgeschuinde dagkanten en steunberen. Westgevel uitgewerkt als puntgevel met op de gelijkvloerse verdieping een glazen portaal onder plat dak met betonnen luifel. Daarboven een grote rechthoekige muuropening ingevuld door een stalen bandraam met daarachter een glas-in-loodraam. Noordelijke en zuidelijke transeptwanden met een spitsboogvenster met afgeschuinde dagkanten. Aan de oostzijde recupereert het transept de vroegere puntgevels van de zijbeuken (1891) met een eenlaags portaal onder zadeldakje met puntgevel waarin spitsboogopeningen. Zuidelijk zijkoor met puntgevel waarin muurvlechtingen en jaar "1768" in gele baksteen en spitsboogvenster in geprofileerde bakstenen omlijsting met druiplijst aan de zuidzijde. Verjongende steunberen op de hoeken. Tegen de puntgevel bevindt zich een éénlaags gebouw onder mansardedak met een bepleisterde en geprofileerde lijst onder de dakoverstek en licht getoogde muuropeningen onder rollaag waarvan de twee vensters voorzien van sierlijke smeedijzeren dievenstaven. Vijfzijdige traptoren onder dito naaldspits. Wanden opengewerkt door smalle lichtspleten. Vijfzijdige absidiale uitbouw met overhoeks geplaatste verjongende steunberen en vier segmentboogvormige vensters binnen een vlakke, gepleisterde omlijsting. Driedubbele uitspringende strekkenlaag onder dakrand. Aan de oostelijke wand een houten kruisbeeld onder zadeldakvormig baldakijn. Noordelijk zijkoor met blinde tuitgevel waarin restant van spitsboogvormige vensteromlijsting. Identiek éénlaagsgebouw onder mansardedak als aan de zuidzijde. Achtzijdige vieringtoren onder naaldspits met deels bewaarde kordonlijst en aan elke zijde opengewerkt door een geprofileerde spitsboogopening waarin galmgat. Aan de noordzijde bevindt zich een vrijstaand éénlaags gebouw onder mansardedak.

Interieur

Interieur met duidelijke indeling in historisch en nieuw gedeelte. In het nieuw volume zijn de wanden in baksteen gelaten en alle betonnen elementen afgewerkt met witte beschildering. Vloer bekleed met grijze natuursteen. Brede middenbeuk gedragen door taps toelopende betonnen pijlers. Zoldering tussen de spantbenen bekleed met houten beplanking. Zijbeuken met vlakke zoldering, ook bekleed met houten beplanking. Rechthoekig doksaal opgevat als luifel met stalen balustrade. Geheel in beton uitgevoerd en steunend op taps toelopende betonnen pijlers. Toegankelijk via betonnen wenteltrap. Aan de westzijde drie toegangsdeuren geflankeerd door drie biechtnissen en een halfronde doopkapel met zenithale lichtinval. Overgang naar historisch volume via spitsbogen. Wanden en gewelven bepleisterd en wit geschilderd. Tongewelf met gordelbogen en afgewerkt met decoratief stucwerk (rozetten, tandlijst pilasters...). Houten lambrisering aan koorwanden.

  • Heemkundige Kring Ons Wingene, Fototheek.
  • LAMS G., VANDEWIELE A., Een verleden voor mensen van heden. Wingene en Zwevezele door de jaren heen, Roeselare, 1990.
  • VANDEWIELE A., Zwevezele. Deel I. De parochie Zwevezele tot 1795, Zwevezele, 1981.
  • VANDEWIELE A., Zwevezele. Deel II. De Gemeente Zwevezele tot 1940, Zwevezele, 1984.

Bron: GILTÉ S. & BAERT S. 2009: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Wingene, Deelgemeente Zwevezele, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL43, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Gilté, Stefanie; Baert, Sofie
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)

Aanvullende informatie

Orgel

Op basis van constructie-kenmerken kan het instrument toegeschreven worden aan Pieter van Peteghem & zonen (Gent); bouwperiode laatste derde van de 18de eeuw. Herstellingen en/ of wijzigingen werden uitgevoerd door Fr. Joris (Ronse), in 1910, en door J. Anneessens (Menen), 1925, 1928 en 1931. Na de (gedeeltelijke) afbraak van de oude kerk in 1964 bleef het orgel gedemonteerd; het lokale kerkbestuur wou het verkopen maar overheidsinstanties hebben deze verkoop verhinderd. Totale renovatie door Jos. Loncke en Zonen (Esen), te situeren na de bouw van het nieuwe kerkgedeelte.

Auteurs: Roose, Patrick
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)

Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Parochiekerk Sint-Aldegondis [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/205958 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.