Geografisch thema

Nieuwstraat

ID
15650
URI
https://id.erfgoed.net/themas/15650

Beschrijving

Straat ten noordoosten van het centrum van Waregem. De straat vertrekt in het centrum van Desselgem en loopt in noordoostelijke richting naar het kruispunt met de Zilverbergstraat, waarna het tracé voortgezet wordt als de Schoendalestraat. De straatnaam verwijst naar de wijk rond het kruispunt van de Nieuw-, Kasteel- en Leiestraat. Aanvankelijk wordt de wijk "Cruuswech" of "Cruijsstraete" genoemd, later blijft enkel "Straete" over. Ook de Nieuwstraat staat gekend als "Straete". De Nieuwstraat is een deel van de Grote Heerweg die tot aan de aanleg van de huidige steenweg in het begin van de 18de eeuw (zie Gentseweg) Gent met Kortrijk verbindt en is ontstaan op de droge kouterruggen langs de Leie. Circa 1520 bouwt Triestram van Aken, pachter op het "Munkenhof" (Munkenhofdreef nummers 4-6), langs de weg de korenwindmolen genaamd "Molen op den Dam". Zowel bij de dorpskern van Desselgem, als aan het kruispunt "Straete" zijn van oudsher herbergen gelegen. De herberg "In Sint Elooi" op de hoek met de Leiestraat (nummer 121) wordt al vermeld in 1570. In de 16de tot 18de eeuw wordt deze herberg omgedoopt in "De Sterre", om vanaf het einde van de 19de eeuw terug de naam "In Sint Elooi" te krijgen. Ook de herberg "Sinte-Hubrecht" (nummer 132) wordt voor het eerst vermeld in 1570 aan het kruispunt "Straete". De "Groote heerstrate" wordt volgens De Flou voor het eerst vermeld in 1570.

Op de figuratieve kaart van Desselgem, opgemaakt in 1620 door landmeter Lowijs de Bersacques, maakt de straat deel uit van "de groote heestraete van ghent naer cortryck". De kaart van 1620 geeft de herberg "In Sint Elooi" aan het kruispunt "Straete" weer met net ten oosten ervan de "Molen op den Dam". Op de figuratieve kaart van de parochies Desselgem en Beveren, opgemaakt in 1675 door Gudwalus van der Mariën, aangeduid als "De Groote heerstrate" en weergave van de "Molen op den Dam" en de herbergen "De (Gulden) Sterre" (nummer 119), "In Sint Elooi" (nummer 121) en "Sinte-Hubrecht" (nummer 132) aan het kruispunt "Straete". Volgens een bewaard jaaranker wordt de herberg "Sinte-Hubrecht" in 1737 herbouwd in steen.

Op de figuratieve kaart van de Sint-Pietersheerlijkheid, opgemaakt door Joseph de Coster in 1764, is "den grooten heerewegh naer vijfve Ste Eloij" nog steeds onbebouwd, met uitzondering de bebouwing aan het kruispunt "Straete". Sinds het laatste kwart van de 18de eeuw zijn er bij dit kruispunt enkele herbergen en woningen bijgekomen, zodat een klein gehucht is ontstaan. Zo start beenhouwer Anthone Ottevaere er in 1770 met de herberg "d'alve maene geseijd het Beennhuijs" (nummer 109).

Pas vanaf de 19de eeuw neemt de bebouwing aan de straat in lichte mate toe. Nieuwe woningen en herbergen sluiten aan bij de dorpskern of het gehucht "Straete". Circa 1800 wordt de herberguitbating "Sinte-Hubrecht" stopgezet en wordt er op de kleine hofstede aan vlasbewerking gedaan (met de eerste vlasturbine van de gemeente). In diezelfde periode wordt de herberg "De Zwaan" gebouwd (nummer 124), in 1828 voor het eerst vermeld als herberg. Guillelmus Goemaere is in het begin van de 19de eeuw molenaar en eigenaar van de "Molen op den Dam".

