Gemeente (1.772 hectare) gelegen in de Vlaamse zandleemstreek en de Westhoek, aan de Ieperlee en het kanaal Ieper-IJzer. Sinds 1977 deel uitmakend van de gemeente Ieper. In 1970 nam Boezinge, Zuidschote op, waardoor de oppervlakte en het inwonersaantal stegen tot respectievelijk 2.197 hectare en 2.397 inwoners; 1.687 inwoners (12/1986) voor Boezinge.
Overwegend vruchtbare en iets te natte zandleemgronden. Voornamelijk landbouwactiviteit; brouwerij en verwerking van textielafval als enige industriële activiteit.
Boezinge zou ontstaan zijn aan een wateroverdracht op de Ieperlee. De oudste vermelding luidt: Boesigha (1119)
De dorpsheerlijkheid Boezinge was achtereenvolgens in handen van de families: Belle (eerste kwart van de 14de eeuw - tweede en derde kwart van de 15de eeuw), Van Diksmuide, Van Halewijn, Van Witthem, de Cusance, des Trompes- Kaspar des Trompes herbouwde het kasteel in 1631 en liet de sluis aanleggen -, de Masin, de Chauviray, de Thibault. De heerlijkheid bezat lage, middele en hogere rechtspraak, bezat een baljuw en zeven schepenen en maakte bestuurlijk en fiscaal deel uit van het Ieper-Ambacht. Verder trof men te Boezinge nog de heerlijkheden Pilkem en Vrielinckhove aan.
De parochie maakte achtereenvolgens deel uit van het bisdom Terwaan (tot 1556), het bisdom Ieper (tot 1801), Gent (tot 1843) en Brugge. De tienden werden geïnd door het Sint-Maartenskapittel te Ieper. Tijdens de beeldenstorm brandden de kerk en het kasteel plat (1566). Tijdens de 17de eeuw had de gemeente sterk te lijden onder de Franse invallen In het kanaal Ieper-IJzer werd een sluis met puntdeuren gebouwd - een voor de tijd revolutionaire methode - door Bartholomeus de Buck (1638-1642). Om strategische redenen werd de sluis beschermd door een fort: Sint-Niklaasfort (1696-1782).
Circa 1846 waren er te Boezinge: drie smidsen; vier brouwerijen, waarvan één nog bestaande (Diksmuidseweg) een kalkoven; drie windmolens respectievelijk gelegen aan de Pilkem (Langemarkseweg), aan de Molenstraat en aan de Sasstraat; twee steenbakkerijen; twee stijfselfabrieken.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog lag de gemeente volledig in de frontzone: de eerste gasaanval, 22 april 1915, was één van de belangrijkste wapenfeiten.
De talrijke Britse militaire kerkhoven getuigen nog van het oorlogsgeweld: Artillery Wood Cemetery (Poezelstraat), Bard Cottage Cemetery (Diks-muidseweg), Boesinghe Chyd. (Boezinge Kerk), Colne Valley Cemetery (Kleine Poezelstraat), Divisional Collecting Post Cemetery (Zwaanhofweg), Divisional Collecting Post Cemetery Extension (Zwaanhofweg), Dragoon Camp Cemetery (Kleine Poezelstraat), Essex Farm Cemetery (Diksmuidseweg), La Belle Alliance Cemetery (Zwaanhofweg), No Man's Cot Cemetery (Moortelweg), Talana Farm Cemetery (Diksmuidseweg), Welsh Cemetery (Caesar's Nose), (Kleine Poezelstraat).
Ook andere oorlogsmonumenten: 49th (West Riding) Division- 1917, 1910-Essex Farm C., (Diksmuidseweg); een Bretoense calvarie met dolmens ter nagedachtenis van 87e D.I.T. et 45e D.I. Française (Langemarkseweg), en een herdenkingsplaat in de kerk voor 87e D.I.T. Française.
Kleine betonnen bunker, waarop het kanon zogenaamd "Kleine Bertha", en een demarcatiepaal ernaast (Diksmuidseweg).
Na de Eerste Wereldoorlog werd het dorp naar vooroorlogs uitzicht heropgebouwd. Straatdorp aan de Diksmuidseweg (noord-zuid-as), rechthoekig plein, Katspel, op de westzijde, met parochiekerk Sint-Michiel en gemeentehuis (nummer 2). Uitvalswegen respectievelijk in westelijke en oostelijke richting, met name Boezingsestraat en Brugstraat.
Gehuchten: de Pilkem (Langemarkseweg), Steenstrate, deels gelegen op grondgebied Zuidschote en Bikschote. Recente verkaveling ten noorden van de dorpskom.
Talrijke woonhuizen, hoeven en tevens de pastorie werden heropgebouwd naar ontwerp van architecten F. Petit & J. Obozinski (Brussel). Architect J. Coomans (Ieper) leidde de wederopbouwwerken van de Parochiekerk (Katspel). Het kasteel is een ontwerp van architect S. Mortier (Gent). De architecten P. Verbruggen (Ukkel), M. Hocepied (Moeskroen), M. Selly (Ieper), C. Schmidt (Poperinge), L. Verstraete (Izegem), L. Masure (Elsene), waren tevens, hetzij in mindere mate, betrokken bij de wederopbouw van de gemeente.
- BACCARNE R., STEEN J., Boezinge 1914-1918, Gasaanval 2e slag om Ieper, [1978].