is deel van de aanduiding als vastgesteld landschapsatlasrelict Ieperse vestingen en omgeving, bossen ten zuiden en heuvelrug Wijtschate-Mesen
Deze vaststelling is geldig sinds
Het bosje en het grasland bij de Bellewaarde hoeve zijn één van de zeldzame locaties waar 15 kraters van ondiepe mijnen in het landschap nog bijzonder goed bewaard zijn. Het terrein bevat opvallend veel microreliëf. In het aansluitende grasland is nog een krater bewaard, met name die naast het gedenkteken van het R.E. Grave. Voor het overige zijn drie restanten van mijnkraters als een cirkelvormige depressie in het microreliëf van het landschap zichtbaar. De oudste mijnkrater in deze omgeving dateert van 25 september 1915 en ligt in de oostelijke punt van Railway Wood.
Rondom het gedenkkruis R.E. Grave, te bereiken via de Oude Kortrijkstraat, bevinden zich nog diverse kleine en grote mijnkraters, zowel onder bos als in de nabijgelegen weide. Het mijnkraterveld ligt op een hoogte, de zogenaamde ‘Bellewaarde Ridge’, in landbouwgebied, tussen de huidige Zuiderring en de Meenseweg in Ieper, met mooi panoramazicht op de omgeving. Het Bellewaarde bosje is een relictbos met 11 mijnkraters. Voor de oorlog was dit een akkerland dat bij de Bellewaarde hoeve hoorde. Het bos is pas na de oorlog ontstaan, mogelijk omdat het terrein niet werd geëffend en het dus ook niet voor akkerbouw meer geschikt was. Railway Wood werd tijdens de Eerste Wereldoorlog door de Britten genoemd naar de vlakbij gelegen spoorlijn Ieper-Roeselare (de huidige Zuiderring). Op Duitse kaarten staat het bekend als ‘Eierwaldchen’. In de jaren 1920 werd het op dezelfde locatie opnieuw aangelegd. Naast de relicten van de ondergrondse mijnenoorlog omvat deze site ook een prachtig zicht op de stad Ieper, een gedenkteken voor twaalf gesneuvelde manschappen van de Royal Engineers (177th Tunneling Company) en de nabijgelegen mijnkraters in kasteelhof ’t Hooge, museum Hooge Crater en de begraafplaats Hooge Crater Cemetery.
De mijnkraters markeren exact de ligging van het niemandsland na de tweede slag om Ieper (1915-17). In het voorjaar van 1915 waagden de Duitsers een poging om het front rond Ieper te doorbreken. Tot een finale doorbraak kwam het niet, maar de frontlijn kwam wel dichter bij Ieper te liggen. Tijdens deze Duitse opmars bestormden troepen de Bellewaarde ridge, een hoogte van 50m nabij de Kasteeldreef. Op 24-25 mei namen de Duitse troepen de strategisch gelegen en felbevochten Bellewaarde hoeve (Bellewaardestraat 2, Zillebeke) in. Daar strandde het offensief.
Vanaf de heuvelrug van Bellewaarde hadden de Duitsers een panorama over Ieper en de Britse linies in de streek. Een verschil van enkele meters hoogte betekende in deze stellingenoorlog een zaak van bijzonder strategisch belang. Opvallend is het hoezeer die hoger gelegen locaties in de zogenaamde “rustige oorlogsperiode” tussen 1915 en midden 1917 heel omstreden bleven. Het gebied rond Bellewaarde en het Hooge was exemplarisch voor de militaire operaties tijdens zogenaamde “kalme periodes”. Over de hele sector stabiliseerde de frontlijn, maar niet zo op en rond Bellewaarde hoeve. De vele schermutselingen na mei 1915 leidden er telkens tot kleine wijzigingen in de frontlijn, altijd met een beperkte terreinwinst. De inzet was de herovering van de Bellewaardehoeve en de ‘Bellewaarde ridge’. Het landschap werd er langzaam maar zeker door getekend.