Aangeduid op het primitief kadasterplan (circa 1834) als "weg van Desselghem naer vyve Ste Eloy". De Atlas der Buurtwegen (1844) geeft de straat weer als "Plaets aerdeweg" met als aanduiding "Chemin n° 1" en omschrijving "Chemin de Desselghem à Vive St Eloi". Circa 1865 verbouwt Charles Verbeke een bestaand gebouw tot de herberg "De Sterre"; de nieuwe herberg bevindt zich naast de eerste herberg "De Sterre" die enkele tientallen jaren daarvoor verdween (nummer 121). Het aantal herbergen aan de toenmalige Nieuwstraat neemt verder toe vanaf het laatste kwart van de 19de eeuw door de aanleg in 1870 van de steenweg tussen Oostrozebeke en Deerlijk (met het rechttrekken van de Liebaard- en Sprietestraat) en de bloei van de vlasnijverheid. Op de kaart van het Militair Cartografisch Instituut (1873) wordt de molen van de Dam aangeduid bij de wijk Straete. In 1879 wordt de vrije jongensschool (nummer 14) met naastgelegen schoolhuis (nummer 16) opgetrokken aan de Nieuwstraat, op grond geschonken door de Gentse senator Jules Lammens. Ondanks de Wet Van Humbeeck (1879), wordt de school met steun van pastoor Nisse in 1879 in gebruik genomen. De school wordt echter met stenen bekogeld, wat meteen de schoolstrijd in Desselgem inluidt. In diezelfde periode wordt de nieuwe onderpastorie opgetrokken naast de parochiale jongensschool langs de Nieuwstraat. De onderpastorie wordt kort na 1880 in gebruik genomen. De zusters van de Heilige Familie uit Ieper (Liebaardstraat nummer 7) nemen ten tijde van de schoolstrijd (1881-1884) intrek in een huis aan de Nieuwstraat (later de onderpastorie).

