Deelgemeente (1.010 hectare; 1.577 inwoners in 1986) van Ieper, in de Vlaamse Zandleemstreek en de Westhoek, aan de voet van de Kemmel- en Scherpenberg. Landbouwgemeente met pendel naar Noord-Frankrijk en het Kortrijkse. Toenemende toeristische activiteit mede als gevolg van de 36 hectare grote vijver op de Grote Kemmel- en Rattenstaartbeek.
Plaats eertijds bedekt met een dicht bos, dat zich uitstrekte over Voormezele, Ieper, Zonnebeke en Passendale. Geleidelijke bosontginning, vooral sedert het ontstaan van de abdij van Voormezele (1100-1794). Tussen 1320 en 1323, afdamming van de natuurlijke laagte waarin de Kleine Kemmelbeek liep, aan de noordkant; aldus, ontstaan van een kunstmatige, langwerpige vijver als watervoorziening voor de lakenstad Ieper.
Oudste vermelding "Thicabusca" (1089). Eertijds behorend tot het rechtsgebied van de Zaal van Ieper met eigen amman. Bezat de heerlijkheden "Zwijnlande" en "Hallebast" met kasteel. Laatst genoemde strekte zich ook uit over Vlamertinge en beschikte over een volledige jurisdictie met baljuw en schepenbank. Voorts bevatte het nog enclaves van de heerlijkheden Voormezele (abdij), Wijtschate en Neerwaasten. Bestuurlijk en fiscaal afhankelijk van Ieper Ambacht. Als kerkparochie deel uitmakend van volgende bisdommen: voor 1566 Terwaan, later Ieper, na 1801 Gent en na 1834-39 Brugge.
Bezat eertijds twee staakmolens, zogenaamd de "Wittebroodmolen" aan de Molendreef en de "Dorpsmolen" aan de Dikkebusseweg, samen met de dorpskom en een tiental hoeven vernield tijdens de Eerste Wereldoorlog.
Huidige dorpsstructuur weinig afwijkend van de vooroorlogse dorpsaanleg, zie Ferrariskaart (1770-1775). Langgestrekte dorpskom, gesitueerd ten westen van Dikkebus-vijver, met typerende lintbebouwing aan de hoofdas, de Dikkebusseweg. Inplanting van de kerk met kerkhof en achterliggend pleintje (Neerplaats) ten zuiden van vermelde as, aan de Kerkstraat. Schooltje, klooster en pastorie tegenover het kerkportaal. De oude pastorie, die tijdens het beleg van Ieper in 1678 samen met het kostershuis en de klokkentoren uitbrandde, en later door de abdij van Voormezele werd herbouwd, was omwald en bevond zich oorspronkelijk dieperin, palend aan de Schietstraat. Zij was via een voetpad met het kerkhof verbonden. Achter de pastorie stond vroeger een schietpers, gebruikt door de in 1511 gestichte Dikkebusse schuttersgilde. Gezien haar bouwvallige toestand verhuisde de pastorie in 1861 naar het meer zuidelijk gelegen "Kapellehof", voormalige burgemeesterswoning.
Ten zuiden van de kerk, op de plaats van het huidige krijgskerkhof, bevond zich voor de Eerste Wereldoorlog de in 1855 gebouwde "Kattekerkhofhoeve".
Nieuwe sociale woonwijken zie Rozen- en Berkenwijk, ten noordwesten van de hoofdas. Recente villabouw aan de uiteinden van de dorpskom. Aan de rand van en buiten de dorpskom, voornamelijk wederopbouwhoeven met losse bestanddelen; boerenhuis soms aanleunend bij het langgestrekte type. Oude Bellestraat nummer 2: wederopbouwhoeve met bewaard kassei- en looppad van vroegere manege.
Enkele bewaarde 19de-eeuwse kernen, onder meer Steenakkerstraat nummer 2, Groenejagerstraat nummer 14 en Rozenlaarsstraat nummer 4 (langgestrekte hoeve)).
Voorts, aan de straat palende landarbeiderswoningen en herbergen, type afspanning, in een doorsnee-wederopbouwstijl van de jaren 1920.
Uit archiefonderzoek blijkt dat het gros van de doorsnee-burger-, handels- en arbeidershuizen, alsook verschillende hofsteden, is opgetrokken naar ontwerp van architecten G. Veraart en E. Richir (Brussel). Architect G. Boghemans (Menen) ontwierp, in opdracht van Leon Vermeulen, eigenaar van de brouwerij "Les Trois Rois" te Menen, drie herbergen aan de Dikkebusseweg, namelijk "In den Transvaal", "Het gemeentehuis" en "Den lustigen boer". Ontwerp van kerk en gemeenteschool staan op naam van architect F. Van Welden (Poperinge), terwijl de restauratie van het sluishuis van de hand van architect J. Coomans (Ieper) is. Architect C. Schmidt (Poperinge) ontwierp enkele hoeven. De onderneming Goflart E. - Daelemans Gebroeders (Sint-Amands) treedt frequent op de voorgrond. Het Stedelijk Archief Ieper bezit voorts meerdere restauratie- en verbouwingsaanvragen ten gevolge schade opgelopen tijdens de de Tweede Wereldoorlog.
Britse krijgskerkhoven "Dickebusch New Military Cemetery Extension" en "Dickebusch New Military Cemetery", weerszijden de Kerkstraat; "Dickebusch Old Military Cemetery" aan de Neerplaats en "Huis Cemetery, Dickebusch" aan de Windeweg.
- Stedelijk Archief Ieper, 874.1, Dikkebus: bouwaanvragen 1920-1955.
- VAN WALLEGHEM A., De oorlog te Dickebusch en omstreken 1914-191S, Brugge, 1964.
- WERBROUCK W., Hedendaagse Dikkebusse hoeven en hun bewoners, Dikkebus, 1985.
- WERBROUCK W., Dikkebus in oude foto's. 1900-1950, Dikkebus, 1986.