is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Sint-Janshospitaal - Zusterklooster
Deze vaststelling is geldig sinds
is deel van de aanduiding als vastgesteld bouwkundig erfgoed Sint-Janshospitaal
Deze vaststelling is geldig sinds
is deel van de aanduiding als beschermd monument Sint-Janshospitaal
Deze bescherming is geldig sinds
is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Sint-Janshospitaal - Zusterklooster
Deze vaststelling was geldig van tot
is deel van de aanduiding als vastgesteld bouwkundig erfgoed Sint-Janshospitaal
Deze vaststelling was geldig van tot
Tot op heden in gebruik als klooster van de hospitaalzusters van Sint-Jan. Twee ongelijke vleugels van achter elkaar liggende bakstenen gebouwen van twee bouwlagen onder zadeldaken (Vlaamse pannen). Ten zuidoosten begrensd door de Reie, ten zuidwesten door de Reie-arm, ten noordoosten palend aan de zuidelijke ziekenzaal, ten noordwesten aan een binnenplein.
Kloostergebouwen vanaf 1539 opgericht in vier fasen:
Voorgevel van de eerste vleugel (1539-1544) aan het binnenplein. Lijstgevel van vijf traveeën, op de begane grond rechthoekige getraliede vensters waarvan twee middelste in een samengestelde accoladeboognis, nissen van flankerende vensters verstoord door vensters uit het eerste kwart van de 19de eeuw van de verdieping. Recente korfboogdeur in samengestelde tudorboognis, boogveld met zandstenen wapenschild. Verweerde zandstenen gevelsteen op de verdieping. Twee dakvensters met trapgeveltjes en rechthoekige vensters in rondboognis met driepas. In oksel van klooster en zuidelijke ziekenzaal traptoren onder schilddak (leien), kort na 1540 gebouwd en fungerend als verbinding, aan noordwestkant doorbroken door smalle korfboognis met twee rechthoekige venstertjes.
Rechts is een travee zichtbaar van het vrij gebleven deel van de tweede vleugel (1540-1560). Volgens Marcus Gerards stond er een vierzijdige traptoren, heden 18de-eeuws venster met bepleisterde omlijsting op de begane grond, 19de-eeuws venster op de bovenverdieping.
Vierde vleugel aan het binnenplein (1685). Huis met hogere nok, gevels met laatbarokke elementen. Trapgevel: (9 treden + topstuk) met één/drie traveeën. Centrale barokpoort met geprofileerde omlijsting van zandsteen, circa 1850 hersteld; bekronende rondboognis met flankerende voluten en engelenkoppen, beeld van de Heilige Augustinus, vleugeldeur met gebeeldhouwde makelaar, buitentrap. Gebruik van zandsteen voor kruis- en bolkozijnen, blind op de bovenverdieping, in de top met glas in lood, geblokte ontlastingsbogen, negblokken en speklagen ter hoogte van onder-, tussen- en bovendorpels.
Zijgevel: lijstgevel van vier traveeën oorspronkelijk wellicht zie voorgevel, op de begane grond zijn nog enkele 17de-eeuwse elementen bewaard: afgeschuinde kanten, ontlastingsbogen en doorlopende banden; huidige 19de-eeuwse vensters hebben glas-in-loodramen op de begane grond.
Derde, lagere vleugel aan het binnenplein (begin 17de eeuw). Oorspronkelijk aan drie zijden vrijstaand met tuitgevel aan de linker zijkant waartegen in 1685 de vierde vleugel werd gebouwd. De oorspronkelijk blinde gevel aan het binnenplein wordt in het vierde kwart van de 18de eeuw - eerste kwart van de 19de eeuw van vensters voorzien. Bewaarde openingen uit het eerste kwart van de 17de eeuw in de puntgevel aan op de Reie-arm.
Eerste vleugel (1539-1544), met monumentale trapgevel (11 treden + topstuk) uitlopend op een brede schoorsteen, jaarsteen 1539; zandstenen hoekketting. Ongelijke travee-indeling, linker travee gevat in doorlopende nis met spitsboog en driepas, rechthoekige vensters met twee gekoppelde blinde spitsboognissen op de borstwering en daarboven blind stenen kruiskozijn. Voorts rechthoekig 19de-eeuws venster en twee topvensters in korfboognis.
Zijgevel: lijstgevel met zeven traveeën in doorlopende segmentboognissen, drie rechtse met gekoppelde blinde spitsboognissen op de borstwering. Hoge plint afgescheiden door kordon. Laatst genoemde loopt door ter hoogte van de onderdorpels van drie linker traveeën, bij vier rechter traveeën onderbroken door lagere vensters en doorlopend over de trapgevel. Van de oorspronkelijke kruiskozijnen zijn nog enkele bewaard, voorts rechthoekige vensters met houtwerk uit het vierde kwart van de 18de eeuw - eerste kwart van de 19de eeuw, kleine roeden. Onder de dakrand een kwartholle bakstenen lijst onderbroken door twee dakvensters met trapgeveltjes waarin rechthoekige vensters in spitsboognissen met driepas. Van de oorspronkelijk vrijstaande linker trapgevel zijn de treden bewaard.