In 1889 opent landbouwer Francis D'Hont uit Oostrozebeke de herberg "In Sint Elooi" in een huis op de hoek met de Leiestraat dat vóór 1800 in gebruik was als herberg "De Sterre"(nummer 121). Circa 1900 ontstaan er aan de Nieuwstraat nog steeds nieuwe drankgelegenheden, zoals de in 1904 opgerichte "In De Drie Koningen" (nummer 24) (in 1975 verbouwd/herbouwd tot apotheek) en "Den Dam", die er aanwezig is van 1900 tot 1910 en verwijst naar de toen nog zichtbare molendam van de verdwenen houten graanmolen (nummer 147). In het begin van de 20ste eeuw (tot 1910) wordt de naam "Au Briquettier" toegekend aan de voormalige herberg "De Halve Maene", verwijzend naar de Desselgemse steenbakkers die toen als seizoensarbeiders in eigen gemeente en in Noord-Frankrijk werkzaam zijn. In 1897 verkopen de kinderen Decraene de molen op de Dam aan Gustaaf De Coninck, die de molen ontmantelt en bij het station van Deerlijk heropricht. De molen staat thans in Stasegem (Harelbeke) in het recreatiedomein De Gavers (Koutermolen). Tot het begin van de 20ste eeuw blijft de Nieuwstraat een met populieren omzoomde aardeweg. De heraanleg en verharding met kasseien vindt plaats in de eerste helft van de 20ste eeuw en gaat gepaard met het toekennen van de huidige straatnaam. De bebouwing neemt in sterke mate toe in de jaren 1910 tot 1930-1940. Naar aanleiding van de bloei van de vlasnijverheid worden een groot aantal vlasserswoningen, vlasmagazijnen en zwingelarijen aan de straat opgetrokken. Tijdens de Eerste Wereldoorlog zijn verscheidene herbergen genoodzaakt de deuren te sluiten. Zo houden onder meer de herbergen "In Sint Elooi" (nummer 121), "De Sterre" (nummer 119) en "De Zwaan" op te bestaan. Volgens het kadaster laat de vzw Parochiale Werken der Dekenij Kortrijk in 1929 vlakbij de Sint-Martinuskerk (Liebaardstraat) een dieper gelegen magazijn optrekken, dat in 1934 vermeld wordt in het kadaster als "congregatiezaal" (nummer 6). In 1943 wordt de kapel ter ere van Onze-Lieve-Vrouw van Lourdes opgetrokken tegen de woning nummer 107 (zonder nummer). Na de Tweede Wereldoorlog neemt de gemeente de vrije jongensschool van 1879 over en wordt de cinema "De Gouden Ster" ingericht in de vlasschuur bij de voormalige herberg "De Sterre" (nummer 119). In de jaren 1950 worden langs de straat enkele sociale woningen gebouwd, aansluitend bij een nieuwe woonwijk van 30 woningen aan de Nieuwstraat, Kasteelstraat en Leopold III-laan (nummers 154-164). Volgens een lijst van gewijzigde straatnamen, bewaard in het kadasterarchief, wordt de "Nieuwstraat naar Sint Eloois Vijve" in 1960 gedoopt in de Nieuwstraat. In de jaren 1960 wordt de school ondergebracht in de nieuwe gebouwen aan de Pompoenstraat (zie Pompoenstraat) en komt de voormalige vrije jongensschool aan de Nieuwstraat leeg te staan (zie nummer 14). Het A.C.W. geeft in de jaren 1980 de feestzaal achter "De Gilde" de naam "De Drie Sleutels" (nummer 6), verwijzend naar de gelijknamige herberg op de hoek van de Grote Heerweg/Ooigemstraat. Eveneens in 1995 worden herberg "De Halve Maene" (nummer 109) en 19de-eeuwse herberg "Sint-Martinus" (gelegen naast nummer 113) afgebroken. Thans vrij lange dorpsstraat deels met betonplaten en deels geasfalteerd, met een gekasseide strook tussen de nummers 118 en 132. Dorpsbebouwing van twee of anderhalve bouwlaag onder pannen zadeldaken (eerder uitzonderlijk van één bouwlaag) in hoofdzaak met woonfunctie. De oudste, 18de- of 19de-eeuwse bebouwing bevindt zich aan het begin van de straat bij de dorpskern (nummer 14) en ter hoogte van het kruispunt met de Leie- en Kasteelstraat (nummer 132). De straat wordt getypeerd door de grote aanwezigheid van voormalige vlasserswoningen uit de jaren 1910-1940, al dan niet met geïncorporeerde of aanpalende vlasmagazijnen en aanpalende of achtergelegen zwingelarijen (nummer 7, nummer 38, nummers 69-71, nummer 75, nummer 82, nummer 107, nummer 166, nummer 174 en nummer 210). Nummer 92, voormalige vlasserswoning met aanpalende zwingelarij volgens het kadaster gebouwd 1905 door vlaswerker Jan Bulcaen. Geel geschilderde, verankerde