erfgoedobject

Minnewater en omgeving

bouwkundig / landschappelijk element
ID
301976
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/301976

Juridische gevolgen

Beschrijving

Het Minnewater met omgeving bevindt zich in het zuiden van Brugge, tussen het begijnhof en de Begijne- en Katelijnevest in. Dit stadsdeel omvat onder meer het Minnewater met aansluitende beplantingen, het Minnewaterpark, het begijnhof en de voormalige Minnewaterkliniek.

Historiek

Brugge kreeg onder Filips IV een nieuwe stadsversterking voorzien van dubbele grachten over een lengte van circa 6800 meter. Van een volledige stadsmuur was echter nog geen sprake. Later kwam deze er wel en dan vooral tussen de Katelijnevest en de Boeveriepoort. Daar waren de muren niet alleen door een groot aantal torens versterkt, maar aan beide zijden van het Minnewater werden twee extra zware torens neergezet. Deze dienden in de late middeleeuwen de toegang tot het Minnewater te bewaken. De westelijke toren, de Poertoren werd in 1398-1401 gebouwd door Jan Van Oudenaerde. De oostelijke toren werd gesloopt in 1621, maar het benedengedeelte bleef bewaard en werd van circa 1780 tot circa 1914 als ijskelder gebruikt. Een groot deel van de dubbele gracht, één versterkingstoren en vier stadspoorten bleven bewaard. Na de 13de eeuw was de Brugse expansie stilgevallen. De tweede omwalling volstond dan ook ruimschoots om de stad in latere eeuwen de nodige bescherming te bieden.

De tot een groene gordel omgevormde vesten bevinden zich op precies dezelfde plaats als de omwalling van 1297-1300. Aan het tracé werd nagenoeg niets gewijzigd, terwijl het uitzicht van de omwallingen wel grondige wijzigingen onderging. Landschapsarchitect Hubert Van Hulle kreeg de opdracht om de vestingen verder als park aan te leggen. Als fervent aanhanger van de Engelse landschapsstijl paste hij deze ideeën hier dan ook toe in zijn ontwerpen. In 1882 werd de Begijnenvest volledig heraangelegd als wandelzone, voorzien van brede lanen of boulevards. Op de Katelijnevest staat nog een deel van de vroegere versterkingsmuur. Deze bakstenen muur, geschraagd door steunberen, vangt het niveauverschil tussen de twee wandelpaden op.

Vermoedelijk bleven de Reie en haar bijriviertjes tot omstreeks de 9de eeuw onaangeroerd. Niettemin bestaat het vermoeden dat reeds in de 1ste eeuw kleine waterbouwwerken werden uitgevoerd door de Romeinen. De grootste hoeveelheid rivierwater stroomde de binnenstad binnen in het zuiden, waar zich het Minnewater bevindt. Vermoedelijk is dit langwerpig meertje ontstaan in de 12de of 13de eeuw als een soort stuwmeertje, door de bouw van de sluizen bij het sashuis. De naam Minnewater zou gemeenschappelijk water kunnen betekenen. Een aantal taalkundigen verklaren minne echter als watergeest. De Reie was de belangrijkste waterloop in Brugge en haar naam evolueerde ter aanduiding van alle stadsgrachten. De Reie wordt verder geïdentificeerd met de huidige Waardammebeek, rivierbeek en ringbeek. De sluizen van het sashuis lieten toe het Minnewater op een constant peil te houden. Hun doel bestond er echter voornamelijk in de watertoevoer naar de binnenstad te regelen. Het eerste sashuis dateert vermoedelijk van 1519.

Vroeger bevonden zich rond het Minnewater drie molens: de stadsvolmolen (1646), een watermolen op de oostelijke oever (waar nu het kasteel staat); de volmolen, een windmolen op de vesting naast de Minnewaterbrug symmetrisch met de Poertoren en de Kasteelmolen (vermoedelijk 13de eeuw), een watermolen aan de samenloop van het Bakkersreitje en de Katelijnevest. Vermoedelijk werd het brede Minnewater in de middeleeuwen aangewend om de watermolens draaiende te houden. Vanaf de jaren 1620 werd het Minnewater als handelskom gebruikt. Toen in 1752 de Coupure werd gegraven om doorheen de stad een vlottere verbinding te verwezenlijken tussen de Gentse en de Oostendse vaart verloor het Minnewater deze functie. Baggerboten die een geregeld transport tussen Brugge en Gent verzekerden hadden er tot 1782 hun aanlegplaats.

Op een plaats aan de Reie genaamd Wingaerde vestigden zich in het begin van de 13de eeuw enkele begijnen. De toenmalige bisschop van Doornik, Walter de Marvis, stichtte in 1245 het begijnhof als afzonderlijke parochie. Filips de Schone onttrok het begijnhof in 1299 aan de jurisdictie van de magistraat en plaatste het van toen af prinselijke begijnhof onder rechtstreeks gezag van de vorst. Het domein, met een eigen parochiale organisatie en een apart juridisch statuut, vormde als het ware een stad binnen de stad. De grenzen van de parochie reikten echter verder dan de muren van het begijnhof. In het zuiden liepen ze minstens tot de plaats waar een halve eeuw later de nieuwe stadsvestingen zouden worden aangelegd en in het noorden omsloten ze het Walplein, de Wijngaardstraat en enkele kleine straatjes in de buurt.