Tweede vleugel (1540-1560). Reiegevel: lijstgevel met ongelijke travee-indeling, vier keldermonden met zandstenen onder- en bovendorpels. Rechthoekige vensters uit het eerste kwart van de 19de eeuw, twee klimmende dakkapellen.
Puntgevel aan de Reie-arm: bewaarde vensteropening uit de 16de eeuw met twee gekoppelde korfboogjes, daarboven 19de-eeuwse vensters, segmentbogig venster in de topgevel.
Eerste vleugel. Voormalige refter, heden ontvangstkamer in Lodewijk XV-stijl: kamerhoge eikenhouten lambrisering met vijf schilderijen en deurstukken van 1755 van M. De Visch (Brugge) met taferelen uit het Oude en Nieuwe Testament, grijsmarmeren rococoschouw met stucwerk op de schouwboezem. Witzwarte marmeren vloer met geometrische motieven. Vroegere keuken heden gebruikt als refter: 16de-eeuwse moer- en kinderbalken met balksleutels op natuurstenen consoles, monumentale 16de-eeuwse schouw met zandstenen rechtstanden, muur ter hoogte van rechter zijwang vermoedelijk aangebracht in de loop van de 18de eeuw. Aan oostkant de vroegere, oorspronkelijk afgesloten provisiekamer: bakstenen gewelven met zandstenen kruisribgewelven op consoles. Heden verbinding met de refter door middel van twee bakstenen korfbogen rustend op een bakstenen middenstijl.
Refter en schouw integraal betegeld met "Delftse" tegels onder meer voorstellingen van kinderspelen en taferelen uit het Oude en Nieuwe Testament. Gang over de hele vleugellengte, eveneens met "Delftse" tegels versierd. Zolder: dakconstructie met kepers verbonden door hanenbalken, zes dubbele schaargebinten.
Tweede vleugel. Kelders met tongewelven. Begane grond: in de kleine refter graatgewelf met centraal medaillon gedateerd 1749 omringd door rocailleversieringen. Wandbekleding van "Delftse" tegels met afbeelding van Christus aan het kruis en pastorale taferelen. Voorts Lodewijk XVI-salon: grijsmarmeren schouw en stucwerk op de boezem met embleem van het hospitaal gevat in een medaillon. Eikenhouten lambrisering in classicistische stijl en parket. Zolder: dakconstructie gelijkaardig aan die van de eerste vleugel.
Derde vleugel. Benedenkamer vanuit de Reievleugel toegankelijk via tudorboogpoortje met daarboven hartmotief, verwijzend naar de Heilige Augustinus; Lodewijk XV-schouw met stucwerk op de boezem. Dakconstructie met twee schaar- en nokgebinten.
Vierde vleugel. Tweebeukige kelder van drie traveeën, graatgewelven rustend op twee centrale vierkante pijlers. Benedenkamer: deze voormalige kapittelzaal diende in de 19de eeuw als Memlingmuseum, heden gebruikt als kapel. Moer- en kinderbalken, beschilderde gebeeldhouwde consoles onder meer met van 1685 gedateerd schild, twee onbekende wapens met helm, wapen van het hospitaal, monogram van H. Memling, een gekroonde Brugse b. In de lambrisering van de schouwmantel is een schilderij ingewerkt met afbeelding van de Heilige Familie toegeschreven aan J. Van Oost de Oude. Voorts neobarokaankleding van circa 1890 naar ontwerp van L. Delacenserie (Brugge): zoldering, schouw, lambrisering, deuren, tochtportaal en parket. Zolder: dakconstructie met drie schaar- en nokgebinten.
Bron: GILTÉ S., VANWALLEGHEM A. & VAN VLAENDEREN P. 2004: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Brugge, Middeleeuwse stadsuitbreiding, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 18nb Zuid, Brussel - Turnhout.
Auteurs: Gilté, Stefanie; Vanwalleghem, Aagje; Van Vlaenderen, Patricia
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
De dakkap van de oostvleugel van het zusterklooster telt negen spanten, opgebouwd uit dubbele gebinten en geschoorde nokstijlgebinten. Van west naar oost bevat de kap twee dubbele stijlgebinten, zes dubbele schaargebinten en een dubbel stijlgebint tegen de oostgevel. Deze kap werd opgericht tijdens de verbouwing van de oostvleugel omstreeks 1600.
Is deel van
Mariastraat (Onze-Lieve-Vrouwekwartier)
Is deel van
Sint-Janshospitaal
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Sint-Janshospitaal - Zusterklooster [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/82412 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.