baksteenbouw met muizentandfries op een bepleisterde plint en onder een doorlopend, pannen zadeldak. Laag dubbelhuis met licht getoogde openingen (vernieuwd houtwerk) en later toegevoegde dakkapel. Zwingelarij met grote, rechthoekige poort (rechts) en lagere, rechthoekige garagepoort onder metalen balk met I-profilering (links). Nummer 86, voormalige vlasserswoning met aanpalend vlasmagazijn en achtergelegen zwingelarij; volgens het kadaster laat vlaswerker Raimond Rapoye in 1906 de woning en het aanpalende magazijn optrekken en bouwt hij in 1931 de zwingelarij achter het magazijn. Verankerde baksteenbouw op een lage arduinen plint en onder een pannen zadeldaken. Straatgevel met houten kroonlijst op klossen en rechthoekige openingen (versmald in de middelste traveevan de woning); woning met vernieuwd houtwerk, vlasmagazijn met bewaarde, dubbele schuifpoort op hangrail. Nummers 74-78, voormalige vlasserswoningen, volgens het kadaster gebouwd in 1908 door koopman Emiel Lecluyse uit Croix (Frankrijk); in 1920 wordt het zwingelkot (nummer 74) bij de woningen omgevormd in een magazijn. Verankerde baksteenbouw onder zadeldak; beschilderde straatgevel met gedeeltelijk aangepaste, rechthoekige openingen met vernieuwd houtwerk (bewaard laadluik rechts bovenaan). Nummer 144, voormalige vlasserswoning van anderhalve bouwlaag met aanpalend vlasmagazijn, volgens het kadaster gebouwd in 1914 door zwingelaar en vlashandelaar Camiel Nolf. Verankerde baksteenbouw onder een doorlopend pannen zadeldak; rechthoekige openingen onder metalen balken met I-profilering, onder meer laadluik rechts bovenaan (vernieuwd houtwerk). Nummer 77, voormalige vlasserswoning met aanpalende vlasschuur, volgens het kadaster gebouwd in 1914 door vlashandelaar August Lefebvre. Beschilderd en verankerd bakstenen dubbelhuis onder doorlopend, pannen zadeldak met eenvoudige rechthoekige openingen voorzien van vernieuwd houtwerk en aanpalende schuur met muizentandfries, bewaarde hangrail en aangepaste openingen. Nummer 161, herbestemde vlasschuur vermoedelijk daterend uit de jaren 1920 en circa 2006 verbouwd tot woning met logopedistenpraktijk naar de ontwerpplannen van architectenbureau Callewaert-Creupelant uit Kortrijk; verankerde baksteenbouw onder pannen zadeldak, straatgevel met aangepaste openingen en bewaarde bakstenen heiligennis boven de voormalige schuurpoort. Nummer 190, woning met aanpalend schuurtje uit de jaren 1930. Verankerde, bakstenen woning met straatgevel met strekse lagen baksteen en segmentboogvormige openingen (vernieuwd houtwerk). Nummers 101-103, voormalige vlasserswoning met aanpalend magazijn, volgens het kadaster gebouwd in 1925 door vlaskoopman Maurice Deveugele. In 1947 wordt het magazijn uitgebreid door vlashandelaar Richard Neirynck en wordt vermoedelijk ook de huidige gevelafwerking voorzien. Thans in gebruik als "MODEST NEIRYNCK-DELEY" zie gevelopschrift. Baksteenbouw onder pannen zadeldaken; straatgevels met parement van witte steen met rechthoekige openingen in arduinen omlijsting. Nummers 16-18, voormalig schoolhuis (nummer 16) bij de vrije jongensschool (nummer 14), volgens het kadaster opgetrokken in 1879-1881 door notaris Jules Lammens en Louis Vandepoele uit Gent, samen met de naastgelegen vrije jongensschool. In 1881 laten Lammens en Vandepoele de woning nummer 18 optrekken en de woning nummer 16 uitbreiden met een achtergelegen landgebouwtje. Bruine baksteenbouw onder doorlopend, pannen zadeldak; straatgevels met aangepaste, rechthoekige openingen (zie oranje metselwerk) en vernieuwd houtwerk. Nummers 28-30, gekoppelde diephuizen, volgens het kadaster gebouwd in 1901 (nummer 28) en 1907 (nummer 30) in opdracht van geneesheer Jules Van Ackere. Bakstenen woningen onder pannen zadeldaken met trapgevels verlevendigd door de rechthoekige, bakstenen panelen met ruitmotieven en een licht getoogde, centrale nis. Bewaarde, licht getoogde openingen onder strek, op de verdieping met arduinen sluitsteen en doorgetrokken, arduinen onder- en bovendorpels. Aangepaste openingen op de begane grond (vernieuwd houtwerk).

