Verbindingsweg tussen Brugge en Wenduine; loopt, na afsplitsing van de Oostendse Steenweg en overbrugging van de Noordede, volgens een grosso modo recht tracé in de noordoostelijke hoek van Houtave, na lichte knik verder noordwaarts door Nieuwmunster. Oorspronkelijk oude licht kronkelende polderweg van de kust naar Brugge die al in 1266 wordt vermeld. Ligt in het "Maerlant", een toenmalig uitgestrekt gebied gelegen boven de Meetkerkse Moeren en ten noorden van de kerk van Houtave. Op de kaart van P. Pourbus (1561-1571) verspreide hoevebouw te zien langs de weg en houten brugje over de Noordede. Aangelegd met huidig tracé als "Steenweg van Nieuwmunster naar Brugge" onder Oostenrijks bewind in de 18de eeuw zie aangeduid op de Ferrariskaart (1770-1778). Vanaf tweede helft 19de eeuw gekend als "Route de Wenduyne à Bruges" en tot in de tweede helft van de 20ste eeuw als Nieuwmunsterstraat. De steenweg wordt verbreed in 1910.
Op het grondgebied van Houtave komen twee toponiemen voor. Het gehucht "Strooienhaan" bestaat sinds de 13de eeuw als middenpunt van het "Maerlant". Op een kaart van 1712 wordt de brug over de Noordede aangeduid als "Stroonaenebrugge", wat dan de eerste vermelding is van het toponiem. In de 19de eeuw is dit de naam van de herberg en cabaret gelegen aan de oostzijde van de Brugse Steenweg, ter hoogte van het kruispunt van de Noordede en de weg van Brugge naar Wenduine. Nu draagt de hoeve met voormalige herberg aan de westzijde van de steenweg deze naam (nummer 41). Het toponiem "Stekvogel" wijst eveneens op een herberg eertijds gelegen ter hoogte van het "Berdenhuis", een verdwenen hoeve aan de westzijde van de Brugse Steenweg (ter hoogte van nummer 37) aangeduid op de Atlas der Buurtwegen (1845).
Tijdens de Eerste Wereldoorlog wordt in het noordelijk deel palend aan de grens met Nieuwmunster een Duits vliegveld aangelegd, "Flügplatz Neumünster", hoewel het eigenlijk volledig op het grondgebied van Houtave lag. Dit vliegveld wordt operationeel vanaf 20 juni 1915 tot 17 oktober 1918 en is één van de belangrijkste vliegvelden in de provincie tijdens de oorlog. Het wordt de basis van de gevechtsvliegtuigen (vier AGO-toestellen) van het "II. MLFA" dat vanuit Moorsele opereert. De nieuwe eenheid wordt tot het "III. MLFA" gedoopt, waarvan de vliegtuigen naar verluidt afkomstig zijn van het Russisch front. Als "kampflugzeug-Abteilung" moet ze het strategisch belangrijk gebied beschermen dat ligt in de driehoek Brugge - Zeebrugge - Oostende. De grachten tussen de percelen in de weilanden worden gedempt en met houten planken afgedekt om het landen van de vliegtuigen niet te hinderen; het vliegterrein wordt met zand genivelleerd. De vliegtuighal en hangar van het vliegveld bevinden zich ten oosten van de Brugse Steenweg, ter hoogte van de huidige hoeve "Beukelvliet" (nummer 30). Na zware bombardementen in oktober 1918 door Belgische, Britse en Franse toestellen, gaat het vliegveld en de infrastructuur in vlammen op. Hoeve "De Goude Koornaer" (nummer 31) is naar verluidt grotendeels opgebouwd met afbraakmateriaal van de hangars. Van het vliegveld is enkel een waterput bewaard, één van de vele die langs een oud spoorwegtracé zijn aangelegd voor het bevoorraden van de stoomlocomotieven.
Resterende bunker uit de Tweede Wereldoorlog in de nabijheid van de herberg annex hoeve "Strooienhaan" (nummer 41).
Bebouwing voornamelijk gekenmerkt door verspreide hoevebouw met losstaande bakstenen bestanddelen onder pannen bedaking, zowel historische hoeves teruggaand tot de late middeleeuwen als recente 20ste-eeuwse hoeves. Nummer 23, dieperliggende hoeve "Medicourt", al aangeduid op de kaart van P. Pourbus (1561-1571), naar verluidt voorheen eigendom van een Franse heer. De benaming refereert wellicht naar de nabijgelegen hoeve "Middelhof" (zie nummer 27). Sterk gerenoveerde boerenwoning voorheen met geïncorporeerde stalling; voorliggende stoep met bakstenen muurtje. Parallel ermee dwarsschuur met stal en dubbel deels gedicht wagenhuis en enkele bijgebouwen aan oostzijde.
- DELAERE W., Eigen nota's betreffende de Eerste Wereldoorlog in Zuienkerke en deelgemeenten.
- HOUTHAEVE R., Houtave, Oekene, 1986.