Toen de Britse legers in het noorden van Frankrijk rond 25 september 1915 een grootschalige aanval bij Loos planden, voerden zij “afleidingsmanoeuvres” op andere plaatsen aan het front uit opdat de Duitse reserves niet naar Loos zouden worden verplaatst. In de Ieperboog werd een breed front van de spoorweg Ieper-Roeselare, over Bellewaarde hoeve en het Hooge tot de zuidgrens van het Drieblotenbos (Sanctuary Wood) uitgekozen. Bij wijze van inleiding op de aanval lieten de Britten op 25 september 1915 twee mijnen bij Railway Wood ontploffen, het startschot voor de verdere ontwikkeling van de ondergrondse oorlog rond Bellewaarde. De Britse aanval bij Railway Wood draaide overigens op een desastreuze mislukking uit. Duitse mitrailleurnesten zaaiden dood en vernieling op de flank van Bellewaarde Ridge. Die ene dag leden de Britten 4000 verliezen.
Na 25 september 1915 volgden nog tientallen mijnontploffingen, zowel langs Britse als langs Duitse zijde. Langs Britse kant was de 177th Tunnelling Company hier heel actief. Deze eenheid verhuisde in november 1915 vanuit Frankrijk naar Bellewaarde en bleef gedurende twee jaar op deze locatie. Als reactie op de Britse mijnontploffingen, installeerden de Duitse troepen hier eveneens een ‘Mineurkompagnie’, gevormd uit manschappen van de 53ste en 54ste reservedivisie. Tussen mei 1915 en juli 1917 groeven de troepen zich in en bouwden hun stellingen grondig uit. De gevechten werden vanaf toen vooral ondergronds gevoerd.
Tot het volgende grote offensief (derde slag om Ieper) ontploften nog vele mijnen. Op de loopgravenkaarten van 1915-1917 troffen we op deze locatie in totaal 34 historische mijnkraters aan. Meestal volgde een infanterieaanval op de explosie, om de nieuw ontstane krater zo snel mogelijk in te nemen. Van daaruit kon het vijandelijke front met meer precisie onder vuur worden genomen. Vooral de grotere kraters waren de meest gegeerde locaties. De tot versterkingen uitgebouwde mijnkraters verdeelden het niemandsland eigenlijk in invloedssferen. Rond Bellewaarde waren 13 van de 34 mijnkraters in de Britse frontlinie ingewerkt, tegenover minstens 21 in de Duitse invloedssfeer (toestand op 30 juni 1917, zie Zillebeke 19170630). De belangrijkste kregen ook een naam.
In totaal bestaan nu nog 15 kraters onder bos of als cirkelvormige depressie in het grasland:
Railway Wood
Grasland tussen Railway Wood en Bellewaardebos
Bellewaarde bos
Na de oorlog werden verschillende mijnkraters gedempt, hoofdzakelijk diegene die onder akker lagen. Op een luchtfoto van 1963 is goed te zien, hoe in die periode nog sporen (waterplassen) van kraters in de weide rondom Railway Wood liggen. De kraters in de akkers ten noorden van de Oude Kortrijkstraat zijn allemaal verdwenen. Enkele daarvan bestonden nog tot in 1983-84, maar werden dat zelfde jaar door de landbouwer of eigenaar gedempt, waaronder drie in het veld nabij Railway Wood.
De concentratie aan mijnkraters rond Bellewaarde hoeve en Railway Wood impliceert tevens dat de zone daarrond ondertunneld moet zijn (geweest). Van deze tunnels en tunnelingangen werden tot nu geen sporen teruggevonden. Over de ligging van deze tunnels is nauwelijks iets bekend, met uitzondering van de bodemverzakking, mogelijk een teken van een ingestorte Britse tunnel, nabij het Liverpool Scottish monument, in 2000 onderzocht door de Diggers. Het is bekend dat onder en nabij Railway Wood een druk netwerk van mijngalerijen is aangelegd, tevens één van de meest complexe deep dugout systemen in de Ieperboog.
Auteurs: Verboven, Hilde
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Eerste Wereldoorlog-slagveld van Bellewaarde Ridge
Is deel van
Ieperse vestingen en omgeving, bossen ten zuiden en heuvelrug Wijtschate-Mesen
Is gerelateerd aan
Gedenkkruis R.E. Grave, Railway Wood
Is gerelateerd aan
Gedenksteen Liverpool Scottish
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Mijnkraters van de Eerste Wereldoorlog bij Bellewaarde [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/304162 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.