Beschrijving

Ten westen van het Minnewater bevindt zich de vroegere Minnewaterkliniek, een neogotisch gebouw naar ontwerp van stadsarchitect Louis Delacenserie, opgericht tussen 1885 en 1892 als gasthuis voor hulpbehoevende, ongeneeslijk zieke vrouwen. De zusters der liefde bestuurden het gasthuis tot ze in de jaren 1930 de stad verlieten. Het gesticht werd overgenomen door het Sint-Janshospitaal. In 1948 veranderde de straatnaam van Gasthuisstraat naar Professor Dokter J. Sebrechtsstraat, naar een chirurg die in het hospitaal dienst deed. Sinds 1979 is het niet langer een ziekenhuis, maar een rust- en verzorgingstehuis voor bejaarden. De straatgevels van dit zeer groots opgevatte complex hebben een totale lengte van circa 175 meter, één van de langste straatgevels in Brugge.

Tegenover de Minnewaterkliniek bevindt zich het begijnhof, waarvan de bouwgeschiedenis opklimt tot de 13de eeuw. Het domein, afgesloten door een hoge bakstenen muur, bevat de in 1245 op initiatief van Margaretha van Constantinopel opgerichte begijnhofkerk en een 35-tal panden rondom een centrale binnentuin. De laatste begijntjes verdwenen in 1928, waarna een gemeenschap van benedictinessen hier haar intrek nam. De transeptloze driebeukige kerk dateert in grote lijnen uit de officiële beginperiode (begin 13de eeuw), terwijl de oudste woonhuizen teruggaan tot de 15de-16de eeuw. Het merendeel stamt echter uit de 17de-18de eeuw. De meeste begijnhuizen werden eveneens aangepast aan de woonnormen, maar behielden daarbij wel hun oorspronkelijk karakter.

Aan de oostzijde vormt het Minnewaterpark één groen geheel met het Minnewater. De oudste vermelding dateert van 1580. Toen waren deze gronden in gebruik als bleekweide, wat zo bleef tot het begin van de 19de eeuw. Daarop kwam het domein in handen van Ludovic Fraeys de Verbeke, die er rond de eeuwwisseling een neogotisch kasteel ’t Fraeyhuis liet bouwen en er een tuin liet aanleggen. Dit kasteel werd in 1969 gesloopt. Enkel de portierswoning bleef bewaard. De gronden zouden verkaveld worden. Het stadsbestuur kocht op 9 augustus 1974 het 1,55 hectare grote terrein echter op als openbaar park. In 1979 kocht de stad tevens het Minnewaterhotel aan en een jaar later het kasteel de la Faille, gelegen aan de rand van het Minnewater. Bijgevolg kreeg het park een oppervlakte van ongeveer 2 hectare. Het Minnewaterhotel werd gesloopt en de vrijgekomen grond doet op het moment van de bescherming (1996) dienst als terras bij het kasteel de la Faille, dat als horecazaak werd uitgebaat. Dit neogotisch kasteel was een ontwerp van architect Charles De Wulf en vormt een mooi geheel met de vroegere Minnewaterkliniek aan de overzijde van het water. Het park werd opgenomen in de toeristische wandelas. Een deel van de leilinden bleef bewaard.

De Minnewaterbrug verbindt de Begijne- en de Katelijnevest. De stenen brug naar ontwerp van de Brugse architect-beeldhouwer H. Pulinx senior werd in 1739 aangelegd.


Bron: Onroerend Erfgoed West-Vlaanderen, Beschermingsdossier DW002012, Minnewater en omgeving (VANDENBROEKE H., 1998).
Auteurs: Vandenbroeke, Heide
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Omvat
    Begijnenvest

  • Omvat
    Begijnhof

  • Omvat
    Burgerhuis

  • Omvat
    Eenheidsbebouwing van stadswoningen

  • Omvat
    Eenheidsbebouwing van stadswoningen

  • Omvat
    Godshuis De Vos

  • Omvat
    Hoekhuis

  • Omvat
    Minnewater

  • Omvat
    Minnewaterpark

  • Omvat
    Professor Dr. J. Sebrechtsstraat

  • Omvat
    Samenstel van stadswoningen

  • Omvat
    Samenstel van stadswoningen

  • Omvat
    Samenstel van stadswoningen

  • Omvat
    Samenstel van twee stadswoningen

  • Omvat
    Stadswoning

  • Omvat
    Stadswoning

  • Omvat
    Stadswoning

  • Omvat
    Stadswoning

  • Omvat
    Stadswoningen

  • Omvat
    Wijngaardplein

  • Is deel van
    Magdalenakwartier

  • Is deel van
    Onze-Lieve-Vrouwekwartier


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Minnewater en omgeving [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/301976 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.