Landbouw- en woondorp telt, als kleinste deelgemeente van Kluisbergen (562 ha), 707 inwoners (1.1.1998). Ten noorden grenzend aan Oudenaarde (Melden), ten oosten aan Maarkedal (Nukerke), ten zuiden aan Ronse en ten Westen aan Kwaremont. Sterk heuvelachtig landschap opklimmend van 20 m in het noorden tot 150 m in het Zuiden op de Hotondberg, de hoogste heuveltop van Oost-Vlaanderen. Weidse vergezichten en diep ingesneden beekvalleien, typerend voor het natuurschoon van de Vlaamse Ardennen. De Beiaardbeek, een zijbeek van de Molenbeek, en de Kuitholbeek die van naam wijzigt tot Molenbeek en uitmondt in de Schelde, doorlopen respectievelijk in het westen en oosten het langwerpig grondgebied van Zuid naar noord nog talrijke bronnen. Bebossing, voornamelijk op de heuvels, zoals op de Noordelijke helling van de Hotondberg.
Een belangrijke mesolithische verzameling artefacten op de Hotondberg getuigt van menselijke aanwezigheid te Zulzeke in de Steentijd. In de naam van de bekende Hotondheuvel (in 1361 ter hoetont), herkennen archeologen een typisch Zuidoost-Vlaams "necro-toponiem" teruggaand op het Latijnse "tumba"; de plaatsnaam zou hier mogelijk "hogergelegen begraafplaats" betekenen. Meerdere aanwijzingen voor bewoning in de Gallo-Romeinse tijd ondermeer losse muntvondsten en ook de gemeentenaam zelf; deze komt pas in 1296 voor het eerst in bronnen voor, doch de oorsprong is Gallo-Romeins; het betreft namelijk een nederzettingsnaam afgeleid van de Latijnse persoonsnaam Sulcius.
In de feodale tijd vormde Zulzeke met het aanliggende Kwaremont een heerlijkheid afhangend van het leenhof van Berchem, en een achterleen van het Land tussen Marke en Ronne. Later ging ook Ruien tot dit rechtsgebied behoren en maakten zij samen één vierschaar uit. Administratief was het gebied ingedeeld bij de Kasselrij van het Land van Aalst. De heerlijkheden Ten Broeke en Ten Hove lagen in Zulzeke geënclaveerd. Het gehucht Pladutse in het noorden van Zulzeke viel kerkelijk en fiscaal onder Zulzeke doch behoorde leenheerlijk tot Melden.
Het Onze-Lieve-Vrouwekapittel van Kamerijk bezat het patronaatsrecht van de kerk met Sint-Jan en Heilig Kruis als kerkpatronen. Over de parochiale oorsprong zijn voorts geen gegevens bekend. De kerkinplanting met voorgevel naar en rechte verbindingsdreef met de hoeve zogenaamd "Hof ten Hove" laat een historische relatie tussen beide vermoeden, temeer daar deze vroegere site met walgrachten naast het neerhof voorheen ook een breed omgracht opperhof omvatte. De dorpskern in het Noorden van de gemeente ontwikkelde zich als een bescheiden straatdorp op de oostelijke valleiflank van de Beiaardbeek en vormt de aanzet van een oude weg die de gemeente van noord naar zuid doorloopt. In de laatste decennia nam voornamelijke aan deze as, de Zulzekestraat, de bebouwing toe. Verlies van de landbouwfunctie gevolgd door een bestemming als louter woning leidt voor de hoevebouw veelal tot veranderingen die afbreuk doen aan het authentiek voorkomen. Ook de vernieuwing van kleinere vroegere boerenhuizen of hun omvorming tot buitenverblijf heeft het globaal karakter van de traditionele landelijke bebouwing gewijzigd.
De gemeente telde niet minder dan vier watermolens waarvan nog constructieve overblijfselen bestaan. Drie ervan hoorden bij een meerdelige site met walgrachten in de noordelijke helft van de gemeente; er waren ook nog twee kleinere omgrachte sites gelegen van minder belang. De weinige industrie die in de eerste helft van de 20ste eeuw op Zulzeke ontstond telde een bronwaterfabriek en enige textielnijverheid. Thans is op de gemeente enkel nog een bronwater- en limonadefabriek te vinden.
- BOTERDAELE A., Nos Ardennes Flamandes, Gand, 1912, p. 95-99.
- DE KEYZER B., De Lange Weg naar Kluisbergen, Bijdrage tot de historie van Kluisbergen: Berchem - Ruien - Kwaremont - Zulzeke, 2 dln., s.l., 1978-1979.
- HARVENGT L. - VANDENHEEDE M., Kluisbergen in oude foto's, Eeklo, 1992.
- VAN DURME, Zuidoostvlaamse "nekro-toponiemen" als archeologisch waardevolle indicator, in VOBOV-Info, 21, 1986, p. 1-4.
- VAN ISTERDAEL H., De archieven van de Heer, het Leenhof en de Schepenbank van Zulzeke, Kwaremont en Ruien (1421-1796) en van de Leenhoven Ter Beken (1737-1784), Den Bompt (1672), Ten Broeke (1701), Te Dentergem (1628), Erpelgem (1594-1693), Fayelles (1583-1732) en Ten Hove (1594-1753), Rijksarchief te Ronse, Inventarissen, 23, Brussel, 1993.