Geografisch thema

Olmen

ID
14468
URI
https://id.erfgoed.net/themas/14468

Beschrijving

Sedert 1 januari 1977 deelgemeente van Balen, gelegen ten zuiden van de hoofdgemeente, aan de grens met de provincie Limburg. Oppervlakte: 1.704 hectare. Inwoners op 31/12/2001: 3.198.

Archeologische vondsten, in de vorm van artefacten, in de Straalse bossen (noordwesten van de gemeente) verwijzen naar mogelijke bewoning en/of menselijke aanwezigheid in de Gallo-Romeinse periode, maar zijn te beperkt om definitieve conclusies te trekken. In de Frankisch-Merovingische tijd (5de tot de 8ste eeuw) ontstonden vermoedelijk kleine agrarische nederzettingen, de basis voor het latere Olmen en haar gehuchten als Gerheide, Gervoort, Stotert, Heivoort en Germeer. De oudste vermelding als Olmele dateert van 1288.

Het middeleeuwse Olmen vormde een autonome heerlijkheid aan de oostgrens van het hertogdom Brabant en maakte dus geen deel uit van de Voogdij Balen-Mol-Dessel.

Bijgevolg hing Olmen bestuurlijk rechtstreeks af van de hertog van Brabant tot in 1397, toen Aert Van Crayenhem de hoge heerlijke rechten verwierf. Eind 15de eeuw kwamen de hoge en middele rechten achtereenvolgens in handen van de families Brant, Damant, Van Varick, van der Gracht en de Clippele. Reeds in 1381 was er sprake van een schepenbank die ten hoofde ging bij de bank van Zandhoven. De voornaamste gehuchten als Gerheide, Gervoort, Heivoort en Germeer hadden bovendien een "borgemeester" die onder meer de belastingen inde.

De grondheerlijkheid daarentegen was in de 13de eeuw eigendom van de familie van Olmen en werd in 1370 verkocht aan de familie Oem; bij de dood van Claes Oem van Bockhoven werd het goed in twee gesplitst zodat er twee laathoven bestonden tot in 1726 toen Christiaan van Huldenbergh de twee verenigde en ook de heerlijke rechten verwierf.

Van oudsher was Olmen een nederzetting met agrarisch karakter gelegen tussen de vallei van de Grote Nete, die voor het grootste gedeelte de noordelijke grens vormt, en de vallei van de Scheiloop die de zuidelijke grens vormt; de Ferrariskaart (1771-1777) toont omhaagde akkerpercelen in deze valleien, terwijl het centrale zandige deel in gebruik was als gemeenschappelijke heide, die in het begin van de 19de eeuw ten dele bebost werd en ten dele werd omgezet in akkers. In de loop van de 19de eeuw werd Olmen ontsloten door de aanleg van verkeerswegen (richting Mol, Meerhout en Oostham) en het kanaal Dessel-Kwaadmechelen, doch in verhouding tot andere Kempische gemeenten kende Olmen slechts een beperkte uitbreiding, voornamelijk door verdichting van de lintbebouwing in de woonkernen en hun onderlinge verbindingswegen. Uitzondering hierop vormt de sedert 1973 verkavelde Kruisblokkenwijk ten oosten van de Veldstraat en ten zuidoosten van de dorpskern. Tot op heden bleef Olmen dus een landelijk woondorp, van noord naar zuid doorsneden door het kanaal Dessel-Kwaadmechelen. Grote industriële vestigingen ontbreken volledig. Ten zuiden van de Straalmolen, in het noordwesten van de gemeente, liggen de Straalse bossen, een 38 ha groot naaldhoutbestand.

Het centrum profileert zich als een langgerekt straatdorp aan de weg van Balen naar Ham (Schoolstraat, Veldstraat, Oosthamseweg). De aangrenzende Olmense Markt wordt gekarakteriseerd door eenvoudige rijhuizen uit de 20ste eeuw, enkele met oudere kern, onder meer nummer 1 met aandaken links en rechts en vlechtingen links en nummer 10 met vlechtingen in de linker zijgevel. Weilanden strekken zich uit in de alluviale vlakten. Beperkt architecturaal patrimonium, doch verspreid over de gemeente resten nog relatief veel getuigen van de voorheen landelijke bedrijvigheid: in het noordoosten, aan de Broekstraat, Kromstraat en Schootstraat, liggen diverse langgestrekte hoeven uit de 20ste eeuw, alle met benaming doch zeer sterk aangepast, vooral de muuropeningen; de "Pannenhoeve", Schootstraat nummer 1 draagt als jaartal 1947 en het zogenaamde "Neerhof", Schootstraat nummer 5 bevat links nog een intact gedeelte van circa 1900, drie traveeën onder zadeldak (nok paarallel aan de straat, Vlaamse pannen).

  • Kadasterarchief Antwerpen, Mutatieschetsen Balen-Olmen, schetsen 1903/4 (Schootstraat 5).
  • DIRIKEN P., Geogids Oosterkempen: Balen, Dessel, Mol, Retie, s.l., 1992, p. 58-64.

Bron: KENNES H. & STEYAERT R. 2002: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Antwerpen, Arrondissement Turnhout, Kanton Mol, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 16n5, Brussel - Turnhout.
Auteurs: Kennes, Hilde
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Omvat
    Boskapel

  • Omvat
    Burgerhuis

  • Omvat
    Burgerhuis

  • Omvat
    Gemeenteschool

  • Omvat
    Heivoort

  • Omvat
    Hoeve met Kempische schuur

  • Omvat
    Kapel Onze-Lieve-Vrouw van Altijddurende Bijstand

  • Omvat
    Kempische schuur

  • Omvat
    Langgestrekte hoeve

  • Omvat
    Langgestrekte hoeve

  • Omvat
    Langgestrekte hoeve

  • Omvat
    Langgestrekte hoeve

  • Omvat
    Langgestrekte hoeve

  • Omvat
    Langgestrekte hoeve

  • Omvat
    Meisjesschool en klooster

  • Omvat
    Parochiekerk Sint-Willibrordus

  • Omvat
    Pastorie van de Sint-Willibrordusparochie

  • Omvat
    Stotert

  • Omvat
    Villa

  • Omvat
    Watermolen Straalmolen

  • Omvat
    Woonstalhuisje

  • Is deel van
    Balen


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Olmen [online], https://id.erfgoed.net/themas/14468 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.