Daarnaast ook (burger)woningen uit de jaren 1910-1940 (zie nummers 60-62, nummer 50, nummer 68). Nummer 88, woning met geïncorporeerd magazijn (voormalige smidse), volgens het kadaster gebouwd in 1910 door smid Alfons Vercruysse. Verankerde baksteenbouw van twee bouwlagen onder een zadeldak met Vlaamse pannen; vernieuwde straatgevel met roodbakstenen parement en gecementeerd gevelveld op de verdieping. Rechthoekige openingen in gecementeerde omlijstingen met bewaard houtwerk; linkertravee met rechthoekige poort en daarboven een voormalige laaddeur. Nummers 44-48, deels aangepaste rijwoningen uit de jaren 1920; baksteenbouw van twee bouwlagen onder pannen zadeldaken. Nummers 44-46, roodbakstenen straatgevels onder muizentandries met gebruik van gele of grijs geglazuurde baksteen voor de strekken en/of de doorgetrokken onder- en bovendorpels. Nummer 48 met openingen onder metalen sierlateibalk versierd met bloemen en onder segmentboogvormige ontlastingsboog. Nummer 95, bakstenen woning uit de jaren 1930 met straatgevel onder tandfries en gebruik van wit geglazuurde steen voor de als banden doorgetrokken onder- en bovendorpels, openingen met afgeschuinde bovenhoeken onder betonnen lateien (vernieuwd houtwerk). Nummer 97, halfvrijstaande woning, volgens het kadaster gebouwd in 1931 door onderwijzer Palmer Ruysschaert. Roodbakstenen straatgevel verlevendigd door het gebruik van witte steen voor het fries en de als banden doorgetrokken tussen- en onderdorpels en door de driezijdige erker onder leien dak op de verdieping; rechthoekige openingen met vernieuwd houtwerk (aangepaste opening op begane grond). Nummer 56, rijwoning volgens het kadaster gebouwd in 1941 door metser Camiel Vandorpe, nadat de oorspronkelijke woning van 1938 tijdens de Tweede Wereldoorlog werd vernield. Baksteenbouw op een arduinen plint en onder een pannen zadeldak. Rechthoekige openingen onder betonnen lateien, onder meer poort rechts; bewaarde ramen met bovenlichten met roedeverdeling en (gekleurd) gestructureerd glas. Nummers 154-164, sociale woningen, gebouwd in 1950 naar de ontwerpplannen van architect Louis Kindt en Jacques Bekaert in opdracht van de huisvestingsmaatschappij Mijn Huis (bouwaanvraag van 1949). De woningen met voortuintjes maken deel uit van een nieuwe woonwijk van 30 woningen aan de Nieuwstraat, Kasteelstraat en Leopold III-laan (woningen zijn per zes gegroepeerd). De woningen aan de Nieuwstraat zijn bestemd voor grotere gezinnen en beschikken over vijf slaapkamers onder meer in het dak, zie zadeldak met dakvenster.

