Etymologisch behoort de naam waarschijnlijk tot de Gallo-Romeinse namen op het woonsuffix -acum (alliacum, toebehorend aan Allius). Eerste vermelding in 1066 (Allech).
Gelegen in Vochtig-Haspengouw. De Herk loopt van zuid naar noord langs het centrum van de gemeente; op de grens met Sint-Lambrechts-Herk (Hasselt) stroomt hij verder in noordwestelijke richting; dit gebeurt op de plaats van de samenvloeiing met de Mombeek, die vanuit het zuidoosten stroomt en hier de noordgrens van de gemeente vormt. De Herk wordt op deze plaats tevens gevoed door de Simsebeek, die vanuit het zuidwesten stroomt, ten zuiden van de spoorweg en de steenweg Sint-Truiden-Hasselt. In het noordwesten van de gemeente loopt de Kozenbeek doorheen het gehucht Terkoest en mondt ten noorden ervan in de Herk uit. Al deze beken vormen vochtige valleien, waarin populieraanplantingen en beemden voorkomen. Het reliëf is vlak en overstijgt zelden 60 meter. De oudste bewoningssporen dateren uit het neolithicum. Bij opgravingen in het gehucht Hulzen werden resten gevonden van een Romeinse villa.
Alken was een Luikse enclave binnen het graafschap Loon; het hoorde toe aan de Bisschoppelijke Tafel van Luik. De prins-bisschop was er de wereldlijke heer. Het was één van de oudste bezittingen van de bisschoppen; het eigendomsrecht wordt echter pas in 1155 formeel vermeld in een bevestiging ervan door keizer Frederik I. De prins-bisschoppen bezaten er een zomerverblijf, waar prins-bisschop Jean de Walenrode in 1419 overleed. In de eerste helft van de 13de eeuw bezaten de graven van Loon er de voogdij. De schepenbank sprak Luiks recht en ging in beroep bij de schepenbank van Luik.
Bestuurlijk was het gebied onderverdeeld in vier kwartieren: Dorp, Hemelsveld (zie Hemelsveldstraat), Ter Linden - het huidige Terkoest -, en Over 't Waeter (zie Meerdegatstraat). Elk kwartier had één of twee jaarlijks verkozen burgemeesters.
Binnen het gebied bevonden zich meerdere Loonse, Luikse of allodiale cijns- en laathoven, onder meer de cijnshoven Blekkenberg, afhankelijk van de abdij van Averbode (zie Blekkenbergstraat), Gustingen, waarschijnlijk afhankelijk van de graaf van Loon (zie Alkerstraat), en de Centrale Hoeve in Laagdorp. Aan de baan van Alken naar Stevoort (zie Onze-Lieve-Vrouwstraat) werd de aanwezigheid van een motte geconstateerd.
De gemeente had in 1467 te lijden van de plunderingen door soldaten van Karel de Stoute. In 1483 en 1490 wordt de kerk in brand gestoken. In 1580 wordt het dorp geplunderd door het Spaanse garnizoen van Zoutleeuw. In 1582 zijn er opnieuw plunderingen, nu door de soldaten van de graaf van Mansfelt, die voor de hertog van Parma streed. In 1631 was Alken het slagveld van een Hollands-Spaans treffen. De gemeente was in 1789-90 één van de belangrijkste centra van de Luikse Revolutie. In 1794 was er de legering van Franse troepen.
De zeer oude Sint-Aldegondiskerk heeft, tot zo ver men kan nagaan, steeds toebehoord aan de bisschoppen van Luik. Prins-bisschop Theoduinus schonk het patronaatsrecht over de kerk in 1066 aan de collegiale Onze-Lieve-Vrouwekerk van Huy, toen ook het grootste deel van de tienden aan het Onze-Lieve-Vrouwekapittel van deze stad werd geschonken. De kerk was geïncorporeerd bij het kapittel van Huy.
Het nederzettingspatroon wordt verklaard door de voldoende aanwezigheid van water. Alken is een typisch Vochtig-Haspengouwse gemeente met concentratie van bebouwing in het centrum (hoopdorptype), ontstaan aan de Herk, die er vlak ten oosten van loopt. Kleinere, secundaire nederzettingen ontstonden aan verbindingswegen (Terkoest, Meerdegat, Sint-Joris, Hulzen, Snoek et cetera) en lineaire bewoning is verspreid over het hele gebied. Door het verspoelen van het leem is de landbouwgrond hier veel minder rijk dan in Droog-Haspengouw, en de landbouwbedrijven zijn dan ook kleiner; er komen zeer veel vakwerkhoeven voor, variërend van zeer kleine bedrijven van het langgerekte type tot grote gesloten hoeven, doch het type met losstaande bestanddelen is het meest courante. Tijdens de laatste decennia is de woningbouw sterk toegenomen, zodat karakterloze lintbebouwing aan de verschillende wegen over heel het grondgebied het historische landschap hoe langer hoe meer heeft teruggedrongen. Ook het aantal vakwerkgebouwen is de laatste decennia drastisch verminderd, wat neerkomt op ongeveer de helft van het bestand sinds 1981. De parallel lopende steenweg Sint-Truiden-Hasselt en de spoorlijn Landen-Sint-Truiden-Hasselt, aangelegd in 1847, doorkruisen de gemeente van zuidwest naar noordoost. Ten zuiden hiervan en parallel ermee werd eind jaren 1970 de expresweg N80 Sint-Truiden-Hasselt aangelegd, die de oude structuur hier grondig verstoort.
Op economisch gebied is Alken traditioneel een landbouwgemeente; de ambachtelijke industrie omvatte enkele kleinschalige pannen- en pottenbakkerijen en een tiental brouwerijen. In 1923 wordt door E. Boes van Alken en J. Indekeu van Meeuwen, de "Brouwerij van Alken" opgericht, thans één der belangrijkste van het land. Thans heeft Alken vooral een woonfunctie. De landbouwsector heeft nog steeds haar belang, vooral omwille van de fruitteelt. In 1966 werd Alken aangeduid als economisch ontwikkelingsgebied, en werd het industrieterrein Kolmen aangelegd, waar zich een aantal middelgrote bedrijven ontwikkelen. Oppervlakte: 2.817. Aantal inwoners: 9.665.
BAUWENS-LESENNE M., Repertorium van de oudheidkundige vondsten in Limburg, behoudens Tongeren-Koninksem (vanaf de vroegste tijden tot de Noormannen), Brussel, 1968, p. 4-5.
DARIS J., Notices sur les églises du diocèse de Liège, Vol. XII, Liège, 249-251; vol. XV, 1885, p. 337-340.
JEURIS R. e.a., Zo was...Alken, Antwerpen, 1978.
PAQUAY J., Les paroisses de l'ancien concile de Tongres y compris les conciles de Hasselt et Villers-L'Evêque démembrés du même concile, Bulletin de la Société d'Art et d'Histoire du Diocèse de Liège , 18, 1909, p. 227-230.
SWYGENHOVEN C.V., Alken onder de Luikse Revolutie van 1789, Limburg 10, 1928-1929, p. 107-119.
Bron: PAUWELS D. & SCHLUSMANS F. met medewerking van MUYLDERMANS E. & ROMBOUTS J. 1999: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Limburg, Arrondissement Tongeren, Kanton Borgloon, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 14n4, Brussel - Turnhout. Auteurs: Schlusmans, Frieda Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)