Voorts ook bebouwing uit de tweede helft van de 20ste eeuw. Nummers 20-22, Parochiaal Ontmoetingscentrum Desselgem, in het kadaster geregistreerd in 1969. Baksteenbouw onder een platte bedaking; geelbakstenen straatgevel met grote, rechthoekige openingen tussen de verticale, betonnen penanten en toegang met bovengelegen balkons en rechts breukstenen gevelveld.

  • Kadasterarchief West-Vlaanderen te Brugge, 207: Mutatieschetsen, Desselgem, 1880/1, 1880/2, 1882/3, 1902/5, 1905/5, 1907/6, 1908/1, 1909/5, 1911/10, 1914/9, 1914/10, 1920/11, 1925-1926/15, 1931/8, 1931/11, 1938/6, 1941/3, 1947/11, 1960, 1969/12.
  • Rijksarchief Gent, Kaarten en Plannen, nummer 558: Kaerte figuratieve van de groote thienden in de prochie van Desselghem door Louis de Bersacques, 1620.
  • Rijksarchief Gent, Kaarten en Plannen, nummer 559: Kaerte figurative van de heerlykheyd van de parochie van Desselghem en Beveren met hun bestrek in de parochien Wareghem en Deerlyck, competerende d'abdy van St-Pieters, gemaekt door Gudwalus Van der Marien, 1675.
  • Rijksarchief Gent, Kaarten en Plannen, nummer 561: Kaerte figurative van de gelegendheyd der vry-eygen kerke heerlykhede van Ste-Pieters Desselghem, competerende de exemple abdye van Ste-Pieters nevens Gent, bestrekkende binnen de prochien van Desselgem, Beveren, Deerlyk en Waereghem, gemaeckt ten jaere 1764 door Joseph de Coster.
  • Stadsarchief Waregem, Bouwvergunningen, URB/2003/291/22/P, 1949.
  • COOREVITS S., DE CLERCQ E., Van tuinwijk tot hoogbouw. Woonwijken in Waregem, 1922-1977, 2007, p. 42-43.
  • COOREVITS S., DE CLERCQ E., Vensters op het Verleden, Erfgoedwandelingen in Beveren-Leie, Desselgem en Sint-Eloois-Vijve, 2008, p. 34-38.
  • COOREVITS S., Waregem graag gezien, Waregem-Beveren-Leie-Desselgem-Sint-Eloois-Vijve, Brugge, 2005, nummers 148, 151, 170.
  • DEBROUWERE M., DUCATTEEUW E., De Sint-Pietersheerlijkheid op Desselgem, Beveren, Waregem en Deerlijk, Het Munkenhof, in De Gaverstreke, jg. 5, 1977, p. 97-98.
  • DEBROUWERE M., DUCATTEEUW E., Van woonsteden en mensen in Desselgem, 5. Het Munkenhof (vervolg), in De Gaverstreke, jg. 16, 1988, p. 139.
  • DEBROUWERE E., DUCATTEEUW M., Desselgem, in De Leiegouw, jg. 20, 1978, p. 331-332.
  • DE FLOU K., Woordenboek der toponymie van westelijk Vlaanderen, Vlaamsch Artesië, het land van den Hoek, de graafschappen Guines en Boulogne, en een gedeelte van het graafschap Ponthieu, Brugge, 1924, Deel IV, kolommen 1058, 1112.
  • DELANGE B., DUCATTEEUW E., De herbergen in Desselgem door de eeuwen heen, Een tijdskroniek, in De Gaverstreke, jg. 33, 2005, p. 237-238, 259-265, 274-277, 288-290.
  • DELANGE B., DUCATTEEUW E., De herbergen in Desselgem door de eeuwen heen, Een tijdskroniek (deel 2), in De Gaverstreke, jg. 34, 2006, p. 145-149, 181, 184.
  • DELANGE B., DUCATTEEUW E., De herbergen in Desselgem door de eeuwen heen (4), in De Gaverstreke, jg. 36, 2008, p. 305-306, 328-331.
  • DELMOTTE M., Om de ziel van het kind, de schoolstrijd in het liberale Sint-Eloois-Vijve (1878-1895) en de klerikale Gaverstreek (1878-1884), in De Gaverstreke, nummer 19, 1991, p. 375-376, 391-393.
  • MEURIS P., De Waregemse straatnamen, Van monniken en meiers, in De Gavergids, jg. 1, maart 1994, nummer 4, p. 10.
  • NOLF M., Waregem binnenste buiten, 5, in De Gavergids, jg. 10, 2003, nummer 1, p. 26.
  • NOLF M., Waregem binnenste buiten, 18, in De Gavergids, jg. 13, 2006, nummer 3, p. 30.

Bron: VANWALLEGHEM A. & CREYF S. 2010: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Waregem, Deel I: Stad Waregem, Deelgemeente Sint-Eloois-Vijve, Deel II: Deelgemeenten Desselgem en Beveren-Leie, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL45, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Vanwalleghem, Aagje; Creyf, Silvie
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Omvat
    Arbeiderswoning

  • Omvat
    Arbeiderswoning met kippenkwekerij

  • Omvat
    Arbeiderswoning met zwingelarij

  • Omvat
    Dorpswoning

  • Omvat
    Dorpswoning

  • Omvat
    Dorpswoning met magazijn

  • Omvat
    Dorpswoning met vlasmagazijn

  • Omvat
    Gekoppelde arbeiderswoningen

  • Omvat
    Herberg

  • Omvat
    Herberg Sinte-Hubrecht

  • Omvat
    Jongensschool

  • Omvat
    Kapel Onze-Lieve-Vrouw van Lourdes

  • Omvat
    Parochiezaal

  • Omvat
    Vlashandelaarswoning en vlasmagazijn

  • Omvat
    Vlashandelaarswoning met motorzwingelarij

  • Omvat
    Vlashandelaarswoning met vlasschuur

  • Omvat
    Vlashandelaarswoning met vlasschuur

  • Omvat
    Vlashandelaarswoningen met zwingelarij

  • Omvat
    Vlasmagazijn

  • Omvat
    Winkel

  • Is deel van
    Desselgem

Bekijk gerelateerde erfgoedobjecten


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Nieuwstraat [online], https://id.erfgoed.net/themas/